Condenswaterreservoir
Condensreservoir vullen
Bij het drogen ontstaat condenswater.
Dit wordt opnieuw gebruikt voor ver-
schillende programmatoepassingen en
wordt via een inspuiter in de trommel
gespoten.
Zorg er daarom voor dat het condens-
reservoir minstens tot de ―min― -
markering met water is gevuld. Anders
treedt er een storing op.
De ―min―-markering vindt u links voor-
aan. Als u het condenswater naar buiten
toe afvoert, is het condensreservoir
leeg.
Controleer het niveau van het con-
densreservoir.
Vul alleen normaal verkrijgbaar con-
denswater (voor het strijken) bij.
Gebruik alleen in uitzonderlijke geval-
len leidingwater.
Als er vaker leidingwater wordt ge-
bruikt, kan de inspuiter in de vulope-
ning verkalken.
50
1 Giettuit, 2 Rubberen dichting
Giet het condenswater door de ringen
van de tuit 1.
De sproeikop in de vulopening kan
verstopt raken.
Vul enkel met schoon water. Er mo-
gen geen geurstoffen, wasmiddelen
en andere substanties in het water
zitten.
Een pluizenfilter in het condensreservoir
voorkomt dat eventuele pluizen uit het
condenswater worden aangezogen.
Rubberen dichting reinigen
Als er vaker leidingwater wordt bijge-
vuld, dan kunnen zich kalkvlekken op de
rubberen dichting 2 vormen.
Reinigingsadvies: reinig 1 tot 2 keer per
jaar en indien nodig.
Veeg kalkresten op de rubberen dich-
ting 2 voorzichtig weg met een voch-
tig schoonmaakdoekje.