Oververhitting
van de batterij
Oververhitting
van de controller
Fout in
systeemspan
ning
Overbelasting
van de belasting
Kortsluiting
laden
5.3 Onderhoud
De volgende inspecties en onderhoudstaken worden ten minste twee keer aanbevolen
per jaar voor de beste prestaties.
Zorg ervoor dat de controller stevig is geïnstalleerd in een schone en droge omgeving.
Zorg ervoor dat de luchtstroom rond de controller niet wordt geblokkeerd. Verwijder vuil en
fragmenten op het koellichaam.
Controleer alle naakte draden om er zeker van te zijn dat de isolatie niet wordt beschadigd
door blootstelling aan de zon, wrijvingsslijtage, droogheid, insecten of ratten enz. Repareer
of vervang indien nodig enkele draden.
Draai alle klemmen vast. Inspecteer op losse, gebroken of verbrande draadverbindingen.
Controleer en bevestig dat de LED in overeenstemming is met de vereiste.
Let op eventuele probleemoplossing of foutindicaties. Neem indien nodig
corrigerende maatregelen.
Controleer of alle systeemcomponenten stevig en correct zijn geaard.
Controleer of alle klemmen geen corrosie, beschadigde isolatie, hoge temperatuur of
verbrand/verkleurd teken hebben, draai de klemschroeven vast met het voorgestelde
aanhaalmoment.
Ruim vuil, nestelende insecten en corrosie op tijd op.
Controleer en bevestig dat de bliksemafleider in goede staat verkeert. Vervang op tijd een
nieuwe om beschadiging van de controller en zelfs andere apparatuur te voorkomen.
WAARSCHUWING: Gevaar voor elektrische schokken!
Zorg ervoor dat alle stroom is uitgeschakeld voordat u
bovenstaande bewerkingen uitvoert en volg vervolgens de
bijbehorende inspecties en bewerkingen.
www.solarv.de
XDS2:Batterij-indicator
Rood knippert langzaam
Batterijframe en
storingspictogram
knipperen.
XDS2:
PV/BATT-indicator knippert snel
XDS2:
/
Laad- en
storingspictogram
knipperen
De controller schakelt het
systeem automatisch uit.
Wanneer de temperatuur daalt tot
onder de 55 ºC, wordt de
controller hervat.
Wanneer het koellichaam van de
controller hoger is dan 85 °C, zal
de controller automatisch het
ingangs- en uitgangscircuit
uitschakelen. Wanneer de
temperatuur lager is dan 75°C, zal
de controller weer aan het werk
gaan.
(1)Controleer of de batterij
voltage overeenkomen met de
controller werkvoltage.
(2)Verander in een geschikte
batterij of reset de werkspanning.
(1)Verminder het aantal elektrische
apparatuur.
(2)Start de controller opnieuw op.
(3)Wacht één nacht-dagcyclus
(nacht>3 uur).
(1) Controleer zorgvuldig de
laadverbinding , wis de fout.
(2)Start de controller opnieuw op.
(3)Wacht één nacht-dagcyclus
(nacht>3 uur).
21
Copyright © 2021 SolarV GmbH Alle rechten
voorbehouden
NL