Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Advertenties

H A N D L E I D I N G
POLYTRONIC EV
H-HN.009.
0301

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor LELY POLYTRONIC EV

  • Pagina 1 H A N D L E I D I N G POLYTRONIC EV H-HN.009. 0301...
  • Pagina 2 POLYTRONIC zijn geregistreerde merknamen waarvan het uitsluitend gebruiksrecht toekomt aan ondernemingen van de LELY groep. ©2000. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke...
  • Pagina 4: Inhoudsopgave

    INHOUDSOPGAVE.......................pagina VOORWOORD ......................5 GARANTIEBEPALINGEN ....................5 1 INLEIDING........................6 2 BESCHRIJVING......................7 ® POLYMAT W/P ....................7 ® ® POLYMAT C/CH & POLYLINER F1 ...............8 ® ® POLYMAT CH & POLYLINER F2 ..............9 3 E-LINK BEDIENINGSPANEEL...................10 ® 4 AANSLUITEN VAN DE POLYTRONIC ..............11 ® 5 BASIS-INSTALLATIE VAN DE POLYTRONIC ............12 ®...
  • Pagina 6: Voorwoord

    VOORWOORD Deze handleiding is bestemd voor degenen die met het POLYTRONIC regelsysteem werken. Lees de handleiding eerst geheel door voordat u met werk- zaamheden begint. Instructies waarmee uw veiligheid en/of die van anderen in het geding is worden aangegeven met een gevaren-driehoek met uitroepteken in de kantlijn.
  • Pagina 7: Inleiding

    1 INLEIDING Het LELY POLYTRONIC EV regelsysteem (fig. 1 ) in combinatie met het E-LINK bedieningspaneel, is een elec- tronisch zaaisysteem voor de POLYMAT zaaimachine, al dan niet in combinatie met de POLYLINER fronttank. Bij de zaaimachine en de fronttank worden aparte hand- leidingen geleverd.
  • Pagina 8: Beschrijving

    ® POLYMAT ® POLYMAT Het POLYTRONIC EV regelsyteem voor de POLYMAT W/P zaaimachine bestaat uit de volgende onderdelen (fig. 2): 1 Een aansluitblok, dat alle onderdelen met elkaar verbindt. a het E-LINK bedieningspaneel. 2 Een regelkast voor de POLYMAT zaaimachine, waarop het volgende kan worden aangesloten: b een actuator, voor de bediening van het rijpadsysteem;...
  • Pagina 9: Polymat C/Ch & Polyliner F1

    C/CH & POLYLINER POLYMAT ® POLYLINER ® Het POLYTRONIC EV regelsyteem voor de POLYMAT C/CH & POLYLINER F1 zaaicombinatie bestaat uit de volgende onderdelen (fig. 3): 1 Een aansluitblok, dat alle onderdelen met elkaar verbindt. a het E-LINK bedieningspaneel. 2 Een regelkast voor de POLYMAT zaaimachine, waarop het volgende kan worden aangesloten: b een actuator, voor de bediening van het rijpadsysteem;...
  • Pagina 10: Polymat Ch & Polyliner F2

    CH & POLYLINER POLYMAT ® POLYLINER ® Het POLYTRONIC EV regelsyteem voor de POLYMAT CH & POLYLINER F2 zaaicombinatie bestaat uit de volgende onderdelen (fig. 4): 1 Een aansluitblok, dat alle onderdelen met elkaar verbindt. a het E-LINK bedieningspaneel. 2 Een regelkast voor de POLYMAT zaaimachine, waarop het volgende kan worden aangesloten: b twee actuators, voor de bediening van het rijpadsysteem;...
  • Pagina 11: Link Bedieningspaneel

    Met deze toets kan een volgend scherm worden op- geroepen en worden instellingen bevestigd. - G: Pr-toets; met de Pr-toets wordt het POLYTRONIC EV regelsysteem in de programmeermode gebracht (vanuit de werkmode).
  • Pagina 12: Aansluiten Van De Polytronic

    ® 4 AANSLUITEN VAN DE POLYTRONIC - Positioneer het E-LINK bedieningspaneel (A) in de trekkercabine. De achterzijde van het E-LINK bedieningspaneel is magnetisch, hierdoor kan deze op metaal bevestigd worden. Zorg er voor dat de stekkers schoon en droog zijn voordat deze worden aangesloten! - Steek de stekker van het E-LINK bedieningspaneel in de aansluiting (MONITOR ( )) van het aansluitblok (B).
  • Pagina 13: Basis-Installatie Van De Polytronic

    ® 5 BASIS-INSTALLATIE VAN DE POLYTRONIC Voordat met het POLYTRONIC regelsysteem kan worden gewerkt, moeten enige basisinstellingen in het regelsysteem ingevoerd worden. Deze gegevens worden via het E-LINK bedieningspaneel ingevoerd en daarna opgeslagen in de regelkasten. Het E-LINK bedieningspaneel onthoudt geen informatie, de ingevoerde gegevens, evenals de ingeladen software, worden bewaard in de regelkasten.
  • Pagina 14 - Stel de machine of combinatie in waarop uw POLY- Machine type TRONIC regelsysteem is geïnstalleerd. POLYMAT 300/400 - Selecteer de juiste machine of combinatie in met de “+”- en POLYLINER F1 “-”-toetsen. POLYLINER F2 - Bevestig met de “ ”-toets.
  • Pagina 15: Gebruik Van De Polytronic

    Na de laatste keuze keert u weer terug in de programmeermode. De installatieprocedure is hiermee voltooid en het POLYTRONIC regelsysteem zal nu opnieuw opstarten om de nieuwe instellingen toe te passen. ® 6 GEBRUIK VAN DE POLYTRONIC ® Instellen van de POLYTRONIC (programmeermode) Met de “+”...
  • Pagina 16: Werken

    ê Werken 6.1.1 8.0 km/u Het eerste scherm dat verschijnt in de werkmode is het zgn. kg/ha werkscherm. In dit scherm ziet u de ingestelde dosering (in dit geval 250 kg/ha), het percentage van de ingestelde (100%) dosering (100%), de positie van de kouterbalk (naar bene- den), de rijsnelheid (8 km/u) en de werkgang (1).
  • Pagina 17 Na een 2 keer op de “ ”-toets te hebben gedrukt, verschijnt Tellers het volgende scherm. Hier zijn de tellers weergegeven. Rechtsbovenin het scherm staat weer de huidige werkgang. Totaal 132.5 De eerste teller geeft de in totaal bewerkte oppervlakte aan 72,50 (132,5 ha), de tweede teller geeft een dagtotaal van de Rest...
  • Pagina 18: Instellingen

    Instellingen 6.1.2 Dagteller Op nul Na de keuze “Instellingen” kunt u de voor het zaaien stellen? benodigde gegevens invoeren. - Kies hier of uw de dagteller op nul wilt stellen met de “+”- en “-”-toetsen. - Bevestig met de “ ”-toets.
  • Pagina 19 - Stel de geplande rijsnelheid in met de “+”- en “-”-toetsen. Geplande rijsnelheid - Bevestig met de “ ”-toets. 10.0 km/u - Selecteer met de “+”- en “-”-toetsen de zaadsoort die u wilt Zaadsoort gaan verzaaien. - Bevestig met de “ ”-toets.
  • Pagina 20 - Druk op start om te beginnen met de afdraaiproef. Afdraaien: druk op START Machine In het scherm verschijnt de resterende tijd die het POLY- draait af TRONIC regelsysteem nodig heeft om de afdraaiproef uit te voeren. In geval van een probleem kunt u op de “Start/Stop”-toets 30 sec drukken om de afdraaiproef te onderbreken.
  • Pagina 21 In het scherm verschijnt de resterende tijd die het POLY- TRONIC regelsysteem nodig heeft om de controle uit te Bezig met test voeren. In geval van een probleem kunt u op de “Start/Stop”-toets drukken om de doseerproef te onderbreken. 44 sec Afbreken >...
  • Pagina 22: Snelheid

    Snelheid 6.1.3 Snelheidssensor Na de keuze “Snelheid” kunt u het in uw POLYTRONIC Geen sensor regelsysteem gebruikte type snelheidssensor wijzigen indien Stappenwiel “Geen sensor” is ingesteld en deze eventueel ijken (Trekker Trekker wiel (b) wiel en Trekker radar). Kies: Radar (b) •...
  • Pagina 23: Bak Legen

    Voer de ijkprocedure als volgt uit: Druk op START Rij 20 m • Ga met de trekker rijden. Druk op STOP • Druk op de “Start/Stop”-toets. pulsen • Rijd met trekker precies 20 m. • Druk op de “Start/Stop”-toets. Tijdens de ijkprocedure telt het POLYTRONIC regelsysteem het aantal pulsen dat door de rijsnelheidssensor wordt afgegeven.
  • Pagina 24 In het volgende scherm worden enkele tellers weergegeven. Test counters Achter ‘CAN-bus’ wordt het aantal keren weergegeven, dat er een communicatiestoring is geweest. CAN-bus: PowerDown: Achter ‘PowerDown’ wordt het aantal keren weergegeven, PowerUp: dat de spanning te laag is geweest. Achter ‘PowerUp’...
  • Pagina 25: Installatie

