Vuur aanmaken
1. Schuif de regelknop volledig in de ‚opstartstand'. Leg op de bodem,
links en rechts, 2 klein stukken hout in de langsrichting.
Leg op dit fijn hout, in de dwarsrichting, 2 blokken hout.
2. Op deze 2 blokken legt u nog wat aanmaakhout dwars op elkaar
gestapeld. Leg bovenin de stapel aanmaakhout 2-4 stukjes van de
RIKA aanmaakblokje.
3. Ontsteek het RIKA aanmaakblokje. Sluit de deur van de vuurhaard.
Na enkele minuten opstart, indien de hout is ontstoken, plaatst u de
regelknop in de middelste positie.
Enkele minuten later (afhankelijk van de trek in de schoorsteen en
de kwaliteit van de brandstof), indien de blokken ist ontstoken, kan
u de regelaar naar de nulstelling (zie REGELKNOP LUCHTTOEVOER)
verschuiven, om de luchttoevoer te verminderen.
Bijvullen
Nadat de eerste vulling hout is opgebrand vul je opnieuw bij met
1 - 2 blokken hout (zie hoofdstuk HOEVEELHEID BRANDSTOF). Zet
de regelaar voor de luchttoevoer in de opstartstand totdat het hout
goed aan het branden is. Dan kan u de regelaar naar de ideaalstand
verschuiven, om de luchttoevoer te verminderen.
Voor een optimale verbranding zou de luchtregelaar in de ideale
stelling staan (tussen middelste en nulstelling). Dit vermindert de
emissiewaarde en verbetert het rendement.
Aanwijzing
Als u heeft bijgevuld met hout en er is te weinig gloed in de kachel
of te weinig luchttoevoer, dan kan er een sterke rookontwikkeling
ontstaan. Er kan zich ook een explosieve mengeling van lucht en
gassen opstapelen, wat in een verder stadium tot hevige knallen
kan leiden. Uit veiligheidsoverwegingen wordt aangeraden om de
deur van de vuurhaard gesloten te houden en de luchtregeling op
'opstartpositie' te plaatsen, 100% open. Als het bijgevulde hout niet
ontsteekt, wacht dan tot de rook is verdwenen en u kan de kachel
opnieuw opstarten.
Voer iedere bijvulling op dezelfde wijze uit.