DATA-OVERSPEELSTAND (TRANSFER MODE)
Lees dit hoofdstuk zorgvuldig door voordat u de camera op een computer aansluit. De DiMAGE
gebruiksaanwijzingen geven geen informatie over het werken met computers en hun besturingssy-
stemen; kijk daarvoor in de gebruiksaanwijzingen die bij de computer zijn geleverd.
SYSTEEMEISEN
De computer moet zijn uitgerust met een USB-poort als standaard interface; dan kan de camera
met de computer worden verbonden en herkend worden als een verwisselbaar opslagmedium
(mass storage device). De computer en het besturingssysteem moeten van de zijde van de fabrikant
gegarandeerd geschikt zijn verklaard voor USB-gebruik. De volgende besturingssystemen zijn com-
patible met de camera:
Windows 98, 98SE, Me 2000 Professional, en XP Home en Professional
Mac OS 9.0 ~ 9.2.2 en Mac OS X 10.1.3 - 10.1.5, 10.2.1 ~ 10.2.8, 10.3 ~10.3.8
Kijk op de Konica Minolta website voor de meest recente informatie over compatibiliteit:
Noord-Amerika:
http://kmpi.konicaminolta.us/
Europa:
http://www.konicaminoltasupport.com/
Gebruikers met Windows 98 of 98 second edition moeten de driver-software van de meegeleverde
Digital Camera Software CD-ROM (blz. 82) installeren. Voor andere Windows en Macintosh bestu-
ringssystemen is geen speciale driver-software vereist.
Gebruikers die een eerdere Konica Minolta DiMAGE of digitale reflexcamera hebben aangeschaft en
de Windows 98 driver-software hebben geïnstalleerd moeten de installatieprocedure herhalen. De
updated versie van de driver-software, aanwezig op de meegeleverde Digital Camera Software CD-
ROM, is noodzakelijk om de DiMAGE X60 met een computer te laten werken. De nieuwe software
heeft geen gevolgen voor het werken met oudere camera's.
80
Setup-stand
CAMERA OP EEN COMPUTER AANSLUITEN
Controleer of de batterijen voldoende capaciteit hebben voordat u de camera op de computer aan-
sluit. Gebruik van de lichtnetadapter (apart verkrijgbaar) is aanbevolen boven het gebruik van de
batterijen. Controleer voordat u de camera aansluit of Data storage is geselecteerd bij de optie
Transfer mode in sectie 3 van het setup-menu (blz. 72). Gebruikers van Windows 98 of 98SE dienen
eerst de teksten op blz. 82 te lezen over de installatie van de noodzakelijke USB-driver voordat ze
de camera op een computer willen aansluiten.
1. Start de computer. U dient de computer aan te zetten voordat u de camera aansluit.
2. Wilt u de beelden van een geheugenkaart overspelen, plaats dan de geheugenkaart in de camera.
Wilt u bestanden overspelen die in het interne geheugen zijn opgeslagen, verwijder dan de geheu-
genkaart uit de camera. Wilt u de geheugenkaart plaatsen of verwijderen terwijl de camera in ver-
binding is met de computer, kijk op blz. 90.
3
Initializing USB connection.
3. Schuif het dekseltje van de AV-uitgang / USB-
aansluiting open. Steek de kleine stekker van de
USB-kabel in de camera. Duw de kaart altijd
recht naar beneden, nooit schuin. Let op dat de
stekker goed vastzit.
4. Steek de andere stekker van de USB-kabel in
de USB-aansluiting van de computer. Let op dat
de stekker goed vastzit. De camera moet recht-
streeks op de USB-aansluiting van de computer
worden gekoppeld. Gebruik van een USB-hub
kan mogelijk leiden tot een onjuiste werking van
de camera.
5. Zet de camera aan om de USB-aansluiting tot
stand te brengen. Wanneer de verbinding tot
stand is gebracht verschijnt het overspeel-
scherm.
81