5
Afdrukken
7
Kies in het venster voor papierinvoer de lade uit welke u het papier wilt gebruiken of selecteer de papiersoort en het
papierformaat. Zie
8
Selecteer alle andere gewenste instellingen, zoals dubbelzijdig afdrukken, watermerken of een aangepaste eerste
pagina. Voor meer informatie over deze instellingen kunt u de taken in dit gedeelte raadplegen.
9
De standaarduitvoerlade is de standaard uitvoerlocatie. Gebruik deze lade voor het afdrukken van de meeste soorten
afdrukmateriaal zoals etiketten, transparanten en zwaarder papier. U kunt ook een uitvoeraccessoire kiezen zoals de
stapelaar of de nietmachine/stapelaar.
10 Selecteer de opdracht Afdrukken om de taak af te drukken.
Basisinstructies voor het afdrukken
"Afdrukken per soort en formaat papier" op pagina
67.
55