Inhoudstafel 1 - ALGEMENE WAARSCHUWINGEN VOOR DE VEILIGHEID......................4 1.1 - TECHNISCHE ASSISTENTIEDIENST..............................4 1.2 - CONTROLES VOORAF EN IDENTIFICATIE VAN HET TYPE GEBRUIK..................5 1.3 - VERKLARING VAN INCORPORATIE VOOR MACHINES DIE BIJNA MACHINES ZIJN ............6 2 - TECHNISCHE KENMERKEN ..................................6 2.1 - GEBRUIKS IMITATIES ....................................
DE AUTOMATISERING MOET WORDEN UITGEVOERD IN die tijdens het gebruik kan optreden. OVEREENSTEMMING MET DEGELDENDE • V2 behoudt zich het recht voor om zonder EUROPESEREGELGEVING: EN 60204-1, EN 12445, EN 12453, EN voorafgaande waarschuwing wijzigingen aan het 13241-1, EN 12635 product aan te brengen.
1.2 - CONTROLES VOORAF EN IDENTIFICATIE VAN HET TYPE GEBRUIK Het automatisme mag niet gebruikt worden voordat de indienststelling uitgevoerd is, zoals aangeduid wordt in de paragraaf „Testen en indienststelling“. Er wordt op gewezen dat het automatisme niet voorziet in defecten die veroorzaakt worden door een verkeerde installatie of door slecht onderhoud.
3 -INSTALLATIE VAN DE MOTOR 3.1 - INSTALLATIESCHEMA Onderdelen AANVULLENDE ACCESSOIRES Motor Sleutelschakelaar Zender Pillaar photocellen Ontvanger Pillaar-gemonteerde digitale radioschakelaar Photocellen Gevoelige randen Flitslamp ECO-LOGIC Lengte van de kabels < 10 meters Van 10 tot 20 meters Van 20 tot 30 meters Voeding 230V 3G x 1,5 mm2 3G x 1,5 mm2...
3.2 - INSTALLATIE VAN DEACHTERSTE Meet de waarde "C", trek vervolgens een rechte horizontale lijn in grafiek 1 tegen de verkregen BEVESTIGINGSBEUGEL waarde. Kies een punt in de lijn, rekening houdend Bereken de positie van de achterste beugel met behulp van de met de gewenste openingshoek, geschikt voor de grafiek.
3.3 - BEVESTIGING VAN DE REDUCTIEMOTOR AAN DE Bevestig de motor aan de voorste beugel: BEVESTIGINGSBEUGELS 1. Bevestig de arm van de reductiemotor aan de beugel met de bijgeleverde pin en borgring Bevestig de reductiemotor aan de achterste beugel: Bevestig de reductiemotor aan de beugel met de bijgeleverde schroeven, sluitringen en moeren 2.
3.5 - INSTALLATIE EN AFSTELLING VAN DE MOTOR- bevestig de eindschakelaars op de motorarm; deze moeten ook worden geïnstalleerd in LIMIETSCHAKELAARS aanwezigheid van mechanische aanslagen op 1. Ontkoppel de tandwielmotor de grond Openen Sluiten 5. Installeer nu de arm weer op de motor 2.Verwijder de 2 schroeven onder de motor en verwijder het deksel 3.
7. Door de twee schroeven (A) op de motor vast- of los te 3.6 - ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN draaien, kunnen de twee eindschakelaars worden afgesteld; vervolgens kunnen met de twee schroeven (B) OPGELET! de twee stelschroeven worden geblokkeerd • Een verkeerde aansluiting kan storingen of •...
4 - STUURCENTRALE 4.2 - INSTALLATIE De installatie van de stuurcentrale, van de De PD12is uitgerust met een display waarmee niet alleen veiligheidsvoorzieningen en van de accessoires moet een eenvoudige programmering mogelijk is maar ook de gebeuren terwijl de voeding afgesloten is. constante bewaking van de status van de ingangen.
FOTOCELLEN- WAARSCHUWINGEN VEILIGHEIDSLIJSTEN-WAARSCHUWINGEN • De centrale voedt de fotocellen bij een nominale • Als lijsten met een normaal geslotencontact gebruikt spanningswaarde van 24Vdc met een elektronische worden, moeten de uitgangen in serie aangesloten zekering die de stroom onderbreekt in geval van worden.
