Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Installatie - Inbedrijfstelling; Elektrische Controle Van De Regelaar; Instellingen; Instellingen Van De R438 (Arepof Pmg-Systeem) - Leroy Somer Nidec R438 Installatie En Onderhoud

Inhoudsopgave

Advertenties

Electric Power Generation
3 - INSTALLATIE -
INBEDRIJFSTELLING
3.1 - Elektrische controle van de
regelaar
- Controleer of alle aansluitingen correct
uitgevoerd zijn volgens het bijgevoegde
bedradingsschema.
- Controleer of de draadbrug voor selectie
van de frequentie «ST3» zich op de juiste
frequentiewaarde bevindt.
- Controleer of de draadbrug ST4 en de
potentiometer voor instelling op afstand
aangesloten zijn.
- Optionele functies
• Draadbrug ST1: open voor aansluiting van
de driefasige detectiemodule R731 of R734.
• Draadbrug ST2: open voor snelle
reactietijd.
• Draadbrug ST5: open om de LAM-functie
te onderdrukken.

3.2 - Instellingen

De verschillende instellingen tijdens de
test moeten door bevoegd personeel
uitgevoerd worden. Vóór het uitvoeren
van de instellingen moet gecontroleerd
worden of de aandrijfsnelheid weer-
gegeven op het typeplaatje bereikt is. Na
het uitvoeren van de instellingen moe-
ten alle panelen of deksels terug aan-
gebracht worden. Alle instellingen van
de machine gebeuren via de regelaar.
3.2.1 - Instellingen van de R438 (AREP-
of PMG-systeem)
LET OP
Controleer vóór elke ingreep aan de re-
gelaar of de draadbrug ST9 gesloten is
bij AREP-bekrachtiging en onderbroken
bij PMG- of SHUNT- of afzonderlijke
bekrachtiging.
Installatie en onderhoud
Automatische spanningsregelaars
R438
a) Beginstanden van de potentiometers (zie
tabel)
- Potentiometer voor instelling van de
spanning op afstand: in het midden
(draadbrug ST4 verwijderd).
Actie
Spanning
minimum volledig naar links
Stabiliteit
Spanningsstatisme
(// werking met S.T.)
Statisme 0 volledig naar links
Bovengrens bekrachtiging
Begrenzing van de bekrachtigings-
stroom en kortsluitstroom,
minimum volledig naar links
Instelling van de stabiliteit bij autonome
werking
b) Installeer een analoge D.C.-voltmeter
(met naald) kal. 50 V op de klemmen E+,
E- en een A.C.-voltmeter kal. 300, 500 of
1000 V op de uitgangsklemmen van de al-
ternator.
c) Controleer of de draadbrug ST3 zich be-
vindt op de gewenste frequentie (50 of 60
Hz).
d) Spanningspotentiometer P2 op het mini-
mum, volledig naar links.
e) Stabiliteitspotentiometer P3 ongeveer op
1/3de van de uiterste linkerstand.
f) Start de motor en stel zijn snelheid in op
een frequentie van 48 Hz voor 50 Hz, of 58
voor 60 Hz.
g) Stel de uitgangsspanning via P2 in op de
gewenste waarde:
- nominale spanning UN voor autonome
werking (vb. 400 V)
- of U
+ 2 tot 4 % voor parallelwerking met
n
S.T. (vb. 410 V -).
Indien de spanning schommelt, gebruik dan
P3 (probeer in de 2 richtingen), rekening
houdend met de spanning tussen E+ en E-
(ong. 10 V D.C.).
3971 nl -
2018.01 / j
Pot.
Fabrieksinst.
400 V - 50 Hz
(ingang
P2
0 - 380 V)
Niet ingesteld
P3
(in het midden)
Niet ingesteld
(volledig naar
P1
links)
10 A
P5
maximum
9

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave