12.
Wees voorzichtig als u de machine in nat gras gebruikt.
Wandelen, nooit rennen. Dit verkleint het risico dat u uitglijdt en
valt, wat kan leiden tot lichamelijk letsel.
13.
Gebruik de machine niet op extreem steile hellingen. Dit verkleint
het risico dat u de controle verliest, uitglijdt en valt, en daarbij
lichamelijk letsel oploopt.
14.
Zorg dat u stevig staat wanneer u op hellingen werkt; maak
hierbij dwarse werkgangen op de helling in plaats van steeds
naar boven en beneden te gaan; wees uiterst voorzichtig
wanneer u van richting verandert. Dit verkleint het risico dat u de
controle verliest, uitglijdt en valt, en daarbij lichamelijk letsel oploopt.
15.
Houd alle elektriciteitssnoeren en kabels uit de buurt van het
snoeigebied. Elektriciteitssnoeren of kabels kunnen verborgen zijn
in hagen of struiken en kunnen per ongeluk worden gesneden of
beschadigd door de maaidraad.
16.
Houd alle lichaamsdelen uit de buurt van een snijkop of
maaidraad in beweging. Verwijder materiaal pas uit de machine
als deze uit het stopcontact is gehaald. Een snijkop of maaidraad
in beweging kan ernstig lichamelijk letsel veroorzaken.
17.
Moet u de machine dragen, zorg dan dat ze uitgeschakeld is en
houd ze weg van het lichaam. Een juiste omgang met de machine
verkleint de kans dat u per ongeluk een snijkop of maaidraad in
beweging raakt.
18.
Gebruik ter vervanging enkel snijkoppen en maaidraad
die voldoet aan de specificaties van de fabrikant. Vervang
de snijkoppen of maaidraad niet door metaaldraad of
messen. Gebruik van onjuiste vervangonderdelen kan leiden tot
controleverlies, afgebroken onderdelen en letsel.
19.
Bij het verwijderen van vastgelopen materiaal of het verrichten
van onderhoud aan de machine moet u ervoor zorgen dat
de schakelaar uit staat en het accupack verwijderd is. Het
onverwacht starten van de machine terwijl u vastgelopen materiaal
verwijdert of onderhoud verricht, kan leiden tot ernstig lichamelijk
letsel.
BEWAAR DEZE
AANWIJZINGEN
10