Download Print deze pagina
EWM Phoenix 355 Progress puls LP MM TKM Bedieningshandleidingen
EWM Phoenix 355 Progress puls LP MM TKM Bedieningshandleidingen

EWM Phoenix 355 Progress puls LP MM TKM Bedieningshandleidingen

Lasapparaten
Verberg thumbnails Zie ook voor Phoenix 355 Progress puls LP MM TKM:

Advertenties

Bedieningshandleidingen
Lasapparaten
NL
Phoenix 355 Progress puls LP MM TKM
099-005502-EW505
25.11.2015

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor EWM Phoenix 355 Progress puls LP MM TKM

  • Pagina 1 Bedieningshandleidingen Lasapparaten Phoenix 355 Progress puls LP MM TKM 099-005502-EW505 25.11.2015...
  • Pagina 2: Algemene Aanwijzingen

    +49 2680 181-0. Een lijst met bevoegde dealers vindt u op www.ewm-group.com. De aansprakelijkheid voor het gebruik van deze installatie beperkt zich uitsluitend tot de werking van de installatie.
  • Pagina 3: Inhoudsopgave

    Inhoudsopgave Richtlijnen voor het gebruik van deze bedieningshandleiding Inhoudsopgave 1 Inhoudsopgave ..........................3 2 Veiligheidsrichtlijnen ........................6 Richtlijnen voor het gebruik van deze bedieningshandleiding........... 6 Verklaring van symbolen ....................... 7 Algemeen ..........................8 Transport en installatie......................12 2.4.1 Omgevingscondities ..................... 13 2.4.1.1 Tijdens gebruik ..................
  • Pagina 4 Inhoudsopgave Richtlijnen voor het gebruik van deze bedieningshandleiding 5.11.3 Definitie soorten MIG/MAG-laswerk ...............43 5.11.4 Selecteren......................43 5.11.4.1 Basis-lasparameters ................43 5.11.4.2 Bedrijfsmodus ..................44 5.11.4.3 Smoorspoelwerking/dynamiek ..............44 5.11.5 MIG/MAG - werkpunt ....................45 5.11.5.1 Selecteren van de weergegeven eenheid ..........45 5.11.5.2 Instelling werkpunt via materiaaldikte ............45 5.11.5.3 Instelling correctie van de lichtbooglengte ..........46 5.11.5.4 Accessoires voor het instellen van het werkpunt ........46 5.11.6...
  • Pagina 5 Draadaanvoerrollen voor staaldraden ..............100 10.1.2 Draadaanvoerrollen voor aluminiumdraden ............101 10.1.3 Draadaanvoerrollen voor vuldraden ..............101 10.1.4 Draadgeleiding ....................101 11 Bijlage A ........................... 102 11.1 JOB-List........................... 102 12 Bijlage B ........................... 103 12.1 Overzicht van EWM-vestigingen ..................103 099-005502-EW505 25.11.2015...
  • Pagina 6: Veiligheidsrichtlijnen

    Veiligheidsrichtlijnen Richtlijnen voor het gebruik van deze bedieningshandleiding Veiligheidsrichtlijnen Richtlijnen voor het gebruik van deze bedieningshandleiding GEVAAR Werk- of gebruiksmethoden die nauwkeurig moeten worden aangehouden om een gerede kans op zwaar letsel of dood door ongeval van personen uit te sluiten. •...
  • Pagina 7: Verklaring Van Symbolen

    Veiligheidsrichtlijnen Verklaring van symbolen Verklaring van symbolen Symbool Beschrijving Technische bijzonderheden waarmee de gebruiker rekening moet houden. Juist Verkeerd Indrukken Niet indrukken Indrukken en ingedrukt houden Draaien Schakelen Apparaat uitschakelen Apparaat inschakelen menutoegang ENTER navigeren in het menu NAVIGATION menu verlaten EXIT Tijdweergave (voorbeeld: 4 sec.
  • Pagina 8: Algemeen

    Veiligheidsrichtlijnen Algemeen Algemeen GEVAAR Elektromagnetische velden! Door de stroombron kunnen elektrische of elektromagnetische velden ontstaan, waardoor elektronische installaties zoals tekstverwerkers, CNC-apparatuur, telecommunicatieleidingen, net-, signaalleidingen en pacemakers niet meer goed kunnen werken. • Onderhoudsvoorschriften in acht nemen - Zie hoofdstuk 6, Onderhoud, verzorging en afvalverwerking! •...
  • Pagina 9 Veiligheidsrichtlijnen Algemeen WAARSCHUWING Rook en gassen! Rook en gassen kunnen leiden tot ademnood en vergiftigingen! Bovendien kunnen dampen van oplosmiddelen (gechloreerde koolwaterstof) zich door de ultraviolette straling van de vlamboog in giftig fosgeen omzetten! • Zorg voor voldoende frisse lucht! •...
  • Pagina 10 Veiligheidsrichtlijnen Algemeen VOORZICHTIG Plichten van de exploitant! Voor het gebruik van het apparaat dient men zich aan de desbetreffende landelijke richtlijnen en wetten te houden! • Nationale omzetting van de kaderrichtlijn (89/391/EWG), evenals de bijbehorende afzonderlijke richtlijnen. • Vooral de richtlijn (89/655/EWG), over de minimumvoorschriften ter bescherming van de veiligheid en de gezondheid bij gebruik van werkmiddelen door werknemers tijdens het werk.
  • Pagina 11 Veiligheidsrichtlijnen Algemeen VOORZICHTIG EMC-classificatie van apparaten In overeenstemming met de norm IEC 60974-10 worden elektromagnetische lasapparaten onderverdeeld in twee klassen van elektromagnetische compatibiliteit - Zie hoofdstuk 8, Technische gegevens: Klasse A apparaten zijn niet bedoeld voor gebruik in woongebieden, waarbij apparaten op het openbare laagspanningsnet worden aangesloten.
  • Pagina 12: Transport En Installatie

    Veiligheidsrichtlijnen Transport en installatie Transport en installatie WAARSCHUWING Verkeerde omgang met gasflessen met inert gas! Verkeerde omgang met gasflessen met inert gas kan ernstig letsel en de dood tot gevolg hebben. • Volg de instructies van de gasfabrikant en de gasverordening op! •...
  • Pagina 13: Omgevingscondities

    Veiligheidsrichtlijnen Transport en installatie 2.4.1 Omgevingscondities VOORZICHTIG Plaats van opstelling! Het apparaat mag niet in de buitenlucht en uitsluitend op een passende, stabiele en vlakke ondergrond opgesteld en gebruikt worden! • De exploitant moet voor een slipvaste, vlakke ondergrond en voldoende verlichting van de werkplaats zorgen.
  • Pagina 14: Gebruik Overeenkomstig De Bestemming

