Lichtindicator
Boven op de radio bevindt zich een lichtindicator.
Een gele lichtindicator geeft aan dat u moet
wachten voordat u kunt spreken, een groene
lichtindicator geeft aan dat er een radio–uitzending
is en een rode lichtindicator geeft aan dat de oproep
of bewerking is mislukt.
De gebruiker kan de functie in de profielinstellingen wijzigen.
De lichtindicator brandt niet altijd wanneer de radio bezig is met
uitzenden, bijvoorbeeld wanneer informatie naar het netwerk wordt
gezonden.
Volumeknoppen
Met de volumeknoppen kunt u het volume van de
actieve luidspreker (de luidspreker met hoog
volume of de oorluidspreker) aanpassen. Druk op
de bovenste knop (+) om het volume te verhogen
en op de onderste knop (
verlagen.
Bijbehorende connectoren
Uw radio heeft twee bijbehorende connectoren,
een aan de zijkant en de andere aan de onderkant
van de radio. Met de connector aan de zijkant kunt
u gegevens- en audioaccessoires inschakelen. De
connector aan de onderkant wordt gebruikt voor
programmeren, opladen en voor carkitgebruik. Zie
De batterij opladen op pagina 22.
De connector aan de zijkant heeft een beschermