Algemene veiligheidsbepalingen
Kwalificatie van de monteur
2
Algemene veiligheidsbepalingen
In dit hoofdstuk zijn alle belangrijke veiligheidsbepalingen en -voorschriften samengevat. Deze veiligheidsbepa-
lingen moeten altijd tijdens alle werkzaamheden aan de installatie aangehouden worden.
Elke persoon, die aan de montage- en inbedrijfstelling aan de FST-besturing werkt is, moet dit hoofdstuk lezen
en de bepalingen in de praktijk omzetten.
Ongeacht de in deze handleiding genoemde veiligheidsbepalingen moeten de in het land van gebruik van
kracht zijnde wetten, voorschriften, richtlijnen en normen aangehouden worden.
2.1
Kwalificatie van de monteur
De monteur moet:
› ten minste 18 jaar oud zijn (uitzondering: stagiairs die ten minste 16 jaar zijn en onder permanent toezicht staat
van een opleidinggemachtige vakman).
› gemachtigd zijn voor het leveren van eerste hulp,
› de voor zijn werkgebied toepasselijke brandbeveiligings- en explosiebeveiligingsverordeningen kennen moeten
kunnen toepassen,
› alle met zijn werk in de schacht en de bijbehorende werkruimten verbonden gevaren kunnen herkennen, voor-
komen en kunnen afwenden,
› alle onregelmatigheden en storingen bij de montage en bij de werking van een liftsysteem kunnen herkennen
en elimineren,
› de technische grondbeginselen van de werkwijze en de gebruiksvoorwaarden elektrisch besturingen en aan-
drijfsystemen kennen en kunnen toepassen.
Alle installerings- en inbedrijfstellingswerkzaamheden aan de elektrische en elektronische componenten van
de FST-besturing moeten door een elektricien of onder aansturing en toezicht van een elektricien uitgevoerd
worden.
In Duitsland is een elektricien, iemand „die op grond van zijn technische opleiding, kennis en ervaringen
alsmede kennis van de desbetreffende bepalingen de hem toegewezen werkzaamheden kan evalueren en
mogelijke gevaren kan herkennen" (DGUV voorschrift 3).
2.2
Restrisico's
Gevaar voor personen
Tijdens alle werkzaamheden aan de installatie geldt altijd:
Levensgevaar bij het aanraken van onder spanning staand delen bij werkzaamheden aan de elektrische
instellingen.
› Controleer vóór aanvang van het werk de spanningsloosheid en zorg voor behoud van deze staat.
› Voer montagewerkzaamheden aan elektrische componenten uitsluitend in uitgeschakelde en spanningsvrije
toestand uit.
› Gebruik voor werkzaamheden aan elektrische systeemcomponenten uitsluitend geïsoleerd gereedschap.
Gevaar voor letsel bij het tillen en transporteren van de schakelkast, wanneer deze naar beneden valt of omvalt.
› Transporteer en hef de schakelkast alleen met geschikte hulpmiddelen (hefwagen, hefgereedschap etc.).
› Het personeel moet over de omgang met deze hulpmiddelen geïnstrueerd zijn en de speciaal hiervoor geldende
voorschriften voor ongevallenpreventie in acht nemen.
Vallende of in de schacht stekende delen. Zwaar letsel of dood.
› Blokkeer de schachtingang.
› Verwijder vóór aanvang van de montage al het vreemde en niet benodigde installatiemateriaal uit de schacht.
Elektrische schok, uitstromend gas of water door aangeboorde toevoerleidingen. Zwaar letsel of dood.
› Vergewis u er vóór aanvang van de montagev van, dat zich op montageplaats geen toevoerleidingen bevinden.
8
Handboek FST-2XT FST 2XTs