Pagina 3
1. VEILIGHEID Neem de volgende voorzorgsmaatregelen door om verwonding en schade aan dit instrument of producten die erop zijn aangesloten te voorkomen. Om potentiële gevaren te voorkomen, mag u het instrument alleen op de gespecificeerde wijze gebruiken. PAS OP. Deze meldingen duiden op omstandigheden of handelingen die tot schade aan het instrument of aan andere zaken zouden kunnen leiden.
Pagina 4
2. PRODUCTBESCHRIJVING De multimeter heeft veel verschillende functies en opties. De mogelijkheden worden in deze handleiding beschreven. FUNCTIES NS 305 R • Gelijkspanning (DC) • Wisselspanning (AC) • mV meting • Weerstand • Lage weerstand • Diodemeting • Meting van geleidend vermogen •...
Pagina 5
KENMERKEN NS 305 R • Weergave met analoog staafdiagram, bestaand uit 80 segmenten • Zoom analoog staafdiagram • Analoog staafdiagram met nulpunt in het midden • Auto-kalibratie • Auto-HOLD • Automatisch bereik met bereik-vasthoudfunctie • Automatische zekeringscontrole • Beveiligd met pieptoon •...
Pagina 6
3. OVERZICHT VOORPANEEL Figuur 1 1. Ingangsaansluitingen. 2. Meetfunctie-draaischakelaar. Witte standen zijn de begininstellingen, gele standen worden geselecteerd met de gele knop. 3. Functieknoppen, om de basisfunctie in te stellen. 4. Menufunctieknoppen, selecteren het menu dat in het LCD-scherm is aangegeven.
Pagina 7
3.1 WEERGAVE-INDICATORS Figuur 2 1. Auto-bereikindicator. 2. Indicator voor werkelijke rms-modus. 3. Wisselstroom-, gelijkstroom- en wisselstroom+gelijkstroom-modusindicators. 4. Weerstands meetindicators. 5. Indicator voor meting van geleidend vermogen. 6. Indicator voor diodemeting. 7. Zoom indicator voor staafdiagram. 8. Indicator voor het verzenden van gegevens (via RS-232) 9.
Pagina 8
19. Menuregel 1, Menuregel 2, Menuregel 3, Menuregel 4 indicators. 20. Markeringsindicator (actieve menuregel). 21. Menufunctie-indicator. indicator (Batterij bijna leeg) 23. Geheugenindicator 24. Waarschuwing bij hoog ingangsvoltage. (>60V gelijkstroom, 30V wisselstroom rms) INDICATOR EENHEID INDICATOR EENHEID µ Volt micro milli Ampère kilo Farad...
Pagina 9
LIGHT * Deze knop wordt gebruikt om de verlichting van het LCD-scherm aan of uit te zetten. * Deze knop werkt niet in de menufunctie Recall. * Met deze knop loopt u door de verschillende soorten staafdiagramweergaven. Nul links Nul links, diagram 10 x ingezoomd, zoom wordt weergegeven Nul in het midden Nul in het midden (diagram 10 x ingezoomd, zoom wordt weergegeven) Staafdiagram uit...
Pagina 10
3.3 MENUKTOETSEN (F1, F2, F3, F4) * Gebruik de knoppen F1, F2 ,F3 en F4 om de menufuncties te kiezen. * De gekozen menufunctie wordt gemarkeerd met een blok " "- indicator. * Zie 5 BESCHRIJVING VAN MENUFUNCTIES voor de werking van de knoppen.
Pagina 11
* De wisselstroom- en wisselstroom + gelijkstroommetingen leveren een werkelijke rms-meting op. * In de wisselstroommodus worden de frequentie en periodetje van het gemeten signaal tegelijk weergegeven 4.2 mV-METINGEN (DC , AC, AC + DC) * Zet draaiknop op juiste stand. (mV * Kies DC, AC of AC + DC met de gele knop * Sluit meetsnoeren aan * De wisselstroom- en wisselstroom + gelijkstroommetingen, leveren een...
Pagina 12
4.3 METING VAN WEERSTAND EN WEERSTAND MET LAGE MEETSPANNING * Zet draaiknop op juiste stand (LVΩ/Ω). * Kies Ω of LVΩ met de gele knop * Sluit meetsnoeren aan PAS OP: Zorg ervoor dat er geen spanning meer op de stroomkring staat als u de meetsnoeren aansluit.
