Samenvatting van Inhoud voor Toro Reelmaster 5510-D
Pagina 1
Gebruikershandleiding Reelmaster® 5410-D en 5510-D tractie- eenheid Modelnr.—Serienummerbereik 03952—416970521 en hoger 03954—417000000 en hoger *3470-507* A 3470-507A Vertaling van het origineel (NL)
Pagina 3
Veiligheid van het koelsysteem....................2–6 Veiligheid van het hydraulische systeem................2–6 Veiligheid van de messen......................2–6 Veiligheid tijdens opslag ......................... 2–7 Veiligheids- en instructiestickers....................2–8 Hoofdstuk 3: Configuratie........................3–1 1 De machine voorbereiden op de montage................3–1 2 De bedieningsarm afstellen ......................3–2 3 De maai-eenheden monteren ....................
Pagina 4
Overzicht van de functie virtuele pedaalaanslag (‘Virtual Pedal Stop’ of VPS)... 5–17 Cruisecontrol ..........................5–19 Overzicht van de acceleratiemodus..................5–20 Overzicht van de opwarmmodus .................... 5–20 Overzicht van Toro Smart Power™..................5–20 Starten van de motor ......................... 5–21 De motor afzetten ........................5–21 De gazoncompensatieveer afstellen ..................5–21 Gras maaien met de machine ....................
Pagina 5
Onderhoud van het chassis ......................6–44 De veiligheidsgordel controleren .................... 6–44 Reinigen............................6–44 De machine wassen ........................6–44 Hoofdstuk 7: Opslag ..........................7–1 De machine stallen........................... 7–1 Opslag van de accu ......................... 7–2 Toro Garantie Californië Proposition 65 Waarschuwingsinformatie 3470-507 A Disclaimers en wettelijke informatie...
Pagina 6
Als u service, originele Toro onderdelen of aanvullende informatie nodig hebt, kunt u contact opnemen met een erkende servicedealer of met Toro de klantenservice. U dient hierbij altijd het model- en het serienummer van het product te vermelden. Deze nummers bevinden zich op het...
Pagina 7
Handleidingconventies Er worden in deze handleiding een aantal mogelijke gevaren en een aantal veiligheidsberichten genoemd met het volgende veiligheidssymbool, dat duidt op een gevaarlijke situatie die zwaar lichamelijk letsel of de dood tot gevolg kan hebben wanneer de veiligheidsvoorschriften niet in acht worden genomen. G405934 Er worden in deze handleiding twee woorden gebruikt om uw aandacht op bijzondere informatie te vestigen.
Pagina 8
Hoofdstuk 2 Veiligheid Algemene veiligheid • Dit product kan handen of voeten afsnijden en voorwerpen uitwerpen. • Lees deze Gebruikershandleiding en zorg ervoor dat u deze begrijpt voordat u de motor start. • Geef uw volledige aandacht als u de machine gebruikt. Zorg ervoor dat u met niets anders bezig bent waardoor u kunt worden afgeleid, anders kunnen er letsels ontstaan of kan eigendom worden beschadigd.
Pagina 9
– Haal de parkeerrem aan. – Zet de motor af en verwijder het sleuteltje. – Wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen. – Laat de machine afkoelen voordat u deze afstelt, reinigt, stalt of er onderhoudswerkzaamheden aan verricht. •...
Pagina 10
• Vervoer geen passagiers op de machine en houd omstanders en kinderen weg uit het werkgebied. • Gebruik de machine uitsluitend bij een goede zichtbaarheid zodat u kuilen en verborgen gevaren kunt vermijden. • Gebruik de machine niet op nat gras. Als de wielen hun grip verliezen, kan de machine gaan glijden.
Pagina 11
De machine veilig gebruiken op hellingen • Het maaien op hellingen is een belangrijke factor bij ongelukken waarbij de controle over de machine wordt verloren of deze omkantelt. Dit kan ernstig of dodelijk letsel veroorzaken. U bent verantwoordelijk voor een veilig gebruik van de machine op hellingen.
Pagina 12
• Vervang versleten of beschadigde stickers. • Om veilige en optimale prestaties van de machine te verkrijgen, moet u ter vervanging alleen originele Toro onderdelen gebruiken. Gebruik ter vervanging nooit onderdelen van andere fabrikanten, omdat dit gevaarlijk kan zijn en de productgarantie hierdoor kan vervallen.
Pagina 13
Veiligheid van het elektrisch systeem • Koppel de accu af voordat u reparaties aan de machine verricht. Maak eerst de minpool van de accu los en daarna de pluspool. Bevestig eerst de pluspool van de accu en daarna de minpool. •...
Pagina 14
Veiligheid tijdens opslag • Doe het volgende voordat u de bestuurdersstoel verlaat: – Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak. – Schakel de maai-eenheden uit en laat deze zakken. – Haal de parkeerrem aan. – Zet de motor af en verwijder het sleuteltje. –...
Pagina 15
Veiligheids- en instructiestickers Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder en bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of ontbrekende stickers. Symbolen op accu Sommige of alle symbolen staan op de accu. s_batterysymbols2 Draag oogbescherming; explosieve gassen Risico van explosie kunnen blindheid en ander letsel veroorzaken.
Pagina 16
Sticker onderdeel: 106-6755 Motorkoelvloeistof onder druk. Risico van explosie – Lees de Gebruikershandleiding. Waarschuwing – Raak het hete oppervlak niet aan. Waarschuwing – Lees de Gebruikershandleiding. s_decal106-6755 Sticker onderdeel: 110-9642 Opgeslagen energie – Lees de Gebruikershandleiding. Beweeg de borgpen naar de opening die het dichtst bij de stangbeugel is, en verwijder daarna de hefarm en het juk van het draaipunt.
Pagina 17
Sticker onderdeel: 133-2930 s_decal133-2930 Waarschuwing – Parkeer niet op een helling; stel Waarschuwing – Bedien deze machine uitsluitend de parkeerrem in werking, laat de maai-eenheden als u daarin bent getraind. neer, zet de motor af en verwijder het sleuteltje uit Waarschuwing –...
Pagina 18
Sticker onderdeel: 133-2931 CE-machines s_decal133-2931 Opmerking: Deze machine voldoet aan de tests die de statische breedte- en lengtestabiliteit meten en die standaard zijn in de sector. De maximale aanbevolen hellingshoek wordt vermeld op de sticker. Raadpleeg de instructies voor gebruik van de machine op hellingen in de Gebruikershandleiding en de omstandigheden waarin u de machine zou gebruiken om na te gaan of u de machine op een bepaalde dag en op het terrein in kwestie kunt gebruiken.
