5.3. Achterkant / Microfoon
F M A N T.
34)
35)
L I N E I N
36)
A C ~
37)
38)
O N / O F F
6. Ingebruikname
6.1. Apparaat plaatsen
Plaats het apparaat op een vlakke, stabiele ondergrond.
Sommige agressieve meubellakken kunnen de pootjes van het apparaat
aantasten. Zet het apparaat eventueel op een vaste ondergrond.
Als u verbinding met een extern apparaat maakt, moet u eerst het
netsnoer van de partyluidspreker uit het stopcontact trekken.
34
35
38
36
37
FM-antenne-ingang (draadantenne
meegeleverd)
Cinch-ingang
Openingen voor bassreflex
Netaansluiting (AC 230 ~ 50 Hz)
Microfoon in-/uitschakelen
15