    Gebruik overeenkomstig de bestemming Toepassingsgebied Gebruik overeenkomstig de bestemming WAARSCHUWING Gevaren door onbedoeld gebruik! Bij onbedoeld gebruik van het apparaat kunnen er gevaren voor personen, dieren en materiële zaken ontstaan. Voor alle hieruit voortvloeiende schade aanvaarden wij geen aansprakelijkheid! • Het apparaat mag uitsluitend volgens de bestemming en door opgeleid en vakkundig personeel worden gebruikt! •...
  • Pagina 15: Meegeldende Documenten/Geldige Aanvullende Documenten

    Meegeldende documenten/Geldige aanvullende documenten 3.2.1 Garantie Meer informatie vindt u in de bijgevoegde brochure "Warranty registration" en informatie over garantie, onderhoud en keuring op www.ewm-group.com! 3.2.2 Conformiteitsverklaring Het aangegeven apparaat voldoet qua concept en constructie aan de richtlijnen en normen van de EG: •...
  • Pagina 16: Apparaatbeschrijving - Snel Overzicht

    Apparaatbeschrijving - snel overzicht Vooraanzicht Apparaatbeschrijving - snel overzicht Vooraanzicht Afbeelding 4-1 099-005502-EW505 25.11.2015...
  • Pagina 17 Apparaatbeschrijving - snel overzicht Vooraanzicht Pos. Symbool Beschrijving Transportstang Transporthandgreep Veiligheidsklep Afdekking van de draadtoevoeraandrijving en overige bedieningselementen. Aan de binnenkant bevinden zich, afhankelijk van de apparaatserie, overige plakplaatjes met informatie over slijtageonderdelen en JOB lijsten. Inspectievenster draadspoel Controle draadvoorraad Afsluitschuif, vergrendeling van de veiligheidsklep Apparaatbesturing- Zie hoofdstuk 4.3, Besturing - bedieningselementen Inlaatopening koellucht...
  • Pagina 18: Achteraanzicht

    Apparaatbeschrijving - snel overzicht Achteraanzicht Achteraanzicht Afbeelding 4-2 099-005502-EW505 25.11.2015...
  • Pagina 19: Uitbreidingsoptie

    Apparaatbeschrijving - snel overzicht Achteraanzicht Pos. Symbool Beschrijving Hoofdschakelaar, lasapparaat Aan/Uit Aansluitnippel G¼", aansluiting inert gas Aansluitbus, 4-polig Voeding koelapparaat Aansluitbus, 8-polig Besturingskabel koelapparaat Aansluitbus 7-polig (digitaal) Voor het aansluiten van digitale accessoires (documentatie-interface, robotinterface of afstandsbediening, enz.) Netaansluitkabel - Zie hoofdstuk 5.6, Netaansluiting ▼...
  • Pagina 20: Bedieningselementen In Het Apparaat

    Apparaatbeschrijving - snel overzicht Achteraanzicht 4.2.1 Bedieningselementen in het apparaat Afbeelding 4-3 099-005502-EW505 25.11.2015...
  • Pagina 21 Apparaatbeschrijving - snel overzicht Achteraanzicht Pos. Symbool Beschrijving Knop, zekeringsautomaat Beveiliging voedingspanning draadtoevoermotor doorgeslagen zekering aanraken om te resetten Omschakelknop lastoortsfunctie (vereist speciale lastoorts) Programma's of JOB's omschakelen Lasvermogen traploos instelbaar. PC-interface, serieel (D-Sub aansluitbus 9-polig) Draadspoelhouder Draadtransporteenheid 099-005502-EW505 25.11.2015...
  • Pagina 22: Besturing - Bedieningselementen

    Apparaatbeschrijving - snel overzicht Besturing - bedieningselementen Besturing - bedieningselementen Afbeelding 4-4 Pos. Symbool Beschrijving Drukknop, selectie lasopdracht (JOB) SP1/2/3 Speciale JOB's (alleen Phoenix Expert). Lange knopdruk: selectie van speciale JOB's. Korte knopdruk: omschakeling tussen speciale JOB's. Selecteer lasopdracht in de lasopdrachtenlijst (JOB-LIST) (niet Phoenix JOB-LIST Expert).
  • Pagina 23 Apparaatbeschrijving - snel overzicht Besturing - bedieningselementen Pos. Symbool Beschrijving Draaiknop, lasparameterinstelling • Instelling van de lasopdracht (JOB). Bij apparaatserie Phoenix Expert wordt de selectie van de lasopdracht uitgevoerd op de besturing van de stroombron. • Instellen van het lasvermogen en overige lasparameters. Knop, bedrijfsmodus selecteren 2-takt 4-takt...
  • Pagina 24: Opbouw En Functie

    Opbouw en functie Algemeen Opbouw en functie Algemeen WAARSCHUWING Gevaar voor verwonding door elektrische spanning! Het aanraken van onder stroom staande onderdelen, bijv. lasstroombussen, kan levensgevaarlijk zijn! • Neem de veiligheidsinstructie op de eerste pagina van de bedieningshandleiding in acht! •...
  • Pagina 25: Installeren

    Opbouw en functie Installeren VOORZICHTIG Schade door onvakkundige aansluiting! Door onvakkundige aansluiting kunnen accessoirecomponenten en de stroombron worden beschadigd! • Accessoirecomponenten uitsluitend bij uitgeschakeld lasapparaat op de desbetreffende aansluitbus steken en vergrendelen. • Uitvoerige beschrijvingen vindt u in de gebruikshandleiding van de betreffende accessoire! •...
  • Pagina 26: Veiligheidsklep, Apparaatbesturing

    Opbouw en functie Koeling apparatuur 5.2.1 Veiligheidsklep, apparaatbesturing Afbeelding 5-1 Pos. Symbool Beschrijving Veiligheidsklep Afdekklepje Bevestigingsarm, veiligheidsklep • Rechter bevestigingsarm van de veiligheidsklep naar rechts drukken en veiligheidsklep verwijderen. Koeling apparatuur Om een optimale inschakelduur van de sterkstroomdelen te verkrijgen, dient u de volgende voorwaarden in acht te nemen: •...
  • Pagina 27: Aanwijzingen Voor Het Leggen Van Lasstroomleidingen

    Opbouw en functie Aanwijzingen voor het leggen van lasstroomleidingen Aanwijzingen voor het leggen van lasstroomleidingen Onvakkundig gelegde lasstroomleidingen kunnen storingen (flakkeren) van de vlamboog veroorzaken! Werkstukleiding en slangpakket van lasstroombronnen zonder HF-ontstekingsinrichting (MIG/MAG) zo lang mogelijk, naast elkaar liggend, parallel leggen. Werkstukleiding en slangpakket van lasstroombronnen met HF-ontstekingsinrichting (TIG) lang parallel leggen met een onderlinge afstand van ong.
  • Pagina 28 Opbouw en functie Aanwijzingen voor het leggen van lasstroomleidingen Voor elk lasapparaat een eigen werkstukleiding voor het werkstuk gebruiken! Afbeelding 5-3 Lasstroomleidingen, lastoorts- en tussenslangpakketten volledig afrollen. Lussen vermijden! Kabellengtes in principe niet langer dan nodig is! Overtollige kabellengtes in bochten leggen. Afbeelding 5-4 099-005502-EW505 25.11.2015...
  • Pagina 29: Netaansluiting

    Opbouw en functie Netaansluiting Netaansluiting GEVAAR Gevaar door onvakkundige elektrische aansluiting! Onvakkundige elektrische aansluiting kan persoonlijk letsel of materiële schade veroorzaken! • Apparaat uitsluitend op een contactdoos met conform de norm aangesloten randaardeverbinding gebruiken. • Wanneer het nodig is om een nieuwe stroomstekker aan te sluiten, dient men deze installatie uitsluitend te laten uitvoeren door een bevoegde elektricien conform de geldende nationale wetten en voorschriften! •...
  • Pagina 30: Koeling Van De Lastoorts

    Opbouw en functie Koeling van de lastoorts Koeling van de lastoorts 5.7.1 Aansluiting koelmodule Neem de desbetreffende documentatie van bijbehorende componenten in acht! Afbeelding 5-6 Pos. Symbool Beschrijving Aansluitbus, 4-polig Voeding koelapparaat Aansluitbus, 8-polig Besturingskabel koelapparaat Koelapparaat • 8-polige stekker van de besturingskabel in de 8-polige aansluitbus van het lasapparaat steken en vergrendelen.
  • Pagina 31: Inert-Gastoevoer

    Opbouw en functie Inert-gastoevoer Inert-gastoevoer WAARSCHUWING Verkeerde omgang met gasflessen met inert gas! Verkeerde omgang met gasflessen met inert gas kan ernstig letsel en de dood tot gevolg hebben. • Volg de instructies van de gasfabrikant en de gasverordening op! •...
  • Pagina 32: Gastest

    Opbouw en functie Inert-gastoevoer 5.8.1 Gastest • Open langzaam de kraan van de gasfles. • Open de drukregelaar. • Schakel de stroombron in met de hoofdschakelaar. • Gastestfunctie op de apparaatbesturing activeren. • Gashoeveelheid via drukregelaar in overeenstemming met de toepassing instellen. •...
  • Pagina 33: Lastoortshouder

    Opbouw en functie Lastoortshouder Lastoortshouder De onderstaande beschreven artikelen behoren tot de leveringsomvang van het apparaat. Afbeelding 5-8 Pos. Symbool Beschrijving Dwarssteun transporthandgreep Lastoortshouder Waaiers Bevestigingsschroeven • Lastoortshouder met de bevestigingsschroeven aan de dwarssteun van de transporthandgreep vastschroeven. • De lastoorts, zoals afgebeeld, in de lastoortshouder steken. 099-005502-EW505 25.11.2015...
  • Pagina 34: Lasgegevens-Display

    Opbouw en functie Lasgegevens-display 5.10 Lasgegevens-display Links en rechts van de besturingsdisplays zitten de toetsen "Parameterselectie" ( ). Ze dienen voor de selectie van weer te geven lasparameters. Elke druk op een toets laat het display een parameter verder springen (LED's naast de toetsen geven de selectie weer).
  • Pagina 35: Mig/Mag-Lassen

    Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.11 MIG/MAG-lassen 5.11.1 Aansluiting lastoorts en werkstukleiding Af fabriek is de eurocentrale aansluiting voorzien van een capillaire buis voor lastoortsen met draadgeleidingsspiraal. Wordt een lastoorts met draadgeleidingskern gebruikt, dan moet men deze adequaat uitrusten! • Lastoorts met draadgeleidingskern > met geleidebuis gebruiken! •...
  • Pagina 36 Opbouw en functie MIG/MAG-lassen Bepaalde draadelektroden (bijv. zelfbeschermend vuldraad) zijn met negatieve polariteit te lassen. In dergelijke gevallen dient men de lasstroomleiding op de lasstroombus „ -“ en de werkstukleiding op de lasstroombus „+“ aan te sluiten. Volg de aanwijzingen van de elektrodefabrikant op! Afbeelding 5-10 Pos.
  • Pagina 37: Draadtoevoer

    Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.11.2 Draadtoevoer 5.11.2.1 Veiligheidsklep van de draadtoevoeraandrijving openen VOORZICHTIG Voor de volgende werkstappen moet de veiligheidsklep van de draadtoevoeraandrijving worden geopend. Voor aanvang van werkzaamheden is het verplicht om de veiligheidsklep te sluiten. • Veiligheidsklep ontgrendelen en openen. 5.11.2.2 Aanbrengen van de draadspoel VOORZICHTIG Verwondingsgevaar door niet correct bevestigde draadspoelen.
  • Pagina 38: Draadtoevoerrollen Wisselen

    Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.11.2.3 Draadtoevoerrollen wisselen Afbeelding 5-12 Pos. Symbool Beschrijving Knevel Met de knevel wordt de vergrendelingsbeugel van de draadtoevoerrollen vastgezet. Vergrendelingsbeugel Met de vergrendelingsbeugels worden de draadtoevoerrollen vastgezet. Drukunit Bevestiging van de spanunit en instelling van de aanpersdruk. Spanunit Draadtoevoerrollen Zie tabel Overzicht draadtoevoerrollen...
  • Pagina 39 Opbouw en functie MIG/MAG-lassen Gebrekkige lasresultaten door onregelmatige draadtoevoer! De draadtoevoerrollen moeten bij de draaddiameter en het materiaal passen. Ter onderscheiding zijn de draadtoevoerrollen kleurgemarkeerd (zie tabel Overzicht draadtoevoerrollen). Tabel Overzicht draadtoevoerrollen: Materiaal Diameter Kleurcode Groefvorm  mm  inch ,023 lichtroze ,030...
  • Pagina 40: Invoeren Van De Draadelektrode

    Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.11.2.4 Invoeren van de draadelektrode VOORZICHTIG Letselgevaar door bewegende onderdelen! De draadtoevoerapparaten zijn met bewegende onderdelen uitgerust die handen, haar, kledingsstukken of gereedschap kunnen grijpen en zodoende personen kunnen verwonden! • Handen niet in draaiende of bewegende onderdelen of aandrijfonderdelen plaatsen! •...
  • Pagina 41 Opbouw en functie MIG/MAG-lassen Afbeelding 5-13 Pos. Symbool Beschrijving Lasdraad Draadinvoernippel Geleidingsbuis Instelmoer • Het toortsslangpakket languit uitspreiden. • Wikkel voorzichtig de lasdraad van de draadspoel af en voer de lasdraad via de draadinloopnippel in tot aan de draadrollen. • Knop Draad invoeren indrukken (de lasdraad wordt door de aandrijving opgenomen en automatisch tot aan de uitgang van de lastoorts geleid.
  • Pagina 42: Instelling Spoelrem

    Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.11.2.5 Instelling spoelrem Afbeelding 5-15 Pos. Symbool Beschrijving Inbusbout Bevestiging van de draadspoelhouder en afstelling van de spoelrem • Inbusbout (8 mm) in wijzerzin aantrekken om de remwerking te verhogen. Draai de spoelrem tot zo ver aan dat deze bij het stoppen van de draadtoevoermotor niet naloopt en tijdens bedrijf niet blokkeert! 099-005502-EW505 25.11.2015...
  • Pagina 43: Definitie Soorten Mig/Mag-Laswerk

    Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.11.3 Definitie soorten MIG/MAG-laswerk Deze apparaatserie onderscheidt zich door de eenvoudige bediening en vele functies. • Een groot aantal lasopdrachten (JOB's), bestaande uit lasmethode, materiaalsoort, draaddiameter en soort beschermgas zijn al voorgeprogrammeerd . • De benodigde procesparameters worden afhankelijk van het door u aangegeven werkpunt (éénknopsbediening via draaiknop draadsnelheid) door het systeem berekend.
  • Pagina 44: Bedrijfsmodus

    Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.11.4.2 Bedrijfsmodus Bedieningselem Actie Resultaat Lampje Selecteren bedrijfsmodus geen wijziging De LED geeft de geselecteerde bedrijfsmodus weer. 2-takt-bedrijf 4-takt-bedrijf Groen Speciale 2-takt-modus Rood Bedrijfsmodus puntlassen Speciale 4-takt-modus 5.11.4.3 Smoorspoelwerking/dynamiek EXIT ENTER Afbeelding 5-16 Display Instelling / selecteren Instelling dynamiek 40: Vlamboog harder en smaller -40: Vlamboog zachter en breder...
  • Pagina 45: Mig/Mag - Werkpunt

    Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.11.5 MIG/MAG - werkpunt Het werkpunt (lasvermogen) wordt volgens het principe van de MIG/MAG-eenknopsbediening ingesteld, d.w.z. de gebruiker hoeft voor de instelling van zijn werkpunt bijv. alleen de gewenste draadsnelheid in te stellen en het digitale systeem berekent de optimale waarden voor lasstroom en -spanning (werkpunt). Het werkpunt kan ook door accessoires, zoals een afstandsbediening, lastoorts, enz.
  • Pagina 46: Instelling Correctie Van De Lichtbooglengte

    Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.11.5.3 Instelling correctie van de lichtbooglengte De lengte van de vlamboog kan als volgt gecorrigeerd worden: Bedieningselem Actie Resultaat Lampje Instelling "Correctie van de booglengte" (Weergavevoorbeeld: -0,9 V, instelbereik -9,9 V tot +9,9 V) 5.11.5.4 Accessoires voor het instellen van het werkpunt De werkpuntinstelling kan ook via verschillende accessoirecomponenten, zoals bijv.
  • Pagina 47: Forcearc / Forcearc Puls

    Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.11.6 forceArc / forceArc puls Warmtereducerende, richtingsstabiele, drukkrachtige vlamboog met diepe inbranding voor het bovenste vermogensbereik. Afbeelding 5-18 • Kleinere naadopeningshoek door diepe inbranding en richtingsstabiele vlamboog • Uitstekende grondlasnaad- en flanklasnaaddekking • Veilig lassen, ook met zeer lange draadeinden (stickout) •...
  • Pagina 48: Rootarc/Rootarc Puls

    Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.11.7 rootArc/rootArc puls Goed modelleerbare korte-vlamboog voor moeiteloze naadoverbrugging en lassen in geforceerde posities. Afbeelding 5-19 • Spatarm in vergelijking met standaard korte vlambogen • Goede grondnaadvormgeving en veilige flanklasnaaddekking • Niet- en laaggelegeerde staalsoorten • Handmatige en geautomatiseerde toepassingen rootArc-lassen tot: Ø...
  • Pagina 49: Mig/Mag-Principeschema's / Bedrijfsmodussen

    Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.11.8 MIG/MAG-principeschema's / bedrijfsmodussen 5.11.8.1 Verklaring tekens en werking Symbool Betekenis Druk op de toortsknop Laat de toortsknop los Toortsknoppen tiptoetsen (kort indrukken en loslaten) Er stroomt inert-gas Lasvermogen De draadelektrode wordt getransporteerd Langzaam draad invoeren Terugbranden draad Gasvoorstromen Gasnastromen...
  • Pagina 50 Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 2-takt-bedrijf Afbeelding 5-20 1e fase • Toortsknop indrukken en vasthouden. • Er stroomt inert-gas uit (gasvoorstromen). • Draadtoevoermotor loopt mee op "langzame-invoersnelheid". • De vlamboog ontsteekt nadat de draadelektrode op het werkstuk terechtkomt, de lasstroom vloeit. •...
  • Pagina 51 Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 2-takt speciaal Afbeelding 5-21 1e fase • Toortsknop indrukken en vasthouden • Er stroomt inert-gas uit (gasvoorstromen). • Draadtoevoermotor loopt mee op "langzame-invoersnelheid". • De vlamboog ontsteekt nadat de draadelektrode op het werkstuk terechtkomt, de lasstroom vloeit (startprogramm P voor de tijd t START start...
  • Pagina 52 Opbouw en functie MIG/MAG-lassen Puntlassen Afbeelding 5-22 De starttijd t moet bij de punttijd t worden opgeteld. start 1e takt • Toortsknop indrukken en vasthouden • Er stroomt inert-gas uit (gasvoorstromen) • Draadtoevoermotor loopt mee op "langzame-invoersnelheid". • De vlamboog ontsteekt nadat de draadelektrode op het werkstuk terechtkomt, de lasstroom vloeit (startprogramm P , de puntlastijd begint) START...
  • Pagina 53 Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 4-takt-bedrijf Afbeelding 5-23 1e fase • Toortsknop indrukken en vasthouden • Er stroomt inert-gas uit (gasvoorstromen). • Draadtoevoermotor loopt mee op "langzame-invoersnelheid". • De vlamboog ontsteekt nadat de draadelektrode op het werkstuk terechtkomt, de lasstroom vloeit. •...
  • Pagina 54 Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 4-takt speciaal Afbeelding 5-24 1e fase • Toortsknop indrukken en vasthouden • Er stroomt inert-gas uit (gasvoorstromen). • Draadtoevoermotor loopt mee op "langzame-invoersnelheid". • De vlamboog ontsteekt nadat de draadelektrode op het werkstuk terechtkomt, de lasstroom vloeit (startprogramm P START 2e fase •...
  • Pagina 55: Mig/Mag-Programmaverloop (Modus "Programmastappen")

    Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.11.9 MIG/MAG-programmaverloop (Modus "programmastappen") Bepaalde materialen zoals bijv. aluminium hebben speciale functies nodig om veilig en met hoge kwaliteit te kunnen worden gelast. Daarbij wordt de bedrijfsmodus 4-takt-speciaal met de volgende programma's gebruikt: • Startprogramma P (reduceren van koude plekken bij begin lasnaad) START •...
  • Pagina 56: Voorbeeld, Hechtlassen (2-Takt)

    Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.11.9.1 Voorbeeld, hechtlassen (2-takt) Afbeelding 5-26 5.11.9.2 Voorbeeld, aluminium-hechtlassen (2-takt-speciaal) Afbeelding 5-27 5.11.9.3 Voorbeeld, aluminium-lassen (4-takt-speciaal) Afbeelding 5-28 099-005502-EW505 25.11.2015...
  • Pagina 57: Modus Hoofdprogramma A

    Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.11.10 Modus hoofdprogramma A Voor verschillende soorten laswerk of posities bij een werkstuk zijn verschillende lasvermogens (werkpunten) resp. lasprogramma’s nodig. In ieder van de maximum 16 programma’s worden volgende paramaters opgeslagen: • Bedrijfsmodus • Soort lassen •...
  • Pagina 58 Opbouw en functie MIG/MAG-lassen Voorbeeld 1: werkstukken met verschillende plaatdikten lassen (2-takt) Afbeelding 5-29 Voorbeeld 2: verschillende posities bij een werkstuk lassen (4-takt) Afbeelding 5-30 Voorbeeld 3: aluminium-lassen van verschillende plaatdikten (2- of 4-takt speciaal) Afbeelding 5-31 Er kunnen maximaal 16 programma's (P tot P ) worden ingesteld.
  • Pagina 59: Selectie Van De Parameters (Programma A)

    Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.11.10.1 Selectie van de parameters (programma A) Het veranderen van lasparameters kan alleen worden uitgevoerd als de sleutelschakelaar in de positie „1“ staat. Bedieningselement Actie Resultaat Lampje Weergave lasgegevens omschakelen naar programmaweergave. (LED Prog brandt) Selecteer programmanummer. Weergavevoorbeeld: Programma "1".
  • Pagina 60: Mig/Mag-Standaardtoorts

    Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.11.12 MIG/MAG-standaardtoorts De branderknop van de MIG-lastoortsen dient in principe om het lasproces te starten en te stoppen. Bedieningselementen Functies • Toortsknop Lassen starten/stoppen Bovendien kunnen door het aantippen van de branderknop, naargelang het apparaat en de besturingconfiguratie, nog meer functies geactiveerd worden- Zie hoofdstuk 5.18.1.2, Speciale parameters in detail: •...
  • Pagina 61: Tig-Lassen

    Opbouw en functie TIG-lassen 5.12 TIG-lassen 5.12.1 Aansluiting lastoorts en werkstukleiding Afbeelding 5-33 Pos. Symbool Beschrijving Lastoorts Lastoortsslangpakket Lastoortsaansluiting (euro- of Dinse centrale aansluiting) Lasstroom, inert gas en toortsknop geïntegreerd Lasstroomkabel, polariteitskeuze Lasstroom naar centrale aansluiting/toorts, maakt polariteitskeuze mogelijk. • TIG: Aansluitbus, lasstroom "-“...
  • Pagina 62: Selecteren

    Opbouw en functie TIG-lassen 5.12.2 Selecteren • JOB 127 (WIG-lasopdracht) selecteren. Het wijzigen van het JOB-nummer is alleen mogelijk als er geen lasstroom vloeit. Bedieningselem Actie Resultaat Display Selectie JOB-nummer invoer brandt Instellen van het JOB-nummer Het apparaat neemt na ca. 3 sec. de gekozen instelling over 5.12.2.1 Lasstroom instellen De lasstroom wordt in principe via de draaiknop "draadsnelheid"...
  • Pagina 63: Principeschema's / Bedrijfsmodi

    Opbouw en functie TIG-lassen 5.12.4 Principeschema’s / bedrijfsmodi 5.12.4.1 Verklaring tekens en werking Symbool Betekenis Druk op de toortsknop Laat de toortsknop los Toortsknoppen tiptoetsen (kort indrukken en loslaten) Er stroomt inert-gas Lasvermogen Gasvoorstromen Gasnastromen 2-takt 2-takt speciaal 4-takt 4-takt speciaal Tijd Startprogramma START...
  • Pagina 64 Opbouw en functie TIG-lassen 2-takt-bedrijf Afbeelding 5-35 Selecteren • Selecteer de bedrijfsmodus 2-takt 1e fase • Toortsknop indrukken en vasthouden. • Er stroomt inert-gas uit (gasvoorstromen). De vlamboogontsteking gebeurt met Liftarc. • De lasstroom vloeit met de voorgeselecteerde instelling. 2e fase •...
  • Pagina 65 Opbouw en functie TIG-lassen 4-takt-bedrijf Afbeelding 5-37 Selecteren • Selecteer de bedrijfsmodus 4-takt 1e fase • Toortsknop indrukken en vasthouden • Er stroomt inert-gas uit (gasvoorstromen). De vlamboogontsteking gebeurt met Liftarc. • De lasstroom vloeit met de voorgeselecteerde instelling. 2e fase •...
  • Pagina 66: Tig Automatische Uitschakeling