Pagina 19
Sticker onderdeel: 136-2159 Zet de stoel naar beneden Schuif de stoel naar voren Kantel de stoel s_decal136-2159 Sticker onderdeel: 136-3702 Waarschuwing – Lees de Gebruikershandleiding; draag een veiligheidsgordel; de rolbeugel niet verwijderen. Waarschuwing – Voer geen aanpassingen uit aan de rolbeugel. s_decal136-3702 Sticker onderdeel: 137-8127 Opgelet –...
Pagina 20
Sticker onderdeel: 145-3252145-2483 Parkeerrem Cruisecontrol Breng de maai-eenheden omlaag. Breng de maai-eenheden omhoog. Aftakas – Uitschakelen Aftakas – Inschakelen Lees de Gebruikershandleiding. s_decal145-2483 Sticker onderdeel: 145-3252145-2519 TEC vermogenrelais Elektrisch vermogenrelais Lees de Gebruikershandleiding voor informatie over de zekering. Logic elektrisch vermogen Luchtgeveerde stoel Contactschakelaar Elektrisch vermogen...
Pagina 21
Sticker onderdeel: 145-3252145-2573 s_decal145-2573 Brandstof Controleer om de 8 bedrijfsuren. Lees de Gebruikershandleiding voor informatie Remfuncties over smering. Hydraulische vloeistof Lees de Gebruikershandleiding. Bandenspanning Brandstof/waterafscheider Luchtfilter van motor Vloeistoffen Ventilatorriem Capaciteit Motorkoelvloeistof Vloeistofinterval (bedrijfsuren) Accu Filterinterval (bedrijfsuren) Radiateurscherm Zekeringen Motorolie Motoroliepeil 3470-507A Pagina 2–14...
Pagina 22
Hoofdstuk 3 Configuratie De machine voorbereiden op de montage 1. Plaats de machine op een horizontaal vlak, laat de maai-eenheden neer en stel de parkeerrem in werking. 2. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand zijn gekomen.
Pagina 23
De bedieningsarm afstellen 1. Draai de 2 bouten los waarmee de bedieningsarm is vastgezet aan de bevestigingsbeugel 2. Stel de bedieningsarm af in de gewenste positie en zet de 2 bouten weer vast. G402679 De maai-eenheden monteren Vereiste onderdelen Slanggeleider rechts vooraan Slanggeleider links vooraan De machine voorbereiden op de montage 1.
Pagina 24
De maai-eenheden voorbereiden 1. Haal de maai-eenheden uit de dozen. 2. U moet de maaidekken monteren en afstellen volgens de instructies in de Gebruikershandleiding. 3. Zorg ervoor dat het contragewicht gemonteerd aan het juiste uiteinde van de maai-eenheid volgens de instructies in de Gebruikershandleiding van de maai-eenheid.
Pagina 25
De gazoncompensatieveer plaatsen en de slanggeleider monteren (vervolg) 1. Als de haarspeldveer is gemonteerd in het achterste gat van de stang van de compensatieveer, verwijder deze dan en steek deze in het gat naast de beugel. G410292 2. Verwijder de 2 flensborgmoeren (⅜") en 2 slotbouten (⅜"...
Pagina 26
De gazoncompensatieveer plaatsen en de slanggeleider monteren (vervolg) 4. Monteer de bout van de grascompensatieveer op de rechterlip het draagframe met de flensborgmoer (⅜") G410296 5. Lijn de tapeinden van de linker slanggeleider uit met de gaten in het frame van de maai-eenheid en de grascompensatiebeugel Opmerking:...
Pagina 27
De slanggeleider monteren (vervolg) 1. Als de haarspeldveer is gemonteerd in het achterste gat van de stang van de compensatieveer, verwijder deze dan en steek deze in het gat naast de beugel. G410292 2. Verwijder de 2 flensborgmoeren (⅜") en 2 slotbouten (⅜"...
Pagina 28
De gazoncompensatieveer plaatsen Maai-eenheden 2 G410999 Maai-eenheid 3 Messenkooimotor Maai-eenheid 1 Maai-eenheid 4 Gewicht Maai-eenheid 2 Maai-eenheid 5 1. Als de haarspeldveer is gemonteerd in het achterste gat van de stang van de compensatieveer, verwijder deze dan en steek deze in het gat naast de beugel. G410292 2.
Pagina 29
De gazoncompensatieveer plaatsen (vervolg) 3. Verwijder de flensborgmoer (⅜") waarmee de bout van de grascompensatieveer is bevestigd aan de rechterlip van het draagframe, en verwijder de compensatieveer van de maai-eenheid. Opmerking: Verwijder de getande flensmoer niet van de bout. G410295 4.
Pagina 30
Monteren van de kickstandaard Bij elke maai-eenheid: zet de kickstandaard vast aan de kettingbeugel met de borgpen G411001 De voorste maai-eenheden aan de hefarmen monteren 1. Monteer de voorste maai-eenheden aan de hefarmen, zoals getoond. 2. Vergrendel het draaipunt van de maai-eenheid voor het maaien van gras op een helling.
Pagina 31
De achterste maai-eenheden aan de hefarmen monteren Maai-eenheden afgesteld voor een maaihoogte van 1,2 cm of hoger 1. Monteer de achterste maaidekken aan de hefarmen, zoals getoond. 2. Vergrendel het draaipunt van de maai-eenheid voor het maaien van gras op een helling. G402695 De achterste maai-eenheden aan de hefarmen monteren Maai-eenheden afgesteld voor een maaihoogte van 1,2 cm of lager...
Pagina 32
Het draaipunt van de maai-eenheid vergrendelen voor het maaien van gras op een helling Vergrendel de draaipunten van de maai-eenheid met borgpennen om te voorkomen dat de maai- eenheden naar beneden draaien wanneer u op een helling maait. Opmerking: Gebruik de opening in het juk van het draaipunt om de maai-eenheid te vergrendelen.
Pagina 33
De messenkooimotoren monteren (vervolg) G411002 4. Draai de motor linksom tot de flenzen de bouten omsluiten en draai dan de bouten vast. BELANGRIJK Zorg ervoor dat de slangen van de motor van de messenkooi niet zijn verdraaid, geknikt of het risico lopen te worden afgekneld. 5.
Pagina 34
De kickstandaard van het maaidek gebruiken Vereiste onderdelen Kickstandaard van maaidek 1. Als u de maai-eenheid moet kantelen om bij het ondermes/de messenkooi te kunnen komen, moet u de achterkant van de maai- eenheid ondersteunen met de kickstandaard zodat de moeren op het achtereind van de stelschroeven van de snijbalk niet op het werkvlak rusten.
