Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Bedrading; Kabelspecificatie; Aansluiting - Spirax Sarco LP11-4 Installatie- En Onderhoudsinstructies

Niveau
Inhoudsopgave

Advertenties

4.1 Kabelspecificatie

Zie de IMI van de regelaar voor details over de bedrading

4.2. Aansluiting

Verwijder de schroef van de bovenste behuizing om toegang te krijgen tot de bedradingsklemmen.
De LP11-4 wordt geleverd met vier krimpconnectors (0,3 - 1,5 mm
Voor de aardaansluiting van het sondelichaam wordt een niet-geïsoleerde krimpringklem (0,3 - 1,42 mm
AWG) meegeleverd. Deze kan op één van de twee M3 binnendraden gemonteerd worden, (zie hieronder). Gebruik
de bijgeleverde borgring om de aansluiting vast te zetten.
Een extra schroef en krimpconnectoren worden meegeleverd, samen met gekleurde hulzen om de bedrading
gemakkelijk te kunnen identificeren. Een connector set is als reserve verkrijgbaar bij Spirax Sarco, Voorraadnr.
4024480.
Let op: - Gebruik geen standaard krimpconnectoren - de meegeleverde krimpconnectoren zijn van een
speciaal type voor hoge temperaturen.
Gebruik een krimptang voor twee doeleinden (voor geïsoleerde en niet-geïsoleerde krimpconnectoren) om de
verbindingen te maken, bv. RS Componenten 534-806 of Farnell 210-511.
Er wordt een M20 kabelwartel geleverd voor een kabel met een totale diameter van 5 mm - 12 mm. De sonde kan
worden aangesloten op Pg16 ½" BSP, ½" NPT of flexibele leiding met M20 schroefdraad, door de wartel te verwijderen
en een tegenmoer aan te brengen (een M20 tegenmoer wordt samen met het product geleverd).
Installeer geen laagspanningskabels in de buurt van hoogspanningskabels of schakelapparatuur, want dat
kan de prestaties van het product verminderen of schade veroorzaken. Voor de bekabeling van de sondes
mogen niet dezelfde buizen/draadgoten gebruikt worden als voor de stroomkabels of andere bedrading.
Controleer of de interne draden en krimpconnectors tijdens de installatie niet belast of beschadigd zijn.
Verwijder de bovenste behuizing en controleer de bedrading voordat u het systeem in gebruik neemt.
De kabelboom kan van de LP11-4 sonde losgemaakt en verwijderd worden zonder de wartel te ontregelen:
-
Verwijder de bovenste behuizing en til de warteldrager, compleet met bedrading, uit de onderste behuizing.
Zorg voor voldoende lengte van de kabel of van de flexibele leiding en zorg ervoor dat er geen spanning op
het toestel komt te staan.
-
Draai de schroef van de bovenste behuizing niet te vast aan.
Gekleurde identificatiehulzen
Geel - Tip 4
Oranje - Tip 3
Krimpconnectors
Fig. 6
14

4. Bedrading

-
Merk op dat de kabel afgeschermd moet zijn
Bruin - Tip 1
Rood - Tip 2
LP11-4 Niveausonde
/22 - 16 AWG) voor aansluiting op de sondetips.
2
Warteldrager
verwijderd en aangesloten
IM-P693-05-NL EMM-UKn-02
/22 - 16
2
Kabelwartel (kan worden
op een leiding)
Functionele aarding
Aarding (ringkrimp)
Aansluiting kabelscherm

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave