Installatie
8
Installatievoorschriften
8.1.2
Aanbevolen gereedschap
8.1.3
Minimale vrije ruimte en montagepositie
8.1.4
Gescheiden kabelgoten
158
•
Gebruik voor de aansluiting van de elektronicaklemmenstrook X10 / X12 / X13 een
schroevendraaier met een breedte van 2,5 mm.
•
Houd voor een goede koeling boven en onder de behuizing een vrije ruimte van
100 mm (3,94 in) aan. Er is geen zijdelingse vrije ruimte vereist. De apparaten
mogen tegen elkaar geplaatst worden. Zorg ervoor dat de luchtcirculatie niet door lei-
dingen en ander installatiemateriaal wordt gehinderd. Voorkom dat het apparaat
wordt opgewarmd door de warme lucht die door andere apparatuur wordt afgegeven.
Monteer de apparatuur uitsluitend verticaal. De apparatuur mag niet liggend,
dwars of ondersteboven worden ingebouwd.
•
Een goede warmteafvoer aan de achterkant van het koellichaam verkleint de thermi-
sche belasting van het apparaat.
100 mm
(3.94 in)
100 mm
(3.94 in)
•
Vermogenskabels en elektronicakabels dienen in gescheiden kabelgoten te worden
gelegd.
Systeemhandboek V2 – MOVITRAC
®
B