Inhoudsopgave
Advertenties
11. Problemen oplossen
11.1 Veelvoorkomende problemen
In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe algemene problemen met de printer kunnen worden opgelost.
Als de printer niet goed werkt, controleer dan eerst of u de volgende taken correct hebt uitgevoerd.
Als het probleem daarmee niet is opgelost, neemt u contact op met de klantenservice van de
fabrikant of uw plaatselijke (Brother-)dealer.
Probleem
Het LED-lampje brandt niet.
Geheugen vol
(DRAM/Flash/Card (Kaartje)).
Slechte afdrukkwaliteit.
De linker- of rechterzijde van
het label wordt niet volledig
afgedrukt.
Lege labels met grijze
strepen.
Mogelijke oorzaak
Het netsnoer is niet juist
aangesloten.
De aan-/uitschakelaar staat
op UIT.
Het DRAM/Flash/Card
(Kaartje)-geheugen van de
printer is vol.
Het lint of het medium is
onjuist geplaatst.
Er is sprake van stof of
lijmresten op de printkop.
De afdrukdichtheid is niet
juist ingesteld.
De printkop is beschadigd.
Het lint/het medium is niet
compatibel.
De spanning van de printkop
is niet juist ingesteld.
De labelgrootte is niet goed
opgegeven.
De printkop is vuil.
De degelrol is vuil.
82
Oplossing
Controleer of de printer op de juiste wijze
met het netsnoer op een stopcontact is
aangesloten.
Schakel de printer in.
Verwijder ongebruikte bestanden uit het
DRAM/Flash/Card (Kaartje)-geheugen.
Plaats de media/het lint opnieuw.
Reinig de printkop.
Reinig de degelrol.
Pas de afdrukdichtheid en de
afdruksnelheid aan.
Voer de zelftest van de printer uit en
controleer het afdrukpatroon van de
printkop op ontbrekende dots.
Plaats een geschikt lint/geschikte media.
Gebruik de afstelknop voor de
printkopspanning om de spanning in te
stellen. (Raadpleeg de sectie
4. De afdrukkwaliteit
verbeteren)
De ontgrendelingshendel vergrendelt de
printkop niet goed op zijn plaats.
Controleer of de labelgrootte goed is
ingesteld.
Reinig de printkop.
Reinig de degelrol. (Raadpleeg de sectie
12.
Onderhoud.)
Advertenties
Inhoudsopgave