    In het volgende scherm wordt informatie van de niveau- Test sensor weergegeven. niveausensor Het aantal pulsen wordt weergegeven wat door de niveau- Pulsen: sensor wordt opgewekt, laat hiervoor iets voor de sensor heen Pulsen: en weer bewegen (bv. een hand). - Ga verder naar het volgende scherm met de “...
  • Pagina 26: Werken Met De Polytronic

    ® Werken met de POLYTRONIC De werkmode van het POLYTRONIC regelsysteem heeft een stand-by-stand en een werkstand. In de stand-by-stand is (zijn) de motor(en) van de doseerinrichting van de zaaimachine of fronttank uit. Het symbool (de symbolen) onder in het scherm veranderen niet.
  • Pagina 27: De Werkschermen

    ê De werkschermen 6.2.1 8.0 km/u Het eerste scherm dat verschijnt in de werkmode is het zgn. kg/ha werkscherm. In dit scherm ziet u de ingestelde dosering (in dit geval 250 kg/ha), het percentage van de ingestelde (100%) dosering (100%), de positie van de kouterbalk (naar bene- den), de rijsnelheid (8 km/u) en de werkgang (1).
  • Pagina 28: Onderbrekingsfunctie

    Na een 2 keer op de “ ”-toets te hebben gedrukt, verschijnt Tellers het volgende scherm. Hier zijn de tellers weergegeven. Rechtsbovenin het scherm staat weer de huidige werkgang. Totaal 132.5 De eerste teller geeft de in totaal bewerkte oppervlakte aan 72,50 (132,5 ha), de tweede teller geeft een dagtotaal van de Rest...
  • Pagina 29: Algemene Gebruiksaanwijzingen

    Algemene gebruiksaanwijzingen • Wanneer stekkers worden losgenomen moeten de stof- doppen op de stekker en aansluiting worden gedraaid. U voorkomt hiermee dat stof en/of zaaizaad later storingen in de aansluiting kunnen veroorzaken. • Maak de machine na gebruik grondig schoon. Richt nooit een waterstraal op de electronica-kastjes en op stekker- verbindingen.
  • Pagina 30: Storingen

    7 STORINGEN Schakel in geval van foutmeldingen of storingen het POLYTRONIC regelsysteem uit en zet de trekkermotor af. Anders bestaat het gevaar van beknelling door onverwachts bewegende onderdelen. Foutmeldingen Op het scherm kunnen de volgende foutmeldingen ver- schijnen: Alarm Trekkersnel- De rijsnelheid is zodanig laag dat het toerental van de doseer- heid te laag motor(s), nodig om de gewenste hoeveelheid te zaaien, lager...
  • Pagina 31 Alarm Het POLYTRONIC regelsysteem signaleert, dat er geen rij- snelheidssensor is aangesloten. Snelheids- Controleer of de rijsnelheidssensor juist is aangesloten sensor niet aangesloten Alarm Het POLYTRONIC regelsysteem signaleert, dat er geen ventilatortoerentalsensor is aangesloten. Ventilator- Controleer of de ventilatortoerentalsensor juist is aange- sensor niet sloten.
  • Pagina 32 Alarm De voorraad zaaizaad in de voorraadbak heeft het ingestelde Zaadvoorraad laag-niveau bereikt. te laag Maak de werkgang af, indien mogelijk, en vul daarna de voorraadbak bij. Alarm De motor van (een van) de doseereenheid (-heden) functio- neert niet goed meer. Controleer of er zich voorwerpen in de doseerinrichting Doseereenheid bevinden, die deze blokkeren.
  • Pagina 33: Storingen

    Storingen Storing Oplossing • E-LINK functioneert niet. • Geen voedingsspanning aanwezig. Controleer stroomvoorziening: - stekker maakt geen contact; - breuk in bekabeling; - zekering doorgebrand; - aansluiting op accu verbroken. • E-Link schakelt zichzelf in en uit. • Onderbreking in stroomvoorziening. Controleer stroomvoorziening: - stekker maakt slecht contact;...
  • Pagina 34: Onderhoud

    8 ONDERHOUD Een goed onderhoud van het POLYTRONIC regel- systeem is noodzakelijk om deze betrouwbaar en veilig in gebruik te houden. - Maak het E-LINK bedieningspaneel, de tussenkast, de doseermotor(en) en de actuator schoon met een droge of licht vochtige doek. Richt nooit een waterstraal op deze onderdelen als de POLYMAT zaaimachine of de POLY- LINER fronttank wordt schoongespoten.
  • Pagina 35: A Aansluiting Onderdelen

