Technische gegevens KERN FCD 3K-3 FCD 6K-3 Artikelnummer / type TFCD 3K-3-A TFDE 6K-3-A Leesbaarheid (d) 0,1 g 0,2 g Weegbereik (max) 3000 g 6000 g Reproduceerbaarheid Lineariteit ±3 g ±4 g Kleinste onderdeelgewicht voor stuktelling onder 0,05 g 0,1g laboratoriumomstandigheden* Kleinste onderdeelgewicht voor stuktelling onder...
Pagina 5
KERN FCD 10K-3 FCD 30K-2 Artikelnummer / type TFCD 10K-3-A TFCD 30K-2-A Leesbaarheid (d) 0,5 g Weegbereik (max) 15 000 g 30 000 g Reproduceerbaarheid 10 g 10 g Lineariteit ±15 g ±30 g Kleinste onderdeelgewicht voor stuktelling onder 0,2 g 0,5 g laboratoriumomstandigheden* Kleinste onderdeelgewicht...
Toetsenbord Knop Naam Functie in bedrijfsmodus Functie in het menu Knop Weeggegevens Instellingenmenu oproepen AFDRUKKEN verzenden via interface (lange toetsaanslag) Totaliseren M knop Totaal" scherm Selectie bevestigen Gemiddeld gewicht per -knop Menu verlaten / terugkeren eenheid invoeren naar weegmodus ...
Basisinformatie (algemeen) Beoogd gebruik De weegschaal die je hebt gekocht, wordt gebruikt om het gewicht van te wegen goederen te bepalen. De weegschaal is bedoeld voor gebruik als "niet-automatische weegschaal", d.w.z. het monster wordt handmatig, voorzichtig en gecentreerd op de weegplaat geplaatst. Zodra een stabiele gewichtswaarde is bereikt, kan de gewichtswaarde worden afgelezen.
Bewaking van testapparatuur Als onderdeel van de kwaliteitsborging moeten de metrologische eigenschappen van de weegschalen eventuele testgewichten regelmatig worden gecontroleerd. verantwoordelijke gebruiker moet een geschikt interval definiëren, evenals het type en de omvang van deze controle. Informatie over de controle van testapparatuur voor weegschalen en de hiervoor benodigde testgewichten is beschikbaar op de homepage van KERN (www.kern-sohn.com).
Uitpakken, installatie en inbedrijfstelling Installatieplaats, plaats van gebruik De weegschalen zijn ontworpen voor betrouwbare weegresultaten onder normale bedrijfsomstandigheden. Je kunt nauwkeurig en snel werken als je de juiste locatie voor je weegschaal kiest. Neem het volgende in acht op de installatieplaats: Plaats de weegschaal op een stabiele, vlakke ondergrond.
Zorg ervoor dat de weegschaal waterpas staat. Stel de weegschaal waterpas met de stelschroeven totdat de luchtbel in de waterpas zich in de voorgeschreven cirkel bevindt. Controleer regelmatig de waterpas Aansluiting op het lichtnet Controleer of de ingangsspanning van de weegschaal juist is ingesteld. De weegschaal mag alleen op het lichtnet worden aangesloten als de informatie op de weegschaal (sticker) en de plaatselijke netspanning identiek zijn.
Batterijvoeding ATTENTIE De batterij en oplader zijn op elkaar afgestemd. Gebruik alleen de meegeleverde netadapter. Gebruik de weegschaal niet tijdens het opladen. De batterij kan alleen worden vervangen door hetzelfde type of door een type dat wordt aanbevolen door de fabrikant. ...
7.5.1 Batterij opladen De accu wordt opgeladen met het meegeleverde netsnoer. De accu moet voor het eerste gebruik minstens 5 uur worden opgeladen via het netsnoer. Als het batterijsymbool < > op het display verschijnt, is de batterijcapaciteit binnenkort uitgeput. Het apparaat werkt nog ongeveer 1 uur, daarna schakelt het automatisch uit. Als de weegschaal blijft werken zonder op te laden, verschijnt het knipperende display <...
Aanpassing Omdat de waarde van de zwaartekrachtversnelling niet op elke plaats op aarde hetzelfde is, moet elke indicator met een aangesloten weegplaat worden afgesteld op de heersende zwaartekrachtversnelling op de installatielocatie volgens het onderliggende fysische weegprincipe (alleen als het weegsysteem niet al in de fabriek is afgesteld op de installatielocatie).
Operatie In-/uitschakelen Inschakelen: Druk op de ON/OFF-toets. Het display licht op en de weegschaal voert een zelftest uit. Wacht tot het gewichtsscherm verschijnt, dan is de weegschaal klaar om te wegen. Uitschakelen: Druk op de ON/OFF knop, het scherm gaat uit. ...
Wegen met tarra Het tarragewicht van elke weegbak kan met één druk op de knop worden afgetarreerd, zodat het nettogewicht van de gewogen goederen wordt weergegeven voor volgende wegingen. Plaats het weegbakje op de weegschaal Wacht tot het stabiliteitsdisplay [ ] verschijnt en druk dan op de TARE-knop. Het ...
De weegunit schakelen Met de UNIT-toets kan op elk moment in de weegmodus worden omgeschakeld naar de eerder geactiveerde weegeenheden of toepassingseenheden. Activeer de eenheden waarnaar je wilt overschakelen: Druk 3 seconden op de UNIT-toets totdat < > wordt weergegeven. ...
Percentage weging Met procentweging kan het gewicht worden weergegeven als een percentage van een referentiegewicht. Zorg ervoor dat de toepassingseenheid [%] is geactiveerd, zie Chap.8.5. Gebruik de knop UNIT om de toepassingseenheid [%] te selecteren. < > wordt weergegeven.
Stukken tellen Voordat de weegschaal onderdelen kan tellen, moet ze het gemiddelde stukgewicht kennen, de zogenaamde referentie. Hiervoor moet een bepaald aantal van de te tellen onderdelen op de weegschaal worden gelegd. De weegschaal bepaalt het totaalgewicht en deelt dit door het aantal onderdelen, het zogenaamde referentiestukgewicht.
Controleweging De functie is alleen beschikbaar vanaf een gewichtswaarde >20 d. Activeer de controleweegmodus: Druk op de TARE-toets in de weegmodus, < > wordt weergegeven. Met de TARE-toets kun je schakelen tussen < > en < >. < >Functie gedeactiveerd <...
Pagina 23
1. Als het oorspronkelijke gewicht boven de bovengrens ligt, klinkt er een geluidssignaal en wordt de OVER-tolerantiemarkering weergegeven. 2. Als het oorspronkelijke gewicht lager is dan de bovengrens, klinkt er geen geluidssignaal en wordt de UNDER tolerantiemarkering weergegeven. 1. Als het oorspronkelijke gewicht lager is dan de ondergrenswaarde, klinkt er een geluidssignaal en wordt de UNDER tolerantiemarkering weergegeven.
8.8.2 Controle tellen Je kunt de toepassing <controletelling> gebruiken om een boven- en ondergrens in te stellen en er zo voor te zorgen dat het beoogde aantal gewogen stukken binnen de opgegeven tolerantiegrenzen blijft. Het bereiken van de doelwaarde wordt aangegeven door een akoestisch en visueel signaal (tolerantietekens Outputvoorwaarden en grenswaarden instellen: Gebruik de knop UNIT om de toepassingseenheid [pcs] te selecteren.
Totaliseren Met deze functie worden de individuele gewichtswaarden met één druk op de knop opgeteld bij het totaalgeheugen. De functie is alleen beschikbaar vanaf een gewichtswaarde >20 d. Gewogen goederen totaliseren: Plaats indien nodig de lege container op de weegschaal en tarreer. ...
Menu Instellingen In het menu Instellingen kunt u de weegschaalinstellingen gebruiken om het gedrag van de weegschaal aan uw eisen aan te passen (bijv. omgevingsomstandigheden, speciale weegprocessen). Navigatie in het menu : Menu oproepen Druk in de weegmodus 3 seconden op de toets PRINT.
Automatisch nulstellen, selecteerbaar 0d - 9d ∼ZEro0* Zero-1 ZEro9 Zerotracking Als kleine hoeveelheden materiaal worden verwijderd of toegevoegd, kan de "stabiliteitscompensatie" in de weegschaal onjuiste weegresultaten weergeven! (bijv. vloeistoffen die langzaam uit een container op de weegschaal stromen, verdampingsprocessen). Het is daarom aan te raden om deze functie uit te schakelen voor doseringen met kleine gewichtsschommelingen.
11 Onderhoud, service, afvoer Koppel het apparaat los van de bedrijfsspanning voordat u onderhoud, reiniging of reparaties uitvoert. 11.1 Schoonmaken Gebruik geen agressieve schoonmaakmiddelen (oplosmiddelen en dergelijke), maar alleen een doek bevochtigd met een mild sopje. Zorg ervoor dat er geen vloeistof in het apparaat dringt.
13 Kleine storingsdienst Bij een storing in het programmaverloop moet de weegschaal kort worden uitgeschakeld en van het net worden gescheiden. Het weegproces moet dan vanaf het begin opnieuw worden gestart. Storing Mogelijke oorzaak De gewichtsindicator De weegschaal is niet ingeschakeld. •...