Pagina 35
CE-conforme motorkapsluiting monteren Vereiste onderdelen Motorkapsluiting Pakking Contramoer Sluitring 1. Til de motorkap op. 2. Verwijder de rubberen ring uit de opening in de linkerkant van de motorkap. G439569 3. Zorg dat de pakking op de motorkapsluiting is gemonteerd 4. Verwijder de moer van de sluiting.
Pagina 36
De CE-stickers aanbrengen CE-machines Vereiste onderdelen Sticker met productiejaar CE-sticker Sticker betreffende kantelgevaar De CE-sticker aanbrengen 1. Maak de motorkap schoon rondom de motorkapsluiting en laat de motorkap drogen. Gebruik hierbij schoonmaakalcohol en een schone doek. 2. Verwijder het schutpapier van de CE sticker en breng de sticker aan op de motorkap.
Pagina 37
De sticker met CE-waarschuwing aanbrengen 1. Gebruik schoonmaakalcohol en een schone doek om het oppervlak van de bestaande sticker schoon te maken, en laat de sticker drogen. 2. Verwijder het schutpapier van de CE waarschuwingssticker en breng de CE waarschuwingssticker aan over de bestaande sticker.
Pagina 38
Hoofdstuk 4 Productoverzicht Motorkap Bestuurdersstoel Bedieningsarm Stuurwiel Instelhendel bestuurdersstoel Voormaaidekken Achtermaaidekken G403840 Bedieningsorganen G461341 InfoCenter display Contactschakelaar Aftakasschakelaar Maai-/hefhendel Schakelaar van koplampen Pedaal voor stuurverstelling Schakelaar van de Parkeerremschakelaar Tractiepedaal cruisecontrol Productoverzicht Pagina 4–1 3470-507 A...
Pagina 39
Gasbediening in de stijl van een auto Opmerking: Deze machine heeft geen hendel of schakelaar om het motortoerental te regelen. Wanneer de aftakas wordt ingeschakeld om de maai-eenheden te laten draaien, schakelt de machine automatisch het motortoerental naar hoog stationair en blijft daar tot de maai- eenheden worden uitgeschakeld.
Pagina 40
Parkeerremschakelaar Stel de parkeerrem in werking. Opmerking: Door de parkeerremschakelaar te activeren, wordt de tractie automatisch afgeremd (ongeacht de stand van het tractiepedaal). De parkeerrem wordt in werking gesteld zodra de machine tot stilstand komt of wordt uitgeschakeld, ongeacht de stand van de parkeerremschakelaar.
Pagina 41
Aftakasschakelaar Aftakas uitschakelen -De machine bevindt zich in T (waarin RANSPORTMODUS u tot 16 km/h kunt rijden wanneer de maximumsnelheid niet beperkt is). Aftakas inschakelen - De machine bevindt zich in M (waarin u tot AAIMODUS 13 km/h kunt rijden wanneer de maximumsnelheid niet beperkt is).
Pagina 42
Pedaal voor stuurverstelling Trap het pedaal voor stuurverstelling in en breng de stuurkolom omlaag of omhoog naar een comfortabele bedieningspositie. G453181 Tractiepedaal Vooruit rijden - druk de bovenkant van het pedaal in. Machine stoppen - laat het tractiepedaal opkomen en weer terugkeren in de middelste stand (neutraal).
Pagina 43
Indicator verstopping hydraulisch filter De indicator verstopping in hydraulisch filter waarschuwt u wanneer de hydraulische filters moeten worden vervangen. G453944 Aansluitpunt Het aansluitpunt is geschikt voor 12 V elektrische apparaten. G453945 3470-507A Pagina 4–6 Productoverzicht: Bedieningsorganen...
Pagina 44
De stoel verstellen G446491 Gewichtmeter Hendel voor vooruit/achteruit Knop om het gewicht in te stellen Knop om de hoogte in te stellen Instelknop voor gewicht Draai aan de instelknop voor het gewicht tot uw gewicht verschijnt in het venstertje van de gewichtmeter.
Pagina 45
De stoel verstellen (vervolg) Hendel voor vooruit/achteruit Vergrendelen Ontgrendelen G446495 Wethendels De wethendels worden in combinatie met de maai-/ hefhendel gebruikt om de messenkooien te wetten. G454899 3470-507A Pagina 4–8 Productoverzicht: Bedieningsorganen...
Pagina 46
Specificaties Opmerking: Specificaties en ontwerp kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. Specificatie: Reelmaster 5410-D Reelmaster 5510-D Transportbreedte 228 cm 233 cm Maaibreedte 254 cm 254 cm Lengte 282 cm 282 cm Hoogte 160 cm 160 cm Gewicht (inclusief vloeistoffen 1.339 kg 1.373 kg...
Pagina 47
Hoofdstuk 5 Gebruik Voorafgaand aan de werking Dagelijks onderhoud uitvoeren Voer elke dag, voordat u de machine start, de dagelijkse procedures uit die beschreven staan in het onderhoudsschema. Brandstof Brandstof BELANGRIJK Gebruik uitsluitend diesel met een extreem laag zwavelgehalte. Brandstof met een hoger gehalte zwavel beschadigt de dieseloxidatiekatalysator (DOC).
Pagina 48
De kans bestaat dat een brandstoffilter na verloop van tijd verstopt raakt, nadat u bent overgestapt op een biodieselmengsel. Neem voor meer informatie contact op met uw erkende Toro distributeur. Opslag Koop alleen de hoeveelheid verse dieselbrandstof biodiesel in binnen 180 dagen wordt verbruikt.
Pagina 49
• Laat de interlockschakelaars ongemoeid. • Controleer elke dag de werking van de interlockschakelaars en vervang beschadigde schakelaars voordat u de machine weer in gebruik neemt. BELANGRIJK Als een interlockschakelaar niet werkt, moet u contact opnemen met uw erkende Toro verdeler. 3470-507A Pagina 5–3...
Pagina 50
De interlockschakelaars controleren (vervolg) De machine voorbereiden 1. Rij de machine langzaam naar een open terrein. 2. Laat de maai-eenheden zakken, zet de motor af en stel de parkeerrem in werking. De interlock voor het tractiepedaal bij starten controleren 1. Ga zitten op de bestuurdersstoel en schakel de parkeerrem in. 2.
Pagina 51
De interlockschakelaars controleren (vervolg) 5. Druk het tractiepedaal in. Opmerking: De machine mag niet reageren wanneer u het tractiepedaal intrapt terwijl de parkeerrem aangehaald is. Een adviserend bericht moet op het InfoCenter display verschijnen. 3470-507A Pagina 5–5 Gebruik: Voorafgaand aan de werking...
Pagina 52
De interlockschakelaars controleren (vervolg) De inschakeling van de automatische parkeerrem controleren 1. Neem plaats op de bestuurdersstoel en start de motor. 2. Schakel de parkeerrem uit en sta op uit de stoel. Opmerking: Het rode lampje op de parkeerremschakelaar moet gaan branden wanneer u uit de bestuurdersstoel opstaat om aan te geven dat de parkeerrem ingeschakeld is.
Pagina 53
Overzicht van het InfoCenter display (vervolg) InfoCenter display pictogrammen Onderhoud is Temperatuur van de noodzakelijk. motorkoelvloeistof (°C of °F) Motortoerental/status – De aftakas is het toerental van de ingeschakeld. motor (tpm) Urenteller Start de motor. Brandstofpeil Motor Het brandstofpeil is laag. Pincode De gloeibougies werken.
Pagina 54
Storingen Het menu Storingen bevat een lijst met de recente machinestoringen. Raadpleeg de Onderhoudshandleiding of neem contact op met een erkende Toro distributeur voor meer informatie over het menu Storingen en de informatie die het bevat. Onderhoud Het menu Onderhoud bevat informatie over de machine, zoals bedrijfsurentellers en andere cijfergegevens van die aard.
Pagina 55
Overzicht van het InfoCenter display (vervolg) Onderhoud Menu-item Beschrijving Hours Het totale aantal bedrijfsuren van de machine, motor en aftakas, alsook het aantal uren dat de machine getransporteerd is geweest en de tijd tot het volgende onderhoudsinterval. Counts Een overzicht van talrijke tellingen die de machine heeft uitgevoerd.
Pagina 56
Overzicht van het InfoCenter display (vervolg) Instellingen (vervolg) Menu-item Beschrijving Eenheden Bepaalt de eenheden die gebruikt worden op het display (Amerikaans of metrisch). Instellingen beveiligen Hiermee kunt u de beveiligde instellingen aanpassen. Machine-instellingen Menu-item Beschrijving Front Backlap Bepaalt de snelheid van de voorste messen in wetmodus.
Pagina 57
De standaard pincode van de machine is 0000 of 1234. Als u de pincode heeft gewijzigd en vergeten bent, neem dan contact op met uw erkende Toro distributeur voor hulp. 1. In hetHoofdmenu scrolt u naar beneden naar Instellingen en drukt u op de selectieknop.
Pagina 58
Overzicht van het InfoCenter display (vervolg) 2. Scrol in Instellingen naar Pincode invoeren en druk op de selectieknop 3. Om de pincode in te voeren, drukt u op de navigatieknoppen omhoog/omlaag tot het eerste gewenste cijfer verschijnt. Druk dan op de rechter navigatieknop om naar het volgende cijfer te gaan.
Pagina 59
Overzicht van het InfoCenter display (vervolg) 6. Wanneer het scherm T ? Verschijnt, drukt u op de IMER VOOR ONDERHOUD RESETTEN selectieknop voor J of op de zwarte knop voor N 7. Nadat u J hebt geselecteerd, wordt het intervalscherm gewist en gaat u terug naar de selecties van Service Hours (Bedrijfsuren).
Pagina 60
Overzicht van het InfoCenter display (vervolg) De maximale toegestane transportsnelheid instellen De geselecteerde instelling wordt weergegeven als een X op de staafgrafiek van de tractiesnelheid samen met de instellingen voor cruisecontrol en de pedaalaanslag. Een X in een staaf geeft aan dat de maximale snelheid beperkt is door de supervisor. Opmerking: Deze instelling wordt bewaard in het geheugen en toegepast op de tractiesnelheid tot u ze verandert.
Pagina 61
3,7 m. 4. Controleer of de machine binnen 0,6 m van de eindmarkering (3,7 m) tot stilstand komt. 5. Neem contact op met uw Toro distributeur als de stopafstand van de machine niet binnen 0,6 m van deze afstand ligt.
Pagina 62
Tijdens de werking Overzicht van de gebruikseigenschappen van de machine • De machine heeft een gasbediening in de stijl van een auto die wordt geregeld door het tractiepedaal. • De machine heeft geen afzonderlijke gasklepschakelaar of gashendel. • Wanneer u uw voet van het tractiepedaal haalt, remt de machine dynamisch en komt ze tot stilstand.
Pagina 63
Gebruik van de machine (vervolg) 2. U moet zich oefenen in het rijden met de machine omdat ze een hydrostatische transmissie heeft en haar functies kunnen verschillen van andere gazonmachines. 3. Oefen u in het vooruit- en achteruitrijden en in starten en stoppen van de machine. Om de machine te stoppen, haalt u uw voet van het tractiepedaal en laat u het terugkeren naar de N EUTRAALSTAND...
Pagina 64
Overzicht van de functie virtuele pedaalaanslag (‘Virtual Pedal Stop’ of VPS) (vervolg) Om tijdelijk de maximale snelheid van de machine in te stellen, duwt u het tractiepedaal volledig naar voren. U kunt een afzonderlijke snelheid instellen voor het maaibereik en het transportbereik.
Pagina 65
Cruisecontrol Bediening van cruisecontrol Met de schakelaar van de cruisecontrol vergrendelt u de machine in cruisecontrol zodat de gewenste grondsnelheid behouden wordt. Druk op de achterzijde van de schakelaar om de cruisecontrol uit te schakelen. Met de middelste stand van de schakelaar wordt de cruisecontrol ingeschakeld en met de voorzijde van de schakelaar kan de gewenste rijsnelheid worden ingesteld.
Pagina 66
Gebruik de machine pas na de opwarmperiode. Overzicht van Toro Smart Power™ Dankzij Smart Power hoeft de bestuurder het toerental niet in de gaten te houden bij zware belasting. Smart Power voorkomt dat de motor te zwaar belast wordt in zware maaiomstandigheden door de machinesnelheid automatisch te regelen en de maaiprestaties te optimaliseren.
Pagina 67
Overzicht van Toro Smart Power™ (vervolg) Opmerking: De Smart Power functie is standaard INGESCHAKELD Starten van de motor BELANGRIJK Het brandstofsysteem wordt automatisch ontlucht voordat u de motor start als u deze voor de eerste keer start, als de motor is afgeslagen omdat de brandstof op was, of als er onderhoudswerkzaamheden aan het brandstofsysteem zijn uitgevoerd.
Pagina 68
De gazoncompensatieveer afstellen (vervolg) 1. Monteer de R-pen in de achterste opening in de veerstang 2. Draai de zeskantige moeren op het voorste uiteinde van de veerstang vast totdat de lengte van de samengedrukte veer 12,7 cm bedraagt op de maaidekken van 12,7 cm of 15,9 cm op de maaidekken van 17,8 cm.
Pagina 69
Gras maaien met de machine (vervolg) 11. Maak een druppelvormige bocht om de machine snel voor de volgende baan uit te lijnen. 12. Druk op de bedieningshendel voor omhoog-/omlaagbrengen) om de maai-eenheden automatisch omlaag te brengen van de keerstand en ga verder met maaien. 13.
Pagina 70
Het dieselpartikelfilter en regeneratie (vervolg) OPGELET De uitlaattemperatuur is hoog (ongeveer 600 °C) tijdens de regeneratie van het DPF. De hete uitlaatgassen kunnen gevaar opleveren voor u of anderen. • Laat de motor niet draaien in een afgesloten ruimte. • Zorg dat er zich geen ontvlambare materialen in de buurt van het uitlaatsysteem bevinden.
Pagina 71
Het dieselpartikelfilter en regeneratie (vervolg) Soorten DPF-regeneratie DPF-regeneratie terwijl de machine in bedrijf is: Soort regeneratie Omstandigheden die DPF-regeneratie Beschrijving van de DPF-regeneratie veroorzaken Passief Gedurende normaal bedrijf van de • Het InfoCenter toont geen pictogram machine, bij een hoog toerental of hoge tijdens passieve regeneratie.
Pagina 72
Het dieselpartikelfilter en regeneratie (vervolg) Voor de onderstaande soorten regeneratie moet de machine worden geparkeerd: Soort regeneratie Omstandigheden die DPF-regeneratie Beschrijving van de DPF-regeneratie veroorzaken Geparkeerd Doet zich voor omdat de computer • Wanneer het pictogram reset-stand- detecteert dat de automatische DPF- by/geparkeerde of herstelregeneratie reiniging niet volstond.
Pagina 73
Het dieselpartikelfilter en regeneratie (vervolg) De menu’s DPF Regeneration gebruiken Naar de menu’s DPF Regeneration gaan 1. Scrol in het Hoofdmenu naar beneden naar Onderhoud - Service en druk op de selectieknop. 2. Scrol in Onderhoud naar DPF-regeneratie en druk op de selectieknop. 3.
Pagina 74
Het dieselpartikelfilter en regeneratie (vervolg) BELANGRIJK Wanneer u de motor uitschakelt en weer start, schakelt de instelling Inhibit Regen naar U 1. Open het menu DPF-regeneratie en scrol omlaag naar Inhibit Regen. 2. Selecteer de optie Inhibit Regen. 3. Wijzig de instelling voor Inhibit Regen van U naar A Voorbereiden van een geparkeerde of herstel regeneratie 1.
Pagina 75
Het dieselpartikelfilter en regeneratie (vervolg) 5. Het InfoCenter toont de boodschap I DPF R NITIATING EGEN Opmerking: Druk indien nodig op het pictogram ‘annuleren’ om de regeneratie te annuleren. 6. Het InfoCenter toont hoe lang de regeneratie zal duren. 7. Het InfoCenter toont het hoofdscherm en het pictogram ‘regeneratie toegestaan’ Opmerking: Terwijl de DPF-regeneratie bezig is, wordt het pictogram hoge uitlaattemperatuur...
Pagina 76
Tegendruk van de hefarm afstellen Achterste maai-eenheden OPGELET Deze veren staan onder spanning, het verstellen kan leiden tot licht of middelmatig letsel. Wees voorzichtig bij het instellen van de veren. Stel de tegendruk op de achterste maai-eenheden in om de machine aan te passen aan de toestand van de grasmaten, en om ervoor te zorgen dat de maaihoogte constant blijft in zware omstandigheden of op terrein waar een viltlaag is ontstaan.
Pagina 77
De draaistand van de hefarm instellen 1. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak, laat de maai-eenheden neer, zet de motor af, stel de parkeerrem in werking en verwijder het sleuteltje. 2. Zoek de schakelaar van de hefarm onder de hydraulische tank, aan de binnenkant van de hefarm van maai-eenheid 5.
Pagina 78
Toerental van de messenkooien instellen BELANGRIJK Het is belangrijk dat het juiste messenkooitoerental wordt gebruikt voor uw maaitoepassing. • Een messenkooitoerental dat te laag is, kan resulteren in een golfpatroon in het gazon, ook bekend als maaisporen of ‘bobbing'. Als u dit vaststelt, probeer dan het messenkooitoerental te verhogen of de maaisnelheid te verlagen.
Pagina 79
Toerental van de messenkooien instellen (vervolg) Tabel met toerentallen voor messenkooien van 178 mm G439056 Overzicht van de controlelampjes G461477 Controlelampje • Knipperend rood - actieve fout • Ononderbroken rood - actieve melding • Ononderbroken blauw - kalibratie-/dialoogberichten • Ononderbroken groen - normale werking 3470-507A Pagina 5–33 Gebruik: Tijdens de werking...
Pagina 80
Tips voor bediening en gebruik Waarschuwingssysteem - overzicht Als een waarschuwingslampje tijdens het gebruik gaat branden, moet u de machine onmiddellijk stoppen en het probleem verhelpen voordat u verder gaat met maaien. Een machine met een defect kan ernstige schade oplopen als deze wordt gebruikt. Overzicht van de maaipatronen Dit is de meest efficiënte methode om golvingen te voorkomen.
Pagina 81
Tips voor bediening en gebruik (vervolg) – De aanbevolen maximale maaisnelheid is 6 km/u. – Stel het messenkooitoerental in op instelling 6. Opmerking: Een hogere instelling van het messenkooitoerental resulteert in minder kracht. Bij het scalpen worden betere prestaties en efficiëntie bereikt bij een lagere instelling van het messenkooitoerental.
Pagina 82
Na de werking Locaties van bevestigingspunten • Voorkant van de machine - de opening in het rechthoekige blok, onder de asbuis, aan de binnenzijde van beide voorwielen. G439095 Voorste bevestigingspunt • Achterkant van de machine – beide zijden van het achterframe van de machine. G439096 Achterste bevestigingspunt Gebruik: Na de werking...
Pagina 83
De machine transporteren Volg de onderstaande tips wanneer u de machine transporteert. • Gebruik een oprijplaat van volledige breedte bij het laden van de machine op een aanhanger of vrachtwagen. • Maak de machine stevig vast. De machine duwen of slepen In noodgevallen kan u de machine vooruit bewegen door de omloopklep in de regelbare hydraulische pomp in werking te stellen en de machine te duwen of te slepen.
Pagina 84
3. Draai de kleppen 3 slagen los om de olie inwendig om te laten leiden. Opmerking: Omdat de vloeistof wordt omgeleid, kan de machine worden voortbewogen zonder dat de transmissie wordt beschadigd. 4. Zoek het verdeelstuk voor de remontgrendeling in de buurt van het rechter voorwiel en achter de hydraulische tank.
Pagina 85
Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Opmerking: Download het elektrische of hydraulische schema gratis op www.Toro.com; u kunt uw machine zoeken via de link Handleidingen op de hoofdpagina. BELANGRIJK Raadpleeg de Gebruikershandleiding van de motor en de Gebruikershandleiding van de maai-eenheid voor verdere onderhoudsprocedures.
Pagina 86
Onderhoud Onder- Onderhoudsprocedure Beschrijving Onderhoudsinter- deelnr. Controleer de interlockschakelaars. Controleer de rolbeugelonderdelen op slijtage of beschadigingen. 15W-40 Premium motorolie (5 121-6395 gallon) Het motoroliepeil controleren. 15W-40 Premium motorolie (55 121-6394 gallon) Verwijder water of ander vuil uit de brandstof/waterafscheider. Controleer de elektrische kabels. Controleer de bandenspanning.
Pagina 87
Onderhoud Onder- Onderhoudsprocedure Beschrijving Onderhoudsinter- deelnr. 125-7025 Oliefilter 15W-40 Premium motorolie (5 De motorolie verversen en het 121-6395 gallon) oliefilter vervangen. 15W-40 Premium motorolie (55 121-6394 gallon) Draai de wielmoeren vast met Om de 250 een torsie van 94 tot 122 N·m. bedrijfsuren Draai de moeren van de voorasnaaf aan met een torsie...
Pagina 88
Onderhoud Onder- Onderhoudsprocedure Beschrijving Onderhoudsinter- deelnr. Smeer de lagers van de achterwielen (raadpleeg de Premium universeel vet (14 oz) 108-1190 Onderhoudshandleiding). Vervang het retourfilter voor de Hydraulisch filter 75-1310 hydraulische vloeistof en het Om de 1.000 laadfilter voor de hydraulische bedrijfsuren Hydraulisch filter vloeistof...
Pagina 89
Controlelijst voor dagelijks onderhoud Gelieve deze pagina te kopiëren ten behoeve van gebruik bij routinecontroles. Gecontroleerd item Voor week van: Werking van veiligheidssysteem controleren. Werking van de remmen controleren. Peil van de motorolie en brandstof controleren. Brandstoffilter/waterafscheider aftappen. Controleer de blokkage-indicator van het luchtfilter. Radiateur en scherm controleren op vuil.
Pagina 90
Aantekening voor speciale aandachtsgebieden Controle uitgevoerd door: Item Datum Informatie Procedures voorafgaand aan het onderhoud Vóór onderhoudswerkzaamheden 1. Plaats de machine op een horizontaal vlak, schakel de aftakas uit, laat de maai- eenheden neer en stel de parkeerrem in werking. 2.
Pagina 91
De motorkap sluiten Draai de motorkap voorzichtig dicht en zet deze vast met de 2 vergrendelingen G437871 Het scherm openen 1. Verwijder de kogelpen van de schermvergrendeling 2. Ontgrendel en open het scherm. G437863 3470-507A Pagina 6–7 Onderhoud: Procedures voorafgaand aan het onderhoud...
Pagina 92
Het scherm sluiten 1. Sluit en vergrendel het scherm. 2. Breng de kogelpen aan door de schermvergrendeling G414734 De stoel kantelen 1. Ontgrendel de stoelbasis 2. Kantel de stoel en de basis open 3. Ondersteun deze met de steunstangen G443836 De stoel laten zakken 1.
Pagina 93
Locatie opkrikpunten Opmerking: Ondersteun de machine met assteunen als u onder de machine werkt. Gebruik de volgende punten als hefpunten voor de machine: • Voor - de krikbeugels van de buis van de vooras. • Achter - de buis van de achteras. G437877 Buis van achteras Voorzijde van de machine...
Pagina 94
Lagers en lagerbussen smeren (vervolg) Plaats van de smeernippels Specificatie vet: Nr. 2 vet op lithiumbasis Pomp van aandrijfas (3) G452381 Cilinders van hefarm van maaidek (2 elk) Draaipunten van hefarm (1 elk) G452355 Draagframe en draaipunt van maaidek (2 elk) G452356 Draaias van hefarm (1 elk) G452357...
Pagina 95
Lagers en lagerbussen smeren (vervolg) Draaipunt van asbesturing (1) G452379 Kogelverbindingen van stuurcilinder (2) G452380 3470-507A Pagina 6–11 Onderhoud: Smering...
Pagina 96
Motor onderhouden Luchtfilter controleren. 1. Maak de machine klaar voor onderhoud. 2. Open de motorkap. 3. Controleer de onderhoudsindicator aan het uiteinde van de luchtfilterbehuizing. G415048 4. Als er een rode band in de onderhoudsindicator verschijnt, moet u het luchtfilter vervangen. 5.
Pagina 97
Onderhoud van het luchtfilter • Controleer het gehele luchtinlaatsysteem op lekken, beschadiging of losse slangklemmen. Gebruik geen beschadigd luchtfilter. • Geef het luchtfilter uitsluitend een onderhoudsbeurt als de onderhoudsindicator dit aangeeft. Als u het luchtfilter vervangt voordat dit nodig is, wordt alleen maar de kans vergroot dat er vuil in de motor komt als u het filter verwijdert.
Pagina 98
Gebruik motorolie met de volgende viscositeit: • Geprefereerde olie: SAE 15W-40 [-17°C] • Alternatieve olie: SAE 10W-30 of 5W-30 (voor alle temperaturen) Toro Premium motorolie is verkrijgbaar bij uw erkende Toro distributeur, met een viscositeit van 15W-40 of 10W-30. Carterinhoud...
Pagina 99
Het motoroliepeil controleren Opmerking: Controleer het oliepeil als de motor koel is. Als de motor warm is, wacht dan 10 minuten voordat u het oliepeil controleert. BELANGRIJK Controleer het motoroliepeil dagelijks. Als het peil van de motorolie boven de vol- markering op de peilstok reikt, kan de olie verdund zijn met brandstof.
Pagina 100
Motorolie verversen en filter vervangen 1. Maak de machine klaar voor onderhoud. 2. Laat de olie uitlekken en vervang het filter. G414766 G437920 BELANGRIJK Draai het filter niet te vast. 3. Open de motorkap. 4. Vul het carter met olie. 5.
Pagina 101
Onderhoud van het brandstofsysteem Deze Gebruikershandleiding bevat meer informatie over de brandstof en het onderhoud van het brandstofsysteem dan de gebruikershandleiding van de motor die algemene informatie bevat over de brandstof en het brandstofonderhoud. Zorg ervoor dat u voldoende aandacht besteedt aan het onderhoud van het brandstofsysteem, de brandstofopslag en de brandstofkwaliteit om stilstand en grote reparaties aan de motor te voorkomen.
Pagina 102
Opslag van brandstof (vervolg) • Bewaar geen diesel in tanks of jerrycans met verzinkte onderdelen. Onderhoud van brandstof/waterafscheider Water verwijderen uit de brandstof/waterafscheider 1. Verwijder water uit de brandstof/waterafscheider zoals afgebeeld. G452998 2. Voed het filter en de leidingen naar de hogedrukpomp. Onderhoud: Onderhoud van het brandstofsysteem Pagina 6–18 3470-507 A...
Pagina 103
Onderhoud van brandstof/waterafscheider (vervolg) Het filter van de brandstof/waterafscheider vervangen 1. Vervang het filter zoals getoond. G452996 2. Voed het filter en de leidingen naar de hogedrukpomp. 3470-507A Pagina 6–19 Onderhoud: Onderhoud van het brandstofsysteem...
Pagina 104
Onderhoud van het brandstoffilter 1. Open de motorkap. 2. Reinig de omgeving van de brandstoffilterkop 3. Verwijder het filter 4. Reinig het bevestigingsoppervlak van de filterkop met een schone doek 5. Smeer de filterpakking met schone motorsmeerolie ; raadpleeg de gebruikershandleiding van de motor voor meer informatie.
Pagina 105
2. Neem contact op met uw erkende Toro distributeur voor vervangingsonderdelen of onderhoud van de dieseloxidatiekatalysator (DOC) en het roetfilter. 3. Neem contact op met uw erkende Toro distributeur voor een reset van de ECU van de motor na montage van een schoon DPF.
Pagina 106
Rooster van brandstofaanzuigbuis reinigen (vervolg) 4. Verplaats de klemmen waarmee de slangen zijn bevestigd aan de fittings van de brandstofsensor naar binnen en verwijder de slangen van de fittings. G415057 5. Maak de dop van de brandstofsensor los. 6. Til de brandstofsensor voorzichtig omhoog, weg van de tank.
Pagina 107
Rooster van brandstofaanzuigbuis reinigen (vervolg) 2. Monteer de brandstofaanzuigbuis en de vlotter voorzichtig in de brandstoftank. 3. Lijn de fittings voor de aanzuigbuis en retourbuis uit naar binnen. 4. Draai de dop van de brandstofsensor vast op de brandstoftank. G415059 5.
Pagina 108
Rooster van brandstofaanzuigbuis reinigen (vervolg) 7. Monteer de kap van de brandstofsensor aan de brandstoftank met de 5 schroeven G415055 Brandstofsysteem gebruiksklaar maken Het brandstofsysteem moet worden voorgevuld na de volgende werkzaamheden: • Het brandstoffilter vervangen. • De waterafscheider dagelijks legen of na elk gebruik. •...
Pagina 109
Elektrisch systeem onderhouden De elektrische kabels controleren Controleer de elektrische kabels op schade, slijtage, loszittende fittings, slijtage door weersinvloeden en de inwerking van chemicaliën. Opmerking: Voer alle noodzakelijke reparaties uit voordat u de machine weer in gebruik neemt. De accu afkoppelen GEVAAR Accuzuur bevat zwavelzuur;...
Pagina 110
2. Sluit de minkabel (zwart) aan op de minpool (-) van de accu. 3. Breng een dun laagje Grafo 112X-vet, Toro onderdeelnr. 505-47, aan op de accupolen en de klemmen van de accukabel. 4. Schuif het rubberen kapje over de klem van de pluskabel van de accu.
Pagina 111
Een 12 V zekering van de zekeringhouder vervangen De zekeringhouder bevindt zich onder de stoel. 1. Maak de machine klaar voor onderhoud. 2. Ontgrendel en kantel de stoel. 3. Vervang de doorgebrande zekering door een zekering van dezelfde soort en met dezelfde stroomsterkte.
Pagina 112
De ECU-zekering vervangen (vervolg) 3. Achteraan rechts van de motor: verwijder de dop van de lijnzekeringhouder 4. Vervang de gesprongen zekering door een zekering van dezelfde soort en met dezelfde stroomsterkte. 5. Monteer de dop op de lijnzekeringhouder. 6. Sluit en vergrendel de motorkap. G439128 Aandrijfsysteem onderhouden De bandenspanning controleren...
Pagina 113
De wielmoeren aandraaien. Draai de wielmoeren kruislings aan met 94 tot 122 N∙m. WAARSCHUWING Als de wielmoeren niet steeds de juiste torsie hebben, kan dit leiden tot ernstig letsel of de dood. Zorg dat de wielmoeren met de juiste torsie zijn aangedraaid. De moeren van de asnaaf vastdraaien 1.
Pagina 114
Toespoor achterwielen afstellen 1. Draai de contramoeren aan de uiteinden van de trommel van de tractiestang los. Opmerking: Het uiteinde van de trekstang met de groef op de buitenkant heeft een linkse draad. 2. Draai de trekstang. Gebruik hiervoor de inkeping voor de steeksleutel 3.
Pagina 115
Onderhoud van het koelsysteem Aanbevolen koelvloeistof Het koelvloeistofreservoir is in de fabriek gevuld met een 50/50 verhouding van water en ethyleenglycol extended life koelvloeistof. BELANGRIJK Gebruik uitsluitend in de handel verkrijgbare koelvloeistoffen die voldoen aan de specificaties die worden genoemd in de tabel met de normen voor extended life koelvloeistof.
Pagina 116
Aanbevolen koelvloeistof (vervolg) • Voorkeursoptie: Indien er geen gedestilleerd water beschikbaar is, moet u een vooraf gemengde koelvloeistof gebruiken in plaats van een concentraat. • Minimumvereiste: Indien er geen gedestilleerd water of vooraf gemengde koelvloeistof beschikbaar zijn, moet u geconcentreerde koelvloeistof mengen met schoon, drinkbaar water.
Pagina 117
Het koelvloeistofpeil controleren (vervolg) G452997 Markering koelvloeistof Markering koelvloeistof koude Dop (reservoir koelvloeistof) warme motor motor 4. Als het koelvloeistofpeil laag is, verwijdert u de dop van het koelvloeistofreservoir en voegt u de voorgeschreven koelvloeistof toe tot het peil zich aan de koud-markering bevindt (voor een koude motor) of de warm-markering (voor een warme motor).
Pagina 118
Het koelsysteem van de motor reinigen 1. Maak de machine klaar voor onderhoud. 2. Til de motorkap op. 3. Verwijder grondig al het vuil dat zich rond het motorgedeelte bevindt. 4. Sluit en vergrendel de motorkap. 5. Maak de sluitingen van het achterscherm los en draai het achterscherm open.
Pagina 119
Een machine die de aanbevolen vloeistof om bij te vullen gebruikt moet minder vaak bijgevuld worden en het filter moet minder vaak worden vervangen. Andere hydraulische vloeistoffen: Als de Toro PX Extended Life hydraulische vloeistof niet verkrijgbaar is, kunt u een andere conventionele, petroleumgebaseerde hydraulische vloeistof gebruiken die aan de volgende materiaaleigenschappen en de industrienormen voldoet.
Pagina 120
De olie is verkrijgbaar in emmers van 19 liter of vaten van 208 liter bij een erkende Toro distributeur. Inhoud hydraulische tank 30 liter Het peil van de hydraulische vloeistof controleren Het reservoir is in de fabriek gevuld met hoogwaardige hydraulische vloeistof.
Pagina 121
Het peil van de hydraulische vloeistof controleren (vervolg) G417019 Bijvul-markering (peilstok) Vol-markering (peilstok) 5. Als het peil te laag is, vult u de nodige hoeveelheid van de aanbevolen vloeistof bij om het peil tot de Vol-markering te brengen. 6. Breng de peilstok aan op de vulbuis. Controleren van de hydraulische slangen en leidingen Controleer de hydraulische leidingen en slangen op lekkages, kinken, loszittende steunen, slijtage, loszittende aansluitingen, slijtage door weersinvloeden en de inwerking van...
Pagina 122
Hydraulische filters vervangen (vervolg) Het retourfilter vervangen Het hydraulische systeem is voorzien van een indicator voor onderhoud van het retourfilter ziet de indicator voor onderhoud van het filter door de opening in de bodemplaat. Terwijl de motor op bedrijfstemperatuur draait, controleert u de kleur van de indicator als volgt: •...
Pagina 123
Herstel alle hydraulische lekkages. Hydraulische vloeistof verversen Als de vloeistof verontreinigd raakt, moet u contact opnemen met uw Toro distributeur omdat het systeem dient te worden schoongespoeld. Verontreinigde vloeistof ziet er in vergelijking met schone vloeistof melkachtig of zwart uit.
Pagina 124
Hydraulische vloeistof verversen (vervolg) G439327 90°-fitting Verdeelstuk Draai de fitting hier los 3. Koppel de 90°-fitting los van het verdeelstuk en laat de tank leeglopen. 4. Wanneer de hydraulische vloeistof niet meer uit de tank loopt, sluit u de 90°-fitting terug aan op het verdeelstuk.
Pagina 125
• Probeer de maai-eenheden nooit met uw handen of voeten te draaien terwijl de motor draait. Opmerking: Aanvullende instructies en procedures met betrekking tot wetten kunt u vinden in de basishandleiding voor Toro maaiers met messenkooien (met richtlijnen voor het slijpen), documentnr. 09168SL. De machine klaarmaken. 1. Maak de machine klaar voor onderhoud.
Pagina 126
Maai-eenheden wetten (vervolg) G417039 Verdeelstuk van maaier Wethendel (wetstand – voorste maai-eenheden) Wethendel (wetstand – achterste maai-eenheden) 5. Zet de wethendels in de stand R (wetten). Opmerking: Kies met de voorste, achterste of beide wethendels de maai-eenheden die moeten worden gewet. Tijdens het wetten zijn de voorste maai-eenheden en de achterste maai-eenheden tegelijk in werking.
Pagina 127
Maai-eenheden wetten (vervolg) GEVAAR Als u in contact komt met bewegende maai-eenheden, leidt dit tot ernstig letsel of de dood. Om lichamelijk letsel te voorkomen, moet u ervoor zorgen dat u buiten het bereik van de maai-eenheden bent voordat u verdere werkzaamheden uitvoert. BELANGRIJK Gebruik nooit een borstel met een korte steel.
Pagina 128
Maai-eenheden wetten (vervolg) G417040 Wethendel (maaistand - achterste maai- Wethendel (maaistand - voorste maai-eenheden) eenheden) 4. Laat de bestuurdersstoel zakken en vergrendel hem. 5. Spoel alle wetpasta van de maai-eenheden. 6. Voor een betere snijrand moet u de voorkant van het ondermes bijvijlen als u klaar bent met wetten.
Pagina 129
De machine wassen (vervolg) BELANGRIJK • Gebruik geen brak of teruggewonnen water om de machine schoon te maken. • Gebruik nooit een hogedrukreiniger om de machine schoon te maken. Hogedrukreinigers kunnen het elektrische systeem beschadigen, belangrijke stickers losweken en noodzakelijk vet op wrijvingspunten wegspoelen. Gebruik niet te veel water in de buurt van het bedieningspaneel, de motor en de accu.
Pagina 130
B. Reinig de accu, de klemmen en de polen met behulp van een staalborstel en een oplossing van zuiveringszout (natriumbicarbonaat). C. Smeer een dun laagje Grafo 112X-vet (Toro onderdeelnr. 505-47) of vaseline (petrolatum) op de kabelklemmen en de accupolen om corrosie te voorkomen.
Pagina 131
Opslag van de accu Als u de machine langer dan 30 dagen stalt, moet u de accu verwijderen en volledig opladen. U moet de accu apart opslaan of in het voertuig laten zitten. De accukabels mogen niet aangesloten zijn op de accu als u deze in de machine opslaat. Sla de accu op in een koele omgeving om te voorkomen dat de accu snel ontlaadt.
Pagina 132
Toro. Toro neemt de uiteindelijke kunt krijgen, verzoeken wij u contact op te nemen met uw erkend Toro servicecenter. 374-0253 I...
Pagina 133
Toro wil consumenten zo goed mogelijk informeren zodat ze geïnformeerde beslissingen kunnen nemen over de producten die ze kopen en gebruiken. Toro vermeldt in sommige gevallen waarschuwingen op basis van zijn kennis over de aanwezigheid van één of meer van de betreffende chemische stoffen, zonder evenwel het niveau van blootstelling te...
Pagina 134
Ook al is de blootstelling door producten van Toro verwaarloosbaar of valt deze ruim binnen de categorie 'geen significant risico', heeft Toro er veiligheidshalve voor gekozen om Prop 65-waarschuwingen op te nemen. Als Toro deze waarschuwingen niet vermeldt, zou het bovendien vervolgd kunnen worden door de Staat Californië...