190 | DR 400 | Bucky
Antistrooiingsrasters
Antistrooiingsrasters worden gebruikt om strooistraling te beperken en de
beeldkwaliteit te verbeteren. Rasters zijn beschikbaar als optie.
Voor DR-detectors worden gerichte rasters gebruikt. Voor gerichte rasters
moet de röntgenbron op de detector en een specifiek afstandsbereik tussen de
röntgenbron en detector worden gecentreerd. De kleur van de handgreep van
het raster duidt aan voor welke afstand het raster wordt gebruikt.
Het raster in de radiografische tafel of het radiografisch wandstatief
vervangen:
1. Trek het raster eruit met de handgreep.
2. Bewaar het raster op een veilige plek om schade te voorkomen.
3. Plaats het raster met de labels omhoog gericht in de juiste gleuf van de
bucky. Zorg dat het raster tot het einde wordt geduwd.
Bijbehorende links
Technische gegevens van de bucky
Onderwerpen:
•
Antistrooiingsrasters
•
Kleurindicatie brandpuntsafstand anti-verstrooiingsraster
•
Detectie anti-verstrooiingsraster
•
Opslagdoos voor DR-detector en anti-verstrooiingsrasters
3231F NL 20220728 0850
VOORZICHTIG:
Als een gericht anti-verstrooiingsraster wordt gebruikt zonder
dat de röntgenbron is gecentreerd of terwijl deze op een
verkeerde afstand staat, kan dit leiden tot verminderde
beeldkwaliteit.
VOORZICHTIG:
Ga voorzichtig om met anti-verstrooiingsrasters en bewaar ze op
een veilige plek wanneer ze niet worden gebruikt. Het raster kan
beschadigd raken als het valt en dit kan ook zichtbare
beeldartefacten creëren of de beeldkwaliteit verminderen.
VOORZICHTIG:
Als het anti-verstrooiingsraster niet goed is geplaatst, kunnen er
artefacten op het beeld zichtbaar zijn, bijvoorbeeld van de
randen van het raster. Duw het raster er helemaal tot aan het
einde in.
op bladzijde 244