Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Danfoss DHP-AQ Servicehandleiding pagina 36

Verberg thumbnails Zie ook voor DHP-AQ:
Inhoudsopgave

Advertenties

Oorzaak
10. Tekort aan koudemiddel, te kleine
hoeveelheid koudemiddel in het sys-
teem.
11. Koudemiddelcircuit te vol.
12. Veranderde omstandigheden. Is
de behoefte aan verwarming en/of
warm water veranderd?
Tabel 27.
Probleem – Bijverwarming schakelt te vroeg in
Oorzaak
1. De regelaar van de warmtepomp is
niet ingesteld/aangepast aan de
behoeften/wensen van de klant.
2. Veranderde omstandigheden. Is de
behoefte aan verwarming en/of
warm water veranderd?
3. Tekort aan koudemiddel, te kleine
hoeveelheid koudemiddel in het sys-
teem.
34 – Servicehandleiding VMGFJ110
Lokaliseren van storing
Controleer met manometerblok en ther-
mometer of de oververhitting van de
installatie correct is voor het specifieke
koudemiddel.
Controleer met manometerblok en ther-
mometer of de oververhitting van de
installatie correct is voor het specifieke
koudemiddel.
Als de capaciteit van de warmtepomp
is afgestemd op een bepaalde
behoefte en deze behoefte vervolgens
toeneemt, volstaat de warmtepomp
mogelijk niet om de gewenste kamer-
temperatuur aan te houden.
Als het warmwaterverbruik wordt
opgevoerd, gaat er meer tijd zitten in
het produceren van warm water, wat
betekent dat er minder tijd is voor de
productie van warmte.
Lokaliseren van storing
Controleer de instellingen voor KAMER,
STOOKLIJN, INTEGRAAL A1 en INTEGRAAL
A2
Als de capaciteit van de warmtepomp
is afgestemd op een bepaalde
behoefte en deze behoefte vervolgens
toeneemt, volstaat de warmtepomp
mogelijk niet om de gewenste kamer-
temperatuur aan te houden.
Als het warmwaterverbruik wordt
opgevoerd, gaat er meer tijd zitten in
het produceren van warm water, wat
betekent dat er minder tijd is voor de
productie van warmte.
Controleer met manometerblok en ther-
mometer of de oververhitting van de
installatie correct is voor het specifieke
koudemiddel.
Actie
Als u vermoed dat er een lek zit in het
koudemiddelcircuit moet het lek wor-
den opgespoord en eventueel verhol-
pen. Als u geen lekdetector hebt, kunt u
zeepwater op de verdachte plek aan-
brengen en kijken of er bubbels worden
gevormd. U kunt ook zoeken naar olie,
omdat er bij lekkage normaal gesproken
olie uit het koudemiddelcircuit komt.
Pas de juiste procedure toe (afhankelijk
van type koudemiddel) voor het meten
van de juiste vulling met koudemiddel.
Als de warmtepomp niet kan voorzien in
de behoefte, vervangt u deze door een
pomp met een groter vermogen of
plaatst u ter aanvulling een grote ver-
mogen voor de bijverwarming.
Actie
Pas onjuiste waarden in de regelaar van
de warmtepomp aan. KAMER=Gewenste
binnentemperatuur STOOKLIJN=Moet
zijn ingesteld om de gewenste binnen-
temperatuur (KAMER) aan te houden,
onafhankelijk van de buitentempera-
tuur. INTEGRAAL A1 = Startwaarde voor
de compressor. INTEGRAAL A2 = Start-
waarde (gerekend vanaf A1) voor de bij-
verwarming.
Als de warmtepomp niet kan voorzien in
de behoefte, vervangt u deze door een
pomp met een groter vermogen of
plaatst u ter aanvulling een grote ver-
mogen voor de bijverwarming.
Als u vermoed dat er een lek zit in het
koudemiddelcircuit moet het lek wor-
den opgespoord en eventueel verhol-
pen. Als u geen lekdetector hebt, kunt u
zeepwater op de verdachte plek aan-
brengen en kijken of er bubbels worden
gevormd. U kunt ook zoeken naar olie,
omdat er bij lekkage normaal gesproken
olie uit het koudemiddelcircuit komt.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave