Inhoudsopgave
Advertenties
Dixell
Dixell
Dixell
Dixell
stroomtoevoerkabels, van de uitgangen en van de stroomaansluitingen. Overschrijd de maximum toegelaten
stroom bij elke relais niet. Bij zwaardere belastingen dient een extern relais gebruikt te worden.
N.B. Maximale toegelaten stroom voor alle ladingen is 20A.
AANSLUITING SONDES
De sondes moeten gemonteerd worden met de kop omhoog om het binnendringen van vocht in de sonde te
vermijden.Het is aangeraden om de thermostaatsonde niet in luchtstroom te plaatsen om een correct beeld van
de gemiddelde ruimtetemperatuur te kunnen meten. Plaats de ontdooiingsbeëindigingssonde tussen de
verdampingsvliezen in de koudste ruimte, waar het meeste ijs wordt gevormd, ver weg van
verwarmingstoestellen of van de warmste plaats tijdens de ontdooiing, om de ontdooiing niet vroeger te
stoppen dan normaal.
TTL SERIAL LINE
De TTL connector laat toe, door middel van de externe module TTL/RS485, de eenheid te verbinden met een
netwerkreeks ModBUS-RTU compatibel met het dIXEL registratiesysteem XJ500 (Version 3.0).
Dezelfde TTL connector wordt gebruikt voor het uploaden en downloaden van de parameterlijst van de "HOT
KEY". Deze toestellen kunnen besteld worden met directe seriële uitgang RS485 (Optioneel).
GEBRUIK VAN DE PROGRAMMATIE "HOT KEY "
The Wing eenheden kunnen de parameterlijst UPLOADEN of DOWNLOADEN van hun eigen E2 intern
geheugen naar de "Hot Key" en vice-versa.
DOWNLOAD (VAN DE "HOT KEY" NAAR HET TOESTEL)
1.
Schakel het toestel uit door middel van de ON/OFF toets, verwijder de TTL seriekabel als die er is, voeg
de "Hot Key" in en schakel de Wing dan uit.
2.
Automatisch wordt de parameterlijst van de "Hot Key" gedownload naar het Winggeheugen, het "DoL"
bericht knippert. Na 10sec zal het toestel heropstarten met de nieuwe parameters.
3.
Schakel het toestel UIT, verwijder de Hot Key", steek de TTL seriële kabel terug in en schakel het
toestel dan terug AAN.
Op het einde van de gegevensoverdrachtsfase toont het toestel de volgende berichten:
"end " voor juiste programmering. Het toestel begint regelmatig met de nieuwe programmering.
"err" voor foute programmering. In dit geval, schakel de eenheid uit en dan terug aan als u het downloaden
terug wilt starten of verwijder de "Hot key" om de bewerking te onderbreken.
UPLOAD (VAN HET TOESTEL NAAR DE "HOT KEY")
1.
Schakel het toestel uit door middel van de ON/OFF toets en verwijder de TTL seriekabel als die er is;
schakel dan het toestel terug aan.
2.
Als de Wing eenheid AAN is, voeg de "Hot key" in en druk op de
verschijnt.
3.
Druk de "SET" toets om met het UPLOADEN te beginnen; het "uPL" bericht knippert.
4.
Schakel het toestel uit, verwijder de "Hot Key", steek de TTL seriële kabel terug in en schakel dan het
toestel terug AAN.
Op het einde van de gegevensoverdrachtsfase toont het toestel de volgende berichten:
"end "voor juiste programmering.
"err" voor foute programmering. In dit geval druk de"SET" toets in als u programmering wilt herbeginnen of
verwijder de niet –geprogrammeerde "Hot key".
ALARMSIGNALEN
Label
Oorzaak
Uitgangen
"P1"
Thermostaatsondebreuk Alarm uitgang ON; Compressor uitgang volgens de parameters "COn"
en "COF"
"P2"
Breuk in de
Alarm uitgang ON; Andere uitgangen ongewijzigd
verdampingssonde
"P3"
Auxiliairesonde fout
Alarm uitgang ON; Andere uitgangen ongewijzigd
"HA"
Maximum temperatuur
Alarm uitgang ON; Andere uitgangen ongewijzigd
alarm
"LA"
Minimum temperatuur
Alarm uitgang ON; Andere uitgangen ongewijzigd
alarm
"EE"
Data of geheugen storing Alarm uitgang ON; Andere uitgangen ongewijzigd
"dA"
Ontdooi timeout alarm
Alarm uitgang ON; Andere uitgangen ongewijzigd
"EAL"
Extern alarm
Alarm uitgang ON; Andere uitgangen ongewijzigd
"BAL"
Ernstig extern alarm
Alarm uitgang ON; Andere uitgangen OFF
"PAL"
Drukschakelaar alarm
Alarm uitgang ON; Andere uitgangen OFF
"rtc"
Real time klok alarm
Alarm uitgang ON; Andere uitgangen ongewijzigd; Ontdooiingen
volgens par. "IdF"
Het alarmbericht wordt afgebeeld tot de alarmtoestand terug normaal is.
Alle alarmberichten worden getoond alternerend met de ruimtetemperatuur behalve de "P1" die knippert op het
scherm.
"EE" kan gewist worden door op een toets te drukken. Daardoor zal het "rSt" bericht gedurende 3s op het
scherm verschijnen. Daarna zal het toestel terug normaal werken.
AFZETTEN VAN DE BUZZER / ALARM RELAIS UITGANG
Als "tbA = y", eens het alarmsignaal is gedetecteerd, zullen de buzzer en de relais afgezet kunnen worden
door op een toets te drukken.
Als "tbA = n", enkel de buzzer wordt afgezet terwijl de alarm relais aan blijft tot weer aan de alarmvoorwaarden
wordt voldaan.
"EE" ALARM
De dIXEL toestellen zijn voorzien van een interne test voor de data integriteit. Het "EE" alarm knippert
wanneer een fout in het datageheugen voorkomt. In zulke gevallen wordt de alarmuitgang geactiveerd.
ALARM HERSTEL
Alarm voor sondes : "P1" (sonde1 defect), en "P3"; het stopt automatisch 10sec nadat de sonde herstart.
Controleer de aansluitingen vóór u de sonde vervangt.
Temperatuuralarms "HA" en "LA" stoppen automatisch vanaf het ogenblik dat de thermostaattemperatuur
terugkeert naar zijn normale waarden of wanneer het ontdooien start.
XW570L.doc
Installing and Operating Instructions
Installing and Operating Instructions
Installing and Operating Instructions
Installing and Operating Instructions
è
toets; het "uPL" bericht
XW570L
Deuringangsalarm "dA" stopt vanaf dat de deur dicht is.
Externe alarms "EAL", "BAL" stoppen als de externe digitale ingang is gedesactiveerd. "PAL" alarm wordt
hersteld door het toestel UIT te schakelen.
TECHNISCHE DATA
Behuizing: zelfdovende ABS.
Omkasting: front 38x185 mm; diepte 76mm
Montage : paneelmontage in een paneel cut-out 150x31 mm met twee schroeven met
Afstand tussen de gaten 165mm
Bescherming: IP20.
Front bescherming: IP65 met frontale pakking mod RG-L. (optioneel)
≤
Verbindingen: Schroef terminaal blok
2,5 mm
Optioneel ontkoppelbare terminale blokken (max.12A)
±
Voedingsspanning: 230Vac of 110Vac
10%
Opgenomen vermogen: 7VA max.
Display: 3 digits, rode LED, 14,2 mm hoog.
Ingangen: 2 NTC sondes
Digitale ingangen: 2 vrije voltage
Relais uitgangen: Totale stroom op de ladingen MAX. 20A
compressor: relais SPST 20(8) A, 250Vac
Licht: relais SPST 16(3) A, 250Vac (of optioneel relais SPST 16(3) A, speciaal voor fluorescerende lichten)
Ventilatoren: relais SPST 8(3) A, 250Vac
Ontdooiing: relais SPST 8(3) A, 250Vac
Alarm: SPST relais 8(3) A, 250Vac
Auxiliaire: SPST relais 16 (3) A, 250Vac
Andere uitgangen:
alarm buzzer (Standaard)
Analoge uitgang 4÷20 mA (optioneel)
Directe RS485 (optioneel)
XW-REP uitgang voor afbeelding op afstand (optioneel)
Seriële uitgangen : TTL standaard
Communicatie protocol: Modbus - RTU
Gegevensopslag: in het niet-volatiel geheugen (EEPROM).
Soort actie: 1B.
Pollutie graad: normaal
Software classe: A.
Bedieningstemperatuur: 0÷60 °C.
Opslagtemperatuur: -25÷60 °C.
÷
Relatieve vochtigheid: 20
85% (niet condenseerbaar)
Meet en regelbereik: NTC sonde: -40÷110°C (-58÷230°F)
Resolutie: 0,1 °C or 1°C or 1 °F (selecteerbaar)
Trefzekerheid (omgevingstemp. 25°C): ±0,5 °C ±1 digit
CONNECTIES
XW570L
STANDAARDINSTELLINGEN
Label Naam
REGULATIE
Set
Setpunt
Hy
Differentieel
LS
Minimum setpunt
US
Maximum setpunt
OdS
Uitgangsactivatievertraging bij het opstarten
AC
Anti-korte cyclusvertraging
CCt
Compressor ON tijd tijdens snelkoelen
COn
Compressor ON tijd met foute sonde
COF
Compressor OFF tijd met foute sonde
DISPLAY
CF
Temperatuur meeteenheid
rES
Resolutie (integer/decimaal punt)
Lod
Lokale display
Red
Afstandsdisplay
ONTDOOIING
tdF
Ontdooiingstype
EdF
Ontdooiingsmode
SdF
Setpunt voor SMART DEFROST
dtE
Eindtemperatuur
na
ontdooiing
(1°Verdamping)
IdF
Interval tussen ontdooiingscycli
MdF
(Maximum) lengte voor 1° ontdooiing
dFd
Afbeelden tijdens ontdooiing
dAd
MAX afbeelding vertraging na ontdooiing
Fdt
Tijd nodig voor het wegvloeien
dPO
Eerste ontdooiing na het opstarten
dAF
Ontdooiingsvertraging na snelkoelen
VENTILATOREN
rel.1.0 - - - - cod. 1592009130
rel.1.0
cod. 1592009130
rel.1.0
rel.1.0
cod. 1592009130
cod. 1592009130
∅
3 x 2mm.
hitte-bestendige bedrading en 6,3mm Faston
2
Range
Default
°C/°F
LS÷US
-5/23
0,1÷25,5 °C / 1÷45°F
2/4
-50,0°C÷SET / -58°F÷SET
-30/-22
SET ÷ 110°C / SET ÷ 230°F
20/68
0÷255 min.
0÷30 min.
0 ÷ 23h 50 min.
0÷255 min.
15
0÷255 min.
30
°C ÷ °F
°C/°F
in ÷ de
de
P1 ÷ 1r2
P1
P1 ÷ 1r2
p1
rE, rT, in
rE
rtc, In, Sd
-30 ÷ +30°C / -22÷+86°F
-50,0÷110°C /-58÷230°F
8/46
1÷120h
0÷255 min.
30
rt, it, SEt, dEF, dEG
0÷255 min.
30
0÷60 min.
n ÷ y
0 ÷ 23h 50 min.
Niveau
XW570L
Pr1
Pr1
Pr2
Pr2
1
Pr2
1
Pr1
0
Pr2
Pr2
Pr2
Pr2
Pr1
Pr2
Pr2
Pr1
In
Pr2
0
Pr2
Pr1
6
Pr1
Pr1
it
Pr2
Pr2
0
Pr2
n
Pr2
2
Pr2
5/6
Advertenties
Inhoudsopgave
