9 Service
Voorzichtig!
Service en onderhoud mogen uitsluitend door
ter zake kundig personeel worden verricht.
Gebruik bij het vervangen van onderdelen van
de F370 uitsluitend vervangende onderdelen
van NIBE.
Onderhoud
Informeer de gebruiker over de noodzakelijke onder-
houdsacties.
De overstortkom en afvoer in de vloer
reinigen.
Controleer de overstortkom en vloerafvoeren regelmatig
op verstoppingen; er moet ongehinderd water doorheen
kunnen stromen. Indien nodig schoonmaken.
Voorzichtig!
Als de overstortkom of vloerafvoer is geblok-
keerd, kan er water overstromen op de vloer
van opstellingsruimte. Om schade aan het ge-
bouw te voorkomen, moet er rekening worden
gehouden met de vloercoating. Een waterdichte
vloer of vloermembraan wordt aanbevolen.
Servicehandelingen
Noodstand
De noodstand wordt gebruikt bij bedrijfsstoringen en
in samenhang met service.
De noodstand wordt geactiveerd door de schakelaar
(SF1) in te stellen op stand "
de:
De statuslamp brandt geel.
■
Het display brandt niet en de regelcomputer is niet
■
aangesloten.
De temperatuur in het verwarmingsgedeelte wordt
■
geregeld door een vaste thermostaat (BT30) bij 63°C.
De compressor is uit en alleen de ventilator, de circula-
■
tiepomp en de elektrische bijverwarming zijn actief.
In de noodstand wordt het vermogen van de elektri-
sche bijverwarming ingesteld op de kaart van het
elektrische verwarmingselement (AA1). Zie pagina 26
voor instructies.
Het automatische regelsysteem voor de verwarming
■
functioneert niet en dus is een handmatige shuntbe-
diening vereist. Dit doet u door de afstelschroef op de
shuntmotor (MA1 naar de handbediende stand te
draaien en vervolgens de shunthendel in de gewenste
positie te zetten.
NIBE F370
". Dit betekent het volgen-
MA1
Stelschroef
Hoofdstuk 9 |
Service
49