Pagina 13
4.4 DIODEMETING * Zet draaiknop op juiste stand ( * Kies diodemeting met de gele knop. * Sluit meetsnoeren aan Doorlaatinstelling: Goed = 0,4 tot 0,9 V Slecht = 0 of = > 2,0 V Sperinstelling Goed = OL Slecht = <2,0 V PAS OP: Zorg ervoor dat er geen spanning meer op de stroomkring staat als u de meetsnoeren aansluit.
Pagina 14
4.5 METING VAN GELEIDEND VERMOGEN * Zet draaiknop op juiste stand ( * Kies meting van geleidend vermogen met de gele knop. * Sluit meetsnoeren aan PAS OP: Zorg ervoor dat er geen spanning meer op de stroomkring staat als u de meetsnoeren aansluit. * Een pieptoon klinkt als de weerstand van de stroomkring kleiner is dan 50Ω.
Pagina 15
4.6 STROOMMETINGEN (DC, AC, AC + DC) * Zet draaiknop op juiste stand (mA of A), mA<400 mA, A<10 A. * Kies DC, AC of AC + DC met de gele knop * Sluit meetsnoeren aan in serie met de te meten stroomkring. PAS OP: Zorg ervoor dat er geen spanning meer op de stroomkring staat als u de meetsnoeren aansluit.
Pagina 16
4.7 CAPACITEITS METINGEN * Zet de draaiknop op de juiste stand ( * Sluit meetsnoeren aan, Houd bij het meten van kleine capacitieve waarden rekening met de invloed van de meetsnoeren (niet parallel leggen). PAS OP: Zorg ervoor dat er geen spanning meer op de stroomkring staat als u de meetsnoeren aansluit.
Pagina 17
4.8 FREQUENTIE- EN PULSVERHOUDINGSMETINGEN * Zet draaiknop op juiste stand (Hz, % DF). * Kies frequentie of pulsverhouding met de gele knop * Sluit meetsnoeren aan met een positieve polariteit * De pulsverhouding geeft het percentage van het signaal aan met een positieve polariteit.
Pagina 18
4.9 TEMPERATUURMETINGEN * Zet draaiknop op juiste stand ( * Kies Celsius of Fahrenheit met de gele knop. * Sluit meetsnoeren aan(adapter en temperatuur sonde). * De kamertemperatuur wordt weergegeven in het numerieke blok rechts boven.
Pagina 19
5. BESCHRIJVING VAN MENUFUNCTIES In de menufunctie wordt in de modi RECALL, SETUP, SETTING, HIGH, LOW Limits of REF, de volgende indicator weergegeven: (+ - ◄ ►). In dit geval worden de functies van de knoppen LIGHT, BAR, DIGIT en RANGE gewijzigd in TOENEMEN (+), AFNEMEN (-), NAAR LINKS (◄) en NAAR RECHTS (►) MENUFUNCTIES die niet worden opgeslagen in het geheugen gaan verloren als een andere MENUFUNCTIE actief wordt.
Pagina 20
recentste minimumwaarde. * Wanneer op F3 wordt gedrukt, wordt de MAX-MIN-indicator weergegeven en de waarde die wordt weergegeven in het numerieke blok rechts boven is de recentste maximumwaarde min de recentste minimumwaarde. 5.6 PEAK HOLD (PIEK VASTHOUDEN) * Met de knop F4 kunt u de piek vasthoudmodus aan en uitzetten. * Druk in de piek vasthoudmodus op F1 om de max.
Pagina 21
blok links boven met het symbool er rechts boven, de werkelijke ingangswaarde staat in het numerieke blok rechts boven en de berekende waarde staat in de hoofdweergave. 5.9 REF (REFERENTIE) * Met de knop F4 zet u de REF-modus aan en uit. * In de REF-modus, verschijnt de REF-indicator in het scherm en gebruikt u de knoppen +, -, ◄, ►...
