Problemen oplossen
Het beeld is wazig.
•
Druk de ontspanknop half in om scherp te stellen op het onderwerp en druk de knop
daarna volledig in om een opname te maken (p. 28).
•
Maak een opname op de juiste scherpstelafstand van het onderwerp (p. 200).
•
Stel [AF-hulplicht] in op [Aan] (p. 165).
•
Controleer of functies die u niet wilt gebruiken (macro, enzovoort), niet zijn ingesteld.
•
Maak opnamen met de focusvergrendeling of AF-vergrendeling (pp. 96, 99).
Beeld is vaag als gevolg van camerabeweging.
•
Afhankelijk van de omstandigheden tijdens de opname kan vervaging van beelden
optreden wanneer de functie Touch Shutter wordt gebruikt. Houd de camera tijdens de
opnamen stevig vast.
Ook als u de ontspanknop half indrukt, verschijnt het AF-kader niet en stelt
de camera niet scherp.
•
Als u richt op contrasterende lichte en donkere gebieden van het onderwerp en de
ontspanknop half indrukt, of als u de ontspanknop meerdere malen half indrukt,
verschijnt het AF-kader en stelt de camera scherp.
Het onderwerp is te donker.
Stel de flitser in op h (p. 85).
•
•
Pas de helderheid aan met belichtingscompensatie (p. 85).
•
Pas het beeld aan met i-Contrast (pp. 89, 139).
•
Gebruik spotmeting of AE-vergrendeling om opnamen te maken (pp. 100, 101).
Het onderwerp is te licht (overbelicht).
Stel de flitser in op ! (p. 54).
•
•
Pas de helderheid aan met belichtingscompensatie (p. 85).
•
Gebruik spotmeting of AE-vergrendeling om opnamen te maken (pp. 100, 101).
•
Verminder de belichting van het onderwerp.
Het beeld is donker hoewel de flitser is gebruikt (p. 32).
•
Maak de opname met de juiste afstand voor het gebruik van de flitser (p. 85).
•
Verhoog de ISO-waarde (p. 88).
De opname die is gemaakt met de flitser, is te licht (overbelicht).
•
Maak de opname met de juiste afstand voor het gebruik van de flitser (p. 85).
Stel de flitser in op ! (p. 54).
•
Er verschijnen witte stippen in het beeld als ik een opname maak met de
flitser.
•
Het licht van de flitser wordt weerspiegeld door stofdeeltjes of andere voorwerpen in de
lucht.
Het beeld is onzuiver of korrelig.
•
Maak opnamen met een lagere ISO-waarde (p. 88).
•
Afhankelijk van de opnamemodus kan het beeld onzuiver of korrelig lijken als u
opnamen maakt met een hoge ISO-waarde (p. 66).
180