15 Geluidinstellin-
gen
Het beltoonvolume van de
handset instellen
U kunt voor de beltoon 5 volumeniveaus
instellen.
1
Selecteer [Menu] >
druk op [OK] om te bevestigen.
2
Selecteer een volumeniveau en druk
vervolgens op [OK] om te bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
Tip
•
Wanneer u de beltoon uitschakelt, wordt
scherm weergeven.
De beltoon van de handset
instellen
U kunt kiezen uit 10 beltonen.
1
Selecteer [Menu] >
druk op [OK] om te bevestigen.
2
Selecteer een beltoon en druk vervolgens
op [OK] om te bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
Stille modus
U kunt uw telefoon instellen op de stille modus
en deze inschakelen voor een bepaalde duur
wanneer u niet gestoord wilt worden. Wanneer
de stille modus is ingeschakeld, gaat uw telefoon
> [Belvolume] en
op het
> [Beltoon] en
niet over, stuurt deze geen alarmen en maakt
deze geen geluid.
Opmerking
•
Wanneer u op
drukt om uw handset te vinden
of wanneer u het alarm activeert, stuurt uw telefoon
nog steeds alarmen, zelfs wanneer de stille modus
geactiveerd is.
1
Selecteer [Menu] >
druk op [OK] om te bevestigen.
2
Selecteer [Aan]/[Uit] en druk vervolgens
op [OK] om te bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
3
Selecteer [Start & stop] en druk op [OK]
om te bevestigen.
4
Stel de tijd in en druk vervolgens op [OK]
om te bevestigen.
» De instelling wordt opgeslagen.
Opmerking
•
Wanneer de stille modus is ingesteld op [Aan], wordt
weergegeven.
wordt weergegeven gedurende
de vooraf ingestelde tijd voor de stille modus.
Contactpersonen van de stille modus
uitsluiten
U kunt de lengte van de beltoonvertraging
selecteren en de contactpersonen instellen
die u van het telefoonboek wilt uitsluiten.
Beltoonvertraging is het aantal belsignalen
dat wordt gedempt voordat de belsignalen
hoorbaar zijn op de telefoon.
1
Selecteer [Menu] >
druk op [OK] om te bevestigen.
2
Selecteer [Uitzondering].
3
Selecteer [Aan] om de stille modus te
activeren of [Uit] om deze te deactiveren.
Druk vervolgens op [OK] om te
bevestigen.
> [Stille modus] en
> [Stille modus] en
NL
31