4.7 - ACTIVERINGSINGANGEN (START en START P.) 4.8 - STOP De stuurcentrale PD12 beschikt over twee Voor een hogere mate van veiligheid is het mogelijk activeringsingangen waarvan de functie afhankelijk is van een schakelaar te installeren die bij activering de de geprogrammeerd werkwijze (zie het item Strt van het onmiddellijke blokkering van het hek veroorzaakt.
4.14- INTERFACE De stuurcentrale PD12 is uitgerustmet een ADI (Additional DevicesInterface) diede aansluiting iting van een serieoptionele modules van de V2 productenlijn mogelijk maakt. Raadpleegde V2 catalogus of de technische documentatie om te zien welke optionele modules met ADI voor deze stuurcentrale beschikbaar zijn...
5 - CONTROLEPANEEL 5.1 - DISPLAY B1 - B2 Servicelichtenof knipperlicht 230VAC Wanneer de voeding geactiveerdwordt, controleert de Motor 2 (+) stuurcentrale de correcte werking van het display door alle segmenten gedurende 1,5 seconden op 8.8.8.8 Motor 2 (GND) in te schakelen. Gedurende de volgende 1,5 seconden wordt de firmware versie weergegeven, bijvoorbeeld Motor 2 (-) Pr I.5.
5.2 -GEBRUIK VAN DE TOETSEN VOOR DE PROGRAMMERING De programmering van de functies en van de tijden van de centrale vindt plaats via een Onderstaande tabel beschrijft de functies van de toetsen: speciaalconfiguratiemenu dat toegankelijk en verkenbaar is via de 3 toetsen e n O K d i e zich naast het display �...
Pagina 20
Selecteerdeze parameter in functie van de (bovenste of onderste) positie van de bewegende hekvleugel. SUP de bewegende hekvleugel is de vleugel die als eerste moet opengaan de bewegende hekvleugel is de vleugel die alstweede moet opengaan N.B.:als de installatie een enkele motor voorziet, selecteer dan SUP Selecteerdeze parameter in functie van de richting van opening van hekvleugel 1 de hekvleugel gaat open...
7 - TOEGANG TOT DE INSTELLINGEN VAN DE 8 - SNELLECONFIGURATIE CENTRALE De snelleconfiguratie is een menu dat het mogelijk maakt om met enkele handelingen de belangrijkste parameters Is de initialisatie eenmaal uitgevoerd (ook zonder het van de centrale te programmeren. automatisch aanleren van de tijden) dan zal het mogelijk Initialisatie van de centrale zijn toegang te krijgen tot de diverse functies van de...
8.1 - REGELINGVAN HET VERMOGEN Dezeoptie van het snelleconfiguratiemenu maakt het mogelijk om het vermogen van de motoren te regelen. De weergegeven waarde is de waarde die op dat moment ingesteld is. Selecteer met de toetsen en � de in te �...
8.3 - WERKLOGICA Dezeoptie van de snelleconfiguratie dient voor het vaststellenvan de startimpuls (door klemmenstrook, door afstandsbediening of doorknoppenpaneel) De mogelijke keuzeszijn de volgende: P - P Stap-voor-Stap-logica- de startimpuls veroorzaakt achtereenvolgensopening, stilstand, sluiting, stilstand. AUto Automatische logica - de startimpuls wordt gebruikt om het hek te openen. •...
9 - LADEN VAN DE DEFAULT-PARAMETERS Het is in geval van nood mogelijk om alle parameters opnieuw op de standaard- of default-waarde te zetten (zie de definitieve overzichtstabel). LETOP:deze procedure heeft tot gevolg dat alle persoonlijke parameters verloren gaan. Daarom is deze procedure buiten het configuratiemenu opgenomen, om de kans verkleinen dat hij...
10 - AUTOMATISCH AANLEREN VAN DE WERKTIJDEN Met dit menu kunnen de tijden die voor het openen en sluiten van het hek nodig zijn, automatisch aangeleerdworden. Tijdens deze fase bewaart de centrale ook de krachten die nodig zijn om het hek te openen en te sluiten: deze waarden zullen gebruikt worden door de obstakelsensorte activeren.