    Bijlage A A AANSLUITING ONDERDELEN Aansluitblok - Plaats het aansluitblok (fig. A-1) in de cabine van de trekker. Aansluiting A dient voor de voeding, waarbij de rode draad op de plus-pool dient te worden aangesloten; de zwarte draad op de min pool. - Sluit het aansluitblok aan achter het contactslot van de trekker.
  • Pagina 36 Bijlage A Indien u van tevoren weet hoeveel pulsen de sensor afgeeft Handmatig over een afstand van 20 meter, kunt u dit instellen. Kiest u de ingeven van o p t i e “ n e e ” d a n s t a r t d e i j k p r o c e d u r e v o o r d e pulsen snelheidssensor.
  • Pagina 37 Bijlage A - Draai het stappenwiel rond. Indien ‘Aangesloten’ wordt Test snelheids- afgebeeld en de teller achter Pulsen oploopt, werkt de sensor rijsnelheidssensor goed. Aangesloten Bij het passeren van iedere tand van het tandwiel van het stappenwiel moet de sensor een impuls afgeven. Pulsen: Is dit niet het geval, controleer dan de afstand tussen de sensor en het tandwiel (max.
  • Pagina 38: B Gebruik Van Radar- Of Trekkersensor

    Bijlage B B GEBRUIK VAN RADAR- OF TREKKERSENSOR Voor de meting van afstand en snelheid kan in plaats van de rijsnelheidssensor van het POLYTRONIC regelsysteem, ook gebruik worden gemaakt van een snelheidssensor van de trekker of een radar. Voorwaarde is dat over 20 meter afgelegde weg, het aantal afgegeven impulsen tussen de 10 en 9999 ligt. Aansluiten van snelheidssensor van de trekker Sluit de snelheidssensor van de trekker als volgt aan op het aansluitblok.
  • Pagina 39: C Rijpadensysteem

    Bijlage C C RIJPADENSYSTEEM Beschrijving Bij toepassing van het rijpadensysteem worden bij het zaaien sporen in het gewas vrijgehouden door enkele zaaikouters volgens een bepaald ritme gesloten te houden. Kunstmeststrooien en spuitbewerkingen zijn met een nauw- keurige aansluiting uit te voeren, omdat in deze sporen kan worden gereden.
  • Pagina 40 Bijlage C Bij een asymmetrisch ritme wordt het eerste rijpad een halve strooi-/spuitbreedte uit de kant aangelegd. De spoorbreedte van de aangelegde rijpaden is bij de asymmetrische ritmes minder nauwkeurig dan die bij de S-ritmes. Figuur C.3 geeft het rijpadensysteem schematisch weer.
  • Pagina 41: C.3 Aantal En Plaats Van De Af Te Sluiten Kouters

    Bijlage C Aantal en plaats van de af te sluiten kouters Het aantal en de plaats van de af te sluiten kouters is afhankelijk van: • rijenafstand • ritme; symmetrisch/asymmetrisch • spoorbreedte rijpad Bij de asymmetrische ritmes zijn er twee mogelijkheden om de kouters te sluiten, nl.
  • Pagina 42 Bijlage C B / D T / t 2.5/20 0.125 1.38 / 0.25 5 + 16 1.50 / 0.37 4 + 5 + 16 + 17 1.63 / 0.25 4 + 17 1.75 / 0.37 3 + 4 + 17 + 18 1.88 / 0.25 3 + 18 1.38 / 0.25...
  • Pagina 43: D Kleppenstuurmechanisme

    Bijlage D D KLEPPENSTUURMECHANISME Montage van kleppen Er zijn twee mogelijkheden om de kleppen in de verdeler te monteren. • Terugvoerstand. De klep sluit de doorvoer naar de slang en opent de doorvoer naar de voorraadbak. Het zaad van de afgesloten kouter wordt naar de voorraad- bak teruggevoerd.
  • Pagina 44: D.2 Afstellen Stuurmechanisme

    Bijlage D Afsluitstand (fig. D.3) - Controleer of de actuator is inge- trokken. - De oogbout A dient in gat op de stuurschijf B te zijn gemonteerd. - Verwijder de borgplaatjes C en neem het afdichtplaatje uit de verdeler. - Plaats de kleppen D met het schar- nierpunt op de aangegeven plaats in de verdeler.
  • Pagina 45: E Aansluitingen Aan De Jobcomputers

    Bijlage E E AANSLUITINGEN AAN DE JOBCOMPUTERS +12V ® ® ® ® ® POLYMAT POLYLINER POLYMAT C / CH POLYLINER POLYMAT Motor Motor Actuator Motor L Actuator L Actuator Motor R Actuator R + 12V + 12V + 12V + 12V + 12V +12V Massa...

Inhoudsopgave