    Opbouw en functie TIG-lassen 4-takt speciaal Afbeelding 5-38 Selecteren • Selecteer de bedrijfsmodus 4-takt-speciaal 1e fase • Toortsknop indrukken en vasthouden • Er stroomt inert-gas uit (gasvoorstromen). De vlamboogontsteking gebeurt met liftarc. • De lasstroom vloeit met de voorgeselecteerde instelling in het startprogramma “P “.
  • Pagina 67: Elektrodelassen

    Opbouw en functie Elektrodelassen 5.13 Elektrodelassen VOORZICHTIG Kans op beknelling en verbranding! Bij het vervangen van afgebrande of nieuwe staafelektroden • apparaat aan de hoofdschakelaar uitschakelen; • geschikte veiligheidshandschoenen dragen; • geïsoleerde tang gebruiken om verbruikte staafelektroden te verwijderen en gelaste werkstukken te bewegen en;...
  • Pagina 68: Selecteren

    Opbouw en functie Elektrodelassen 5.13.2 Selecteren • JOB 128 (elektrodelasopdracht) selecteren. Het wijzigen van het JOB-nummer is alleen mogelijk als er geen lasstroom vloeit. Bedieningselem Actie Resultaat Display Selectie JOB-nummer invoer Instellen van het JOB-nummer Het apparaat neemt na ca. 3 sec. de gekozen instelling over 5.13.2.1 Lasstroom instellen De lasstroom wordt in principe via de draaiknop "draadsnelheid"...
  • Pagina 69: Afstandsbedieningen

    Opbouw en functie Afstandsbedieningen 5.14 Afstandsbedieningen VOORZICHTIG Schade door gebruik van componenten van derden! De garantie van de fabrikant vervalt bij apparaatschade door gebruik van componenten van derden! • Gebruik uitsluitend systeemcomponenten en opties (stroombronnen, lastoortsen, elektrodehouders, afstandsbedieningen, vervangings- en slijtageonderdelen, enz.) uit ons leveringsprogramma! •...
  • Pagina 70: Automatiserings-Interface

    Opbouw en functie Interfaces voor de automatisering 5.15.1 Automatiserings-interface Dit accessoire kan als optie achteraf worden aangebracht - Zie hoofdstuk 9, Accessoires. Ingang / Benaming Afbeelding Uitgang Uitgang Aansluiting voor kabelmantel. Uitgang IGRO Stroom-vloeit-signaal I>0 (maximale (open belasting 20mA / 15V) collector) 0 V = lasstroom vloeit Ingang...
  • Pagina 71: Aansluitbus Afstandsbediening 19-Polig

    Opbouw en functie Interfaces voor de automatisering 5.15.2 Aansluitbus afstandsbediening 19-polig Afbeelding 5-42 Signaalvorm Benaming Uitgang Aansluiting voor kabelmantel PE Uitgang Referentiespanning voor potentiometer 10 V (max. 10 mA) Ingang Regelspanningsinstelling (0 V - 10 V) - draadtoevoersnelheid Uitgang Referentiepotentiaal (0 V) Ingang Lasvermogen Start/Stop (S1) Ingang...
  • Pagina 72: Robot-Interface Rint X12

    Opbouw en functie PC-interfaces 5.15.3 Robot-interface RINT X12 De digitale standaardinterface voor geautomatiseerde toepassingen (optie, uitbreiding aan het apparaat of extern door de klant) Functies en signalen: • Digitale ingangen: Start/Stop, selecteren van bedrijfsmodi, job's en programma's, draad invoeren, gastest •...
  • Pagina 73: Lasparameter Tegen Onbevoegde Toegang Blokkeren

    Opbouw en functie Lasparameter tegen onbevoegde toegang blokkeren 5.17 Lasparameter tegen onbevoegde toegang blokkeren De sleutelschakelaar is uitsluitend beschikbaar bij apparaten die af fabriek met de optie "OW KL XX5" werden uitgerust. Als beveiliging tegen het onbevoegd of per ongeluk verstellen van de lasparameters op het apparaat, is het met behulp van de sleutelschakelaar mogelijk om de invoer van de besturing te blokkeren.
  • Pagina 74: Selectie, Wijziging En Opslag Van Parameters

    Opbouw en functie Speciale parameters (uitgebreide instellingen) 5.18.1 Selectie, wijziging en opslag van parameters ENTER (Menutoegang) • Apparaat met de hoofdschakelaar uitschakelen • Knop "Parameterselectie links" ingedrukt houden en gelijktijdig op het apparaat opnieuw inschakelen. NAVIGATION (Navigeren in het menu) •...
  • Pagina 75 Opbouw en functie Speciale parameters (uitgebreide instellingen) Display Instelling / selecteren Aanvoertijd draadinvoeren 0 = normale draadinvoer (10 sec. aanvoertijd) 1 = snelle draadinvoer (3 sec. aanvoertijd) (Af fabriek) Programma "0" blokkeren 0 = P0 vrijgegeven (Af fabriek) 1 = P0 geblokkeerd Weergavemodus voor Up/down-lastoorts met enkel 7-segmentendisplay (twee knoppen) 0 = normale weergave (af fabriek)
  • Pagina 76: Resetten Naar Fabrieksinstelling

    Opbouw en functie Speciale parameters (uitgebreide instellingen) Block-JOB-bedrijfsmodus 0 = Block-JOB-bedrijfsmodus niet actief (Af fabriek) 1 = Block-JOB-bedrijfsmodus actief Programmaselectie met standaard toortsknop 0 = Geen programmaselectie (Af fabriek) 1 = Programmaselectie mogelijk Weergave gemiddelde waarde bij superPuls functie uitgeschakeld. functie ingeschakeld (af fabriek).
  • Pagina 77: Speciale Parameters In Detail

    Opbouw en functie Speciale parameters (uitgebreide instellingen) 5.18.1.2 Speciale parameters in detail Aanvoertijd draadinvoer (P1) De draadinvoer begint met 1,0m/min gedurende 2 sec. Aansluitend wordt met een aanvoerfunctie de snelheid op 6,0m/min verhoogd. De aanvoertijd is tussen twee bereiken in te stellen. Tijdens de draadinvoer kan de snelheid met behulp van de draaiknop lasparameterinstelling worden gewijzigd.
  • Pagina 78 Opbouw en functie Speciale parameters (uitgebreide instellingen) Correctiebedrijf, instelling van grenswaarden (P7) Het correctiebedrijf wordt voor alle jobs en desbetreffende programma's gelijktijdig in- of uitgeschakeld. Voor elke job wordt een correctiebereik voor draadtoevoersnelheid (DV) en lasspanningscorrectie (Ucorr) aangegeven. De correctiewaarde wordt voor elk programma afzonderlijk opgeslagen. Het correctiebereik kan maximaal 30% van de draadsnelheid en +-9,9 V lasspanning bedragen.
  • Pagina 79 Opbouw en functie Speciale parameters (uitgebreide instellingen) Bedieningselem Actie Resultaat Weergave (voorbeelden) Links Rechts Knop zo vaak indrukken tot alleen de LED "PROG" oplicht. Links: Draadaanvoersnelheid Rechts: Programmanummer Toets indrukken en ca. 4 sec. lang vasthouden 4 sec. Links: huidige grenswaarde van de draadaanvoersnelheidscorrectie Rechts: huidige grenswaarde van de spanningscorrectie...
  • Pagina 80 Opbouw en functie Speciale parameters (uitgebreide instellingen) Programmaomschakeling met standaard toortstoorts (P8) Speciale 4-takt (4-takt-absoluut-programmaverloop) • Takt 1: Absoluut-programma 1 wordt gestart • Takt 2: Absoluut-programma 2 wordt na afloop van "tstart" gestart. • Takt 3: Absoluut-programma 3 wordt gestart totdat de tijd "t3" verlopen is. Aansluitend wordt automatisch naar het absoluut-programma 4 overgeschakeld.
  • Pagina 81 Opbouw en functie Speciale parameters (uitgebreide instellingen) Het aantal programma’s (P ) is gelijk aan het onder n-takt vastgelegd taktaantal. 1ste takt • Toortsknop indrukken en vasthouden • Er stroomt inert-gas uit (gasvoorstromen) • Draadtoevoermotor loopt mee op "langzame-invoersnelheid". • De vlamboog ontsteekt nadat de draadelektrode op het werkstuk terechtkomt, de lasstroom vloeit (startprogramma P van P START...
  • Pagina 82 Opbouw en functie Speciale parameters (uitgebreide instellingen) Instelling "enkele of dubbele bedrijfsmodus" (P10) Indien het systeem met twee draadaanvoerapparaten is uitgerust, mogen er geen verdere accessoirecomponenten aan de aansluitbus 7-polig (digitaal) gebruikt worden! Dit heeft onder andere betrekking op digitale afstandsbedieningen, robotinterfaces, documentatie-interfaces, lastoortsen met digitale besturingsleidingaansluiting, enz.
  • Pagina 83 Opbouw en functie Speciale parameters (uitgebreide instellingen) Gebruikergedefinieerde JOB-lijsten maken Er wordt een samenhangend opslagbereik opgesteld, waarin met accessoires zoals bijv. de POWERCONTROL 2-toorts tussen JOB’s kan omgeschakeld worden. • Speciale parameter P12 op “2” instellen. • Omschakelknop “Programma of Up/Down-functie” op positie “Up/Down” zetten. •...
  • Pagina 84 Opbouw en functie Speciale parameters (uitgebreide instellingen) Bovengrens en ondergrens voor de JOB-omschakeling op afstand (P13, P14) Het hoogste resp. het laagste JOB-nummer dat met accessoirecomponenten, zoals bijv. PowerControl 2- toorts, kan geselecteerd worden. Vermijdt een abusievelijk omschakelen in ongewenste of niet gedefinieerde JOB’s. Hold-functie (P15) Hold-functie actief (P15 = 1) •...
  • Pagina 85 Opbouw en functie Speciale parameters (uitgebreide instellingen) Programmaselectie met standaard toortsknop (P17) Maakt een programmaselectie resp. programma-omschakeling vóór lasaanvang mogelijk. Door de toortsknop kort in te drukken wordt overgeschakeld naar het volgende programma. Bij het bereiken van het laatste vrijgegeven programma begint het display weer van voren af aan. •...
  • Pagina 86: Configuratiemenu Voor Apparatuur

    Opbouw en functie Configuratiemenu voor apparatuur 5.19 Configuratiemenu voor apparatuur 5.19.1 Selectie, wijziging en opslag van parameters ENTER (Menutoegang) • Apparaat met de hoofdschakelaar uitschakelen • Drukknop "Lasparameter" of "Smoorspoelwerking" (drive 4X LP) ingedrukt houden en gelijktijdig het apparaat opnieuw inschakelen. NAVIGATION (Navigeren in het menu) •...
  • Pagina 87: Compensatie Leidingsweerstand

    Opbouw en functie Configuratiemenu voor apparatuur 5.19.2 Compensatie leidingsweerstand De weerstandswaarde van de leidingen kan rechtstreeks of op de stroombron worden ingesteld. Bij levering is de leidingsweerstand ingesteld op 8 mΩ. Deze waarde komt overeen met een 5 m massakabel, 1,5 m tussenslangpakket en 3 m watergekoelde lastoorts. Andere lengtes van slangpakketten vereisen een +/- spanningscorrectie ter optimalisering van laseigenschappen.
  • Pagina 88: Energiebesparingsmodus (Standby)

    Opbouw en functie Configuratiemenu voor apparatuur 1 Voorbereiding • Lasapparaat uitschakelen. • Gaskop losschroeven van de lastoorts. • Lasdraad aan de contacttip kort afknippen. • Lasdraad aan het draadaanvoerapparaat een stuk (ong. 50 mm) terugtrekken. Nu is er geen lasdraad aanwezig in de contacttip.
  • Pagina 89: Onderhoud, Verzorging En Afvalverwerking

    Onderhoud, verzorging en afvalverwerking Algemeen Onderhoud, verzorging en afvalverwerking GEVAAR Verkeerd onderhoud en controle! Het apparaat mag uitsluitend door vakkundige, bevoegde personen schoongemaakt, gerepareerd of getest worden! Deskundig personeel is elke persoon die door zijn opleiding, kennis en ervaring de risico's en de eventuele gevolgschade kan herkennen die zich kunnen voordoen tijdens de controle van dit apparaat en de vereiste veiligheidsmaatregelen kan treffen.
  • Pagina 90: Maandelijkse Onderhoudswerkzaamheden

    • Informatie over de terugneming of inzameling van oude apparaten vindt u bij het verantwoordelijke plaatselijke stads- of gemeentebestuur. • EWM neemt deel aan een goedgekeurd verwijderings- en recyclingsysteem en is geregistreerd in het register voor oude elektrische apparaten met het nummer WEEE DE 57686922.
  • Pagina 91: Verhelpen Van Storingen

