5.3.2
1-Lamp-storing (rood)
2-Lamp-Stempel (groen)
3-Besturingshendel
4-Instelhendel
5–Functiekeuzeschakelaar
6-Tuimelschakelaar dode-
man (optie)
7-Noodstopknop
7-Tuimelschakelaar Start/
Stop
50
Kabelbesturing
1
3
6
7
Afb. 31
Als de lamp brandt, duidt dit op een storing
Als het lampje knippert, moet de accuaandrijving worden geladen
Toestand
Knippert
Brandt continu
Met de besturingshendels kunnen afhankelijk van de geselecteerde gebruiksfunc-
tie en stand van de functiekeuzehendel de betreffende met kleur aangeduide func-
ties worden uitgevoerd.
Via de instelhendel worden de verschillende functiegroepen geselecteerd. Er staan
drie functiegroepen ter beschikking, die afhankelijk van de stand van de tuimel-
schakelaar actief zijn.
Met de tuimelschakelaar Functiekeuze wordt gekozen tussen ketting-, platform- en
stempelfunctie.
Als de machine met een dodemansknop is uitgerust, moet deze voor elke bewe-
ging van de platformopbouw worden bediend.
Op de kabelbesturing bevindt zich de noodstopknop. Deze moet na bediening door
draaien worden ontgrendeld, zodat de machine weer bedrijfsklaar is.
Is voor het starten en stoppen van de verbrandingsmotor (optie) of het heractiveren
van de accubesturing (optie).
2
3
5
4
8
Beschrijving
Machine is niet-correct afgestem-
peld
Machine is correct afgestempeld
Opbouw en werking
5-2-2020