11 - LEZING VAN DE CYCLITELLER Zone 3 stelt de instelling van deze laatste teller voor: door het wieltje omlaag of omhoog te duwen, wordt de huidige De stuurcentrale PD12 telt de voltooide openingscycli van waarde van de teller afgerond op duizenden. Bij iedere het hek en signaleert op verzoek de noodzaak tot volgende druk wordt de instelling met 1000 eenheden onderhoud na een van te voren vastgesteld aantal...
12 - CONFIGURATIE VAN DE CENTRALE Instelling van de functiemenu’s De functiemenu’s maken het mogelijk een functie te Het programmeermenu -PrG bestaat uit een lijst van kiezen uit een groep van mogelijke opties. Wanneer u een opties die geconfigureerd kunnen worden. De afkorting functiemenu binnengaat wordt de optie getoond die op die op het display verschijnt duidt op de optie die op dat dat moment actief is.
Pagina 28
DISPLAY GEGEVENS FUNCTIES DEFAULT MEMO EnSA Inschakelen Energy saving Functie niet ingeschakeld Functie ingeschakeld t.APP Tijd van gedeeltelijke opening (voetgangerstoegang) 8.0” Als een impuls voor Voetgangersstart ontvangen wordt, opent de 0.0” - 1’00 centrale alleen de BOVENSTEhekvleugelgedurende een verkorte tijd (time instelbaar van0.0”...
Pagina 29
DISPLAY GEGEVENS FUNCTIES DEFAULT MEMO t.PrE Tijd van voorknipperen 1.0” Voorafgaand aan iederebeweging van het hek wordt het knipperlicht 0.5” - 1’00 geactiveerd gedurende de tijd t.PrE(time instelbaar van 0.5” tot 1’00) Functie gedeactiveerd Pot1 Vermogen motor 1 De weergegeven waarde is het percentage ten opzichte van het maximum 30 - 100 vermogen van de motor Pot2...
Pagina 30
DISPLAY GEGEVENS FUNCTIES DEFAULT MEMO Start bij opening St.AP Met dit menu kan het gedrag van de stuurcentrale ingesteld worden indien PAUS tijdens de openingsfaseeen startimpuls ontvangen wordt PAUS Het hek komt tot stilstand en neemt de pauze status aan ChiU Het hek begint onmiddellijk opnieuw te sluiten Het hek gaat door met opengaan (de instructie wordt genegeerd)
Pagina 31
DISPLAY GEGEVENS FUNCTIES DEFAULT MEMO Servicelichten Met dit menu is het mogelijk de werking van de servicelichtenop automatische wijze in te stellen tijdens de openingscyclusvan het hek. LUCi CiCL N.B. : indien de uitgang gebruikt wordt voor het besturen van een knipperlicht (met interne intermitterende werking) dan dient men de optie CiCL te selecteren.
Pagina 32
DISPLAY GEGEVENS FUNCTIES DEFAULT MEMO Foto - Niet verlaten van het programmeermenu CFCh CFCh - Verlaten van het programmeermenu met het onthouden van ingestelde Ingang uitgeschakeld ( de stuurcentrale negeert het) Ingang alleen ingeschakeld bij de sluiting LET OP: indien u deze optie kies moet de test van de fotocellen uitgeschakeld worden.
De stuurcentrale minstens 7,5 seconde bedragen. moet voor reparatie naar V2 S.p.A. gezonden worden. Fout 9 Fout 2 Wanneer men probeert de instellingen van de Wanneer en startimpuls gegevenwordt, gaat het hek niet stuurcentrale op het displayte wijzigen, verschijnt de tekst:...
Pagina 34
Fout 91 Als de centrale tijdens de initialisatieprocedure de test van de externe fotocel niet goed aflegt, verschijnt dezetekst op het display Er91 Controleer de werking van de fotocel die op de ingang PHOTO aangesloten is. N.B.: Deze afwijking wist niet de gegevens die reeds met de Initialisatie procedure verworven zijn.
V2 raadt aan om de volgende technischenormen te gebruiken: Het aanbevolen interval tussen twee onderhoudsbeurten is • EN12445 (Veiligheid bij het gebruik van automatische zes maanden, de beoogde controles moeten minimaal de sluitingen, testmethodes).
Are you satisfied? Should you wish to add another automation device to your home, contact the same installer and ask for a V2 SpA product: we guarantee you the most advanced products on the market and maximum compatibility with existing automation devices.