10
Hoofdstuk 1 • Inleiding
1.1
Wijze van weergave
Bijzonder belangrijke tekstpassages in het handboek worden door middel van symbolen
gemarkeerd. De volgende symbolen worden gebruikt:
Betekent GEVAAR! Als de instructies niet worden nageleefd kan het leven en de
gezondheid in gevaar komen.
Betekent LET OP! Wanneer de instructies niet in acht worden genomen, kunnen er
functiestoringen aan de installaties resp. materiële schade ontstaan.
Betekent TIP! De tekstpassage bevat instructies, die de bediening vergemakkelijken.
Betekent dat de specifieke nationale resp. toepassingsspecifieke eisen van de APPARATUUR
resp. SYSTEEMVERGUNNINGEN van de brandmeldinstallatie in acht moeten worden
genomen.
Menu-items en inhouden uit de keuzelijsten worden binnen de beschrijvende tekst in rechte
haakjes geplaatst bijv. [Alarm].
Wanneer er in de tekst display- of bedieningselementen van het display- en bedieningsveld van de
centrale worden vermeld, dan zijn de namen van de elementen tussen een enkel aanhalingsteken
geplaatst, bijv. „...de lichtdiode 'bedrijf' toont...".
Toetsen van het bedieningsveld, waarnaar in de tekst wordt verwezen, worden over het algemeen
door synonieme tekens tussen enkele aanhalingstekens weergegeven, bijv. ' ↵' of 'Enter' voor de
Enter-toets, '← →', '↑↓' voor de navigatietoetsen of 'esc' voor Esc-toets.
De toetsen die geen equivalent als schriftteken hebben, worden ofwel door een grafische afbeelding
van de toets of door een verklarende tekst tussen enkelvoudige aanhalingstekens weergeven.
1.2
Belangrijke instructies voor de gebruiker en de installateur
De installateur van de brandmeld- of blusinstallatie is verantwoordelijk voor het opstellen van
geschikte en passende instructies en waarschuwingen voor de gebruiker van de installatie.
Voor het openen van een kast dient de netspanning van het betreffende apparaat te worden
uitgeschakeld en tegen hernieuwde inschakeling te worden beveiligd! Let erop dat, wanneer
de kast geopend is componenten die wanneer het de netstroom ingeschakeld is onder
levensgevaarlijke spanning staan, toegankelijk zijn! De beschermkap voor deze
componenten mag niet worden verwijderd.
Voor de installateur zijn nog meer veiligheidsinstructies vermeld in deel B van het handboek.
1.3
Omgevingsomstandigheden
De centrale dient tegen vocht en beschadigingen van diverse aard te worden beschermd. De ruimte
waarin deze gemonteerd is, moet droog en schoon worden gehouden, er moet voor de
reddingswerkers (bijv. de brandweer) gemakkelijk toegankelijk zijn. De omgevingstemperatuur in
deze ruimte zou binnen een temperatuurbereik van -5°C tot +40°C moeten liggen. Bij de centrale
BCnet600, waarvan de componenten binnen een bewakingsbereik van de installatie ruimtelijk
verdeeld kunnen zijn, gelden deze eisen deelovereenkomstig voor alle componenten van de
centrale.
1.4
Garantie
Gedurende de garantieperiode worden componenten, die tengevolge van een aangetoonde
fabrikage- of materiaalfout defect zijn geworden, gratis vervangen of gerepareerd. Hiermee wordt
noch de garantieperiode verlengt, noch wordt er voor de vervangende/gerepareerde componenten
een nieuwe garantieperiode gestart. Verdere aanspraken zijn uitgesloten, met name aanspraken ten
aanzien van prijsverlaging, ontbinding van de overeenkomst, schadeloosstelling of vergoeding van
Verkorte handleiding Serie BC600 – Deel A
HB600A_nl_kurz.odt / 1231 / AN9161369
ZN6168/50/10