Pagina 22
5.11 dBm, dB * Druk op F3 om de dBm-weergavemodus in te gaan en kies tussen dBm en dB. Als u ongeveer twee seconden op F3 drukt, verlaat u de dBm / dB- modus weer. * In de dBm-modus, wordt de dBm-belasting weergegeven in het numerieke blok links boven.
Pagina 23
8. SPECIFICATIES De vermelde nauwkeurigheden gelden bij 23°C ± 5°C bij een vochtigheidsgraad van minder dan 80% en zonder dat de batterij-indicator is weergegeven. 8.1 Algemene specificaties Kenmerken Beschrijving LCD-weergavecijfers 4 ¾ of 3 ¾ Segmenten van staafdiagram staafdiagram bestaat uit 80 segmenten Display digits 40.000 of 4.000 Aanpassingssnelheid numerieke weergave 2 keer / sec.
Pagina 24
8.2 Elektrische Specificaties (Alle bij 23°C ± 5°C en een vochtigheidsgraad van < 80%) Vermenigvuldig het aantal digitsafwijking met 10 in 40000 count modus. 1. SPANNING GELIJKSPANNING 40mV ± (0,06% + 8d) 400mV ± (0,06% + 2d) 4V,40V,400V,1000V ± (0,06% + 2d) WISSELSPANNING 400mV 40Hz ~ 100Hz...
Pagina 25
dBm (standaard) : -15 dBm tot + 55 dBm (0 dBm = 1 mW in 600Ω ) . dBv (standaard) : -80 dBv tot + 50 dBv (0 dBv = 1 V rms). Let op : (Alleen bij wisselspanning) Voeg 40d extra toe voor uitlezingen onder 30% van het bereik. Specificaties zijn exclusief uitlezingen onder 20% van het bereik voor 20 kHz ~ 100 kHz.
Pagina 27
7. CAPACITEIT Bereik capaciteit µ F ±(090% + 20d) 4nF,40nF,400nF, 4 µ F, 400 µ F ±(1,90% + 20d) 4mF, 10mF ±(2,90% + 20d) Let op : Gebruik ∆ modus in nF-bereiken voor de grootste nauwkeurigheid. Resolutie : 1pF in het 4nF bereik. Ingangsbescherming : 600V rms 8.
Pagina 28
8.3 Fysieke kenmerken Kenmerk Beschrijving Afmetingen (H x B x D) 200mm x 90mm x 42mm 212mm x 100mm x 55mm (met houder) Gewicht (met batterij) 420g Met houder 650g 8.4 Omgevingskenmerken Kenmerk Beschrijving Werkingstemperatuur 0 tot + 50°C Niet in werking (opslag) -20 tot + 60°C Vochtigheid vochtigheidsgraad <80%...
Pagina 29
Certificeringen (vervolg) Voldoet aan richtlijn 89/336/EEC voor elektromagnetische compatibiliteit en laagspanningsrichtlijn 73/23/EEC voor productveiligheid. Naleving van de volgende specificaties werd gedemonstreerd en opgenomen in het officiële logboek van de EC conformiteits- Europese Unie: verklaring EN 55011 klasse A : Emissies door middel van straling en geleiding EN 50082-1 Immuniteit : IEC 801-2 Elektrostatische ontlading IEC 801-3 Uitgestraalde radiofrequentie EN 61010-1 Veiligheidsrichtlijnen voor elektrische apparatuur...
Pagina 30
9 ONDERHOUD Bescherm de meter tegen slechte weersomstandigheden. De meter is niet waterdicht. Stel het LCD-scherm niet gedurende lange perioden bloot aan direct zonlicht. PAS OP Om schade aan de meter te voorkomen, dient u de meter niet bloot te stellen aan sprays, vloeistoffen, of oplosmiddelen. Reinig de buitenkant van de meter met een pluisvrije doek.
Pagina 31
Figuur 4. Figuur 5. WAARSCHUWING : het aanbrengen van onjuiste zekeringen kan tot ongevallen en schade aan het instrument leiden.
Pagina 32
10 ACCESSOIRES • Verpakking • Meter • Holster + steun • Batterij (9V Alkaline) • Handleiding • Meetsnoeren • Krokodillenklem • Temperatuur aansluiting • K-Type voeler (50BK) • RS 232 kabel (met adapter DB9M tot DB25F) • CD Rom • Draagtas...