Wanneer u het apparaat voor het eerst in gebruik neemt
Het instellen van de dosering
van het naspoelmiddel
Voor een optimaal reinigingsresultaat
kunt u de dosering aanpassen.
De dosering van het naspoelmiddel is
instelbaar in hoeveelheden van ca.
0-6 ml.
Vanuit de fabriek is een hoeveelheid
van ca. 3 ml naspoelmiddel ingesteld.
Deze hoeveelheid wordt geadviseerd.
De gedoseerde hoeveelheid naspoel-
middel kan door de automatische aan-
passing in het programma "Automatic"
groter uitvallen dan de ingestelde dose-
ring.
Vertoont het vaatwerk vlekken:
^ Stel een grotere hoeveelheid in.
Vertoont het vaatwerk strepen of slui-
ers:
^ Stel een kleinere hoeveelheid in.
28
^ Schakel de afwasautomaat met de
K - toets uit.
^ Druk op de J / M - toets, blijf erop
drukken en schakel tegelijk de af-
wasautomaat met de K - toets in.
Blijf minstens 4 seconden op de
J / M - toets drukken totdat het con-
trolelampje van deze toets gaat
branden.
Is dat niet het geval, begin dan nog
eens van voren af aan.
^ Druk 3x op de , - toets.
Het controlelampje van de , - toets
knippert 3x kort achter elkaar.
In de tijdsaanduiding knipperen "p" en
"3" afwisselend.
Dat betekent dat er vanuit de fabriek
een hoeveelheid naspoelmiddel van
3 ml is ingesteld.
De ingestelde hoeveelheid is te zien
aan het cijfer dat achter de "p" in de
tijdsaanduiding aan het knipperen is.
^ Kies met de J / M - toets het
knipperritme dat hoort bij de ge-
wenste hoeveelheid te doseren na-
spoelmiddel.
Bij iedere druk op de toets krijgt men
een grotere hoeveelheid.
De geprogrammeerde hoeveelheid te
doseren naspoelmiddel is direct opge-
slagen.
^ Schakel de afwasautomaat met de
K - toets uit.