Veiligheid
Deze kookplaat is speciaal ontworpen voor
huishoudelijk gebruik.
In zijn voortdurende streven naar verbetering
van zijn producten behoudt de fabrikant zich te
allen tijde het recht voor om technische,
programma- of esthetische aspecten van het
apparaat te wijzigen.
•
Bescherming tegen oververhitting
De temperatuur in de kookzones wordt bewaakt
door een sensor. Wanneer de temperatuur boven
een veilig niveau komt, wordt de kookzone
automatisch uitgeschakeld.
•
Detectie van kleine of niet-magnetische
pannen
Wanneer er een pan met een diameter van
kleiner dan 80 mm of een ander klein voorwerp
(bv. een mes, vork, sleutel) of een
niet-magnetische pan (bv. van aluminium) op de
kookplaat is achtergelaten, klinkt er ongeveer
één minuut lang een zoemer, waarna de
kookplaat automatisch in de stand-by gaat.
•
Waarschuwing voor restwarmte
Wanneer de kookplaat een tijd gebruikt is, zal er
wat restwarmte zijn. De letter "H" verschijnt om u
te waarschuwen om de kookplaat niet aan te
raken.
•
Automatische uitschakeling
Een andere veiligheidsfunctie van de
inductiekookplaat is de automatische
uitschakeling. Dit gebeurt telkens wanneer u
vergeet om een kookzone uit te schakelen. De
standaard uitschakeltijden worden weergegeven
in de onderstaande tabel:
Vermogensniveau
automatisch uitgeschakeld na
1~5
6~10
11~14
15
Wanneer de pan van de kookzone wordt gehaald,
stopt deze onmiddellijk met verwarmen en schakelt
hij zichzelf uit, nadat er één minuut een zoemer is
afgegaan.
Waarschuwing: Personen met een pacemaker
dienen een arts te raadplegen voordat zij de
inductiekookplaat gebruiken.
De kookzone wordt
8 uur
4 uur
2 uur
1 uur
Installatie
1. Snijd een opening in het werkblad in
overeenstemming met de afmetingen aangegeven
op de tekening.
Voor de installatie en het gebruik moet er minstens
5 cm ruimte vrij gelaten worden rond de opening.
Controleer of de dikte van het werkblad minstens
30 mm is. Kies voor warmtebestendig en
geïsoleerd materiaal voor het werkblad (hout en
soortgelijke vezelachtig of hygroscopisch materiaal
mag niet worden gebruikt als materiaal voor het
werkblad, tenzij het geïmpregneerd is) om
elektrische schok en grotere vervormingen te
voorkomen die veroorzaakt worden door de
warmtestraling van de kookplaat. Zoals
weergegeven in figuur (1):
Opmerking: De veiligheidsafstand tussen
de zijkanten van de kookplaat en de
binnenste oppervlakken van het werkblad
moet ten minste 3 mm zijn.
Figuur (1)
2. Het is van essentieel belang dat de
inductiekookplaat goed geventileerd wordt
en dat de luchtinlaat en -uitlaat niet
geblokkeerd worden.
Zorg dat de kookplaat correct
geïnstalleerd wordt, zoals weergegeven in
figuur 2.
161
AFDICHTING
Min. 3 mm