•
Zorg ervoor dat de instellingen voor papierformaat en
papiersoort correct zijn ingesteld op de computer of het
bedieningspaneel van de printer.
•
Bewaar het papier volgens de aanbevelingen van de fabrikant.
Locaties van storingen bepalen
Opmerkingen:
•
Als Storingsassistentie is ingesteld op Aan, voert de printer
mogelijk lege of gedeeltelijk afgedrukte pagina's
automatisch uit nadat een vastgelopen pagina is verwijderd.
Kijk of er onbedrukte pagina's uit de printer komen.
•
Als Herstel na storing op Aan of Automatisch staat, drukt de
printer de vastgelopen pagina's opnieuw af.
Storingslocaties
1
Standaarduitvoerlade
2
Handmatige invoer
3
Laden
4
Klep B
5
Klep E
Papier vast in de standaardlade
1
Open klep B.
6
LET OP: HEET OPPERVLAK: De binnenkant van de
printer kan heet zijn. Om letsel te voorkomen, moet u
een heet oppervlak eerst laten afkoelen voordat u het
aanraakt.
2
Verwijder het vastgelopen papier.
Opmerking: Zorg dat alle papierstukjes zijn verwijderd.
3
Sluit de klep.