18
2.10.1
Drukstootbescherming
Als in de warmwater-reinigingsfases het motorbedrijf door het openen en opnieuw
sluiten van de deur van de afwasmachine wordt onderbroken, kunnen bij het
opnieuw in gang zetten van de motor drukstoten optreden.
Een drukstoot kan tot gevolg hebben dat water uit de deurdichting van het appa-
raat ontsnapt.
De besturingsprintplaat voert een speciale controle uit die de motorfunctie
bewaakt en drukstoten verhindert.
Deze controle voorziet een fase (ca. 20 sec.) waarin de motor met een snelheid
van 1600 tpm draait.
Deze controle gebeurt alleen in de reinigingsfases en bij het voortzetten van het
afwasprogramma na een stroomuitval of nadat de deur van het apparaat werd
geopend en weer gesloten.
In deze fase zijn alle vermogenslasten gedesactiveerd.
2.11 Watertoevoer
De nieuwste software biedt bij afwasmachines die met een motor met tachometrische sensor zijn uitge-
rust, de mogelijkheid de watertoevoer te controleren m.b.v. een systeem dat de motorsnelheid regi-
streert (RVM).
De toevoerfase is in drie subfases onderverdeeld:
a) statische toevoer
b) dynamische toevoer
c) aanvullende toevoer
a)
Statische toevoer
Het toevoer-magneetventiel opent zich en het water stroomt in de afwaskuip.
De duur van de toevoerfase is op 30 seconden vastgelegd (45 sec. als in het vorige af-
wasprogramma een regeneratie is uitgevoerd). Op deze fase volgt een:
b)
Dynamische toevoer
Tijdens de dynamische watertoevoer stroomt de waterhoeveelheid die nodig is voor de
correcte werking van de waterkringloop in het waterreservoir.
De waterkringloop functioneert correct als de waterhoeveelheid in het waterreservoir een
rustig en constant pompen zonder snelheidsveranderingen en cavitatievorming mogelijk
maakt.
Als deze bedrijfstoestand wordt bereikt, bevindt de afwasmachine zich in een toestand
van dynamisch evenwicht.
Bij cavitatievorming wordt de motorsnelheid verhoogd.
Servicehandboek IGV 689.1
Uitsluitend voor intern gebruik