    Verhelpen van storingen Checklist voor het verhelpen van storingen Verhelpen van storingen Alle producten worden onderworpen aan strenge productie- en eindcontroles. Mocht er desondanks toch een keer iets niet werken, controleer het product dan aan de hand van de volgende lijst. Als geen van de aangegeven mogelijkheden om het defect te verhelpen werkt, waarschuw dan de officiële dealer.
  • Pagina 92: Foutmeldingen

    Verhelpen van storingen Foutmeldingen Foutmeldingen Een storing in de lasapparatuur wordt weergegeven doordat de storingcode (zie tabel) wordt weergegeven op de display van de besturing. Bij een storing in de apparatuur wordt de voeding uitgeschakeld. De weergave van mogelijke foutnummers is afhankelijk van de uitvoering van het apparaat (interfaces/functies).
  • Pagina 93 Verhelpen van storingen Foutmeldingen Fout Categorie Mogelijke oorzaak Oplossing Error 17 Overstroomdetectie Draadtoevoer controleren (WF. Ov.) draadtoevoeraandrijving Error 18 Geen tachogeneratorsignaal Controleer de verbinding en de (WF. Sl.) van tweede tachogenerator van het tweede draadtoevoerapparaat (slave-aandrijving). draadtoevoerapparaat (slave- aandrijving) Error 56 Uitval stroomfase Netspanningen controleren (no Pha)
  • Pagina 94: Jobs (Lasopdrachten) Resetten Naar Fabrieksinstellingen

    Verhelpen van storingen Jobs (lasopdrachten) resetten naar fabrieksinstellingen Jobs (lasopdrachten) resetten naar fabrieksinstellingen Alle opgeslagen klantspecifieke lasparameters worden door de werkinstellingen vervangen. 7.3.1 Individuele job resetten RESET ENTER EXIT Afbeelding 7-1 Display Instelling / selecteren RESET (Resetten naar fabrieksinstellingen) De RESET wordt na de bevestiging uitgevoerd. Wanneer er geen wijzigingen worden uitgevoerd, wordt het menu na 3 seconden afgesloten.
  • Pagina 95: Alle Jobs Resetten

    Verhelpen van storingen Algemene storingen 7.3.2 Alle jobs resetten De JOB's 1-128 + 170-256 worden teruggezet. De klantspecifieke JOB's 129-169 worden behouden. RESET ENTER EXIT Afbeelding 7-2 Display Instelling / selecteren RESET (Resetten naar fabrieksinstellingen) De RESET wordt na de bevestiging uitgevoerd. Wanneer er geen wijzigingen worden uitgevoerd, wordt het menu na 3 seconden afgesloten.
  • Pagina 96: Koelvloeistofcircuit Ontluchten

    Verhelpen van storingen Koelvloeistofcircuit ontluchten Koelvloeistofcircuit ontluchten Koelmiddeltank en snelsluitkoppelingen koelmiddeltoevoer-/retourleiding zijn enkel bij apparaten met waterkoeling aanwezig. Om het koelsysteem te ontluchten altijd de blauwe koelmiddelaansluiting gebruiken die mogelijk het diepst in het koelmiddelsysteem ligt (in de nabijheid van de koelmiddeltank)! Afbeelding 7-3 099-005502-EW505 25.11.2015...
  • Pagina 97: Technische Gegevens

    Technische gegevens Phoenix 355 Progress puls MM TKM Technische gegevens Service-informatie en garantie zijn alleen geldig in combinatie met originele vervangings- en slijtage-onderdelen! Phoenix 355 Progress puls MM TKM MIG/MAG Elektrode Instelbereik: Lasstroom 5 A - 350 A Instelbereik: Lasspanning 14,3 V - 31,5 V 14,3 V - 31,5 V 14,3 V - 31,5 V...
  • Pagina 98: Accessoires

    Accessoires Algemene accessoires Accessoires Vermogensafhankelijke accessoires zoals lastoorts, werkstukleiding, elektrodehouder of tussenslangpakket zijn verkrijgbaar bij uw bevoegde dealer. Algemene accessoires Type Benaming Artikelnummer Trolly 55-5 Transportwagen, gemonteerd 090-008632-00000 cool50 U40 Koelmodule 090-008598-00502 TYPE 1 Antivriescontroleur 094-014499-00000 KF 23E-10 Koelvloeistof (-10 °C), 9,3 l 094-000530-00000 KF 23E-200 Koelvloeistof (-10 °C), 200 liter...
  • Pagina 99: Opties

    Accessoires Opties Opties Type Benaming Artikelnummer ON AIF XX5 Interface voor automaten 092-001237-00000 ON D BARREL Draadgeleiding Rolliner voor vaten 092-007929-00000 ON MF XX5 Vuilfilter 092-002662-00000 ON CS K Kraanophanging voor Picomig 180 / 185 D3 / 305 092-002549-00000 D3; Phoenix en Taurus 355 compact; drive 4 Computercommunicatie Type Benaming...
  • Pagina 100: Slijtagedelen

    Slijtagedelen Draadtoevoerrollen Slijtagedelen VOORZICHTIG Schade door gebruik van componenten van derden! De garantie van de fabrikant vervalt bij apparaatschade door gebruik van componenten van derden! • Gebruik uitsluitend systeemcomponenten en opties (stroombronnen, lastoortsen, elektrodehouders, afstandsbedieningen, vervangings- en slijtageonderdelen, enz.) uit ons leveringsprogramma! •...
  • Pagina 101: Draadaanvoerrollen Voor Aluminiumdraden

    Slijtagedelen Draadtoevoerrollen 10.1.2 Draadaanvoerrollen voor aluminiumdraden Type Benaming Artikelnummer AL 4R 0.8 MM/0.03 INCH Aandrijfrollenset, 37 mm, voor aluminium 092-002771-00008 WHITE AL 4R 1.0 MM/0.04 INCH Aandrijfrollenset, 37 mm, voor aluminium 092-002771-00010 BLUE AL 4R 1.2 MM/0.045 INCH Aandrijfrollenset, 37 mm, voor aluminium 092-002771-00012 AL 4R 1.6 MM/0.06 INCH Aandrijfrollenset, 37 mm, voor aluminium...
  • Pagina 102: Job-List

    Bijlage A JOB-List Bijlage A 11.1 JOB-List Afbeelding 11-1 099-005502-EW505 25.11.2015...
  • Pagina 103: Overzicht Van Ewm-Vestigingen

    Bijlage B Overzicht van EWM-vestigingen Bijlage B 12.1 Overzicht van EWM-vestigingen 099-005502-EW505 25.11.2015...