Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Neutrale Zone En Regelband; Compressordefinitie - Danfoss ADAP-KOOL AKC 25H5 Handleiding

Compressor-/condensor; functieomschrijving
Verberg thumbnails Zie ook voor ADAP-KOOL AKC 25H5:
Inhoudsopgave

Advertenties

AKC 25H5
Begrenzingen
Indien er voor het verschuiven van de referentie zowel een extern 0-10V signaal als een
temperatuursignaal gebruikt wordt moet er een waarde ingegeven worden voor de maximale
toegestane verschuiving, zowel in positieve als in negatieve richting. Deze waarden hebben geen
invloed op de nachtstandfunctie.
Compressor Capacity Ctrl.
Neutrale zone en regelbandbreedte
Neutrale zone is ingesteld.
+zone en -zone is ingesteld.
Tijdvertraging in +zone en -zone is ingesteld.
Tijdvertraging in ++zone en --zone is ingesteld.
Bij gelijke capaciteiten werkt de regeling volgens de ingestelde waarden. Echter bij ongelijke
capaciteiten zijn de ingestelde waarden van toepassing op zo'n manier dat een kleine
capaciteitsstap eerder ingeschakeld wordt dan een grote capaciteitsstap.
Compressor Capacity Ctrl.

Compressordefinitie

De regelaar heeft de mogelijkheid voor het regelen van maximaal negen
compressorstappen verdeeld over één, twee of meerdere compressoren. (Houdt er rekening
mee dat indien alle negen uitgangen worden gebruikt voor compressorregeling er géén
plaats meer is voor condersorregeling).
De regelaar is in staat te regelen met capaciteitsstappen van ongelijke grootte. Bij het definieëren
van iedere capaciteitsstap moet de grootte van die stap worden aangegeven als percentage van
de totale compressorcapaciteit.
De compressorstappen moeten worden gedefinieërd in groepen, hierdoor "weet" de regelaar
welke stappen behoren bij compressor 1, welke bij compressor 2, enz. Het definieëren
geschiedt aan de hand van het instellen van relaisuitgangen DO1 t/m DO9. Begin altijd met
DO1 en verder zonder een relaisuitgang over te slaan, anders kan dit problemen geven met
het weergeven van de alarmen op de ingangen DI1 t/m DO9.
Voor iedere relaisuitgang wordt de bijbehorende compressor geselecteerd. Bij meerdere
uitgangen met hetzelfde compressornummer geselecteerd wordt de uitgang met het laagste
nummer gebruikt om de compressor te starten en te stoppen terwijl de overige uitgangen
gebruikt worden om de individuele capaciteitsstappen van de betreffende compressor te
schakelen.
Output Configuration
De totale capaciteit hoeft niet noodzakelijk 100% te zijn zolang het maar in de buurt komt van
100%. De regelaar berekent zelf de juiste waarde aan de hand van de ingevoerde waarden.
NB! Bij compressoren met gelijke capaciteiten moet dezelfde waarde ingesteld worden,
m.a.w. drie identieke compressoren worden ingesteld als 33%, 33% en 33%.
Voor instellen met variabele toerenregeling zie pagina 20.
Functieomschrijving RC.1J.53.10 © Danfoss 03/2001
Special funct.Compressor Ctrl. P0 Ref Max K ___
Settings Compressor Ctrl.
DO Relay No. ( )
P0 Ref Min K ___
___
NZ K
___
+zone K
___
+zone s
___
++zone s
___
-zone K
___
-zone s
___
- -zone s
DO( ) Type = 1(1=compressor)
DO( ) Dev. No___
DO( ) Cap %___
9

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave