Hoofdstuk 2
e
Gebruik beide handen om één vel
papier of één enveloppe stevig in de
sleuf voor handmatige invoer te duwen
tot de bovenrand van het papier tegen
de papierinvoerrollen duwt. Blijf het
papier ongeveer twee seconden tegen
de rollen duwen of tot de machine het
papier vastneemt en verder in de
machine trekt.
26
OPMERKING
• Als de foutmelding Handm. vastgel.
op het aanraakscherm verschijnt, kan de
machine het papier of de enveloppe niet
vastnemen en intrekken. Reset de
machine door het papier te verwijderen en
daarna op Start op het aanraakscherm
te drukken. Voer het papier of de
enveloppe opnieuw in en zorg ervoor dat
deze stevig tegen de rollen duwt.
• Plaats het papier of de enveloppe in de
sleuf voor handmatige invoer met de te
bedrukken zijde naar boven gericht.
• Wanneer Label is geselecteerd in de
printerdriver, haalt de machine het papier
uit de sleuf voor handmatige invoer, zelf
als Handmatig niet als papierbron is
geselecteerd.
• Zorg ervoor dat het papier of de
enveloppe recht en in de correcte positie
in de sleuf voor handmatige invoer is
geplaatst. Als dit niet het geval is, kan het
papier of de enveloppe niet goed worden
ingevoerd, wat leidt tot een slechte afdruk
of vastgelopen papier.
• Trek het papier of de enveloppe volledig
uit wanneer u het papier opnieuw in de
sleuf voor handmatige invoer wilt
plaatsen.
• Plaats nooit meer dan één vel papier of
één enveloppe tegelijk in de sleuf voor
handmatige invoer, want daardoor zou het
papier of de enveloppe vastlopen.
f
Stuur de afdrukgegevens naar de
machine.
OPMERKING
Verwijder iedere afgedrukte pagina of
enveloppe onmiddellijk, om vastgelopen
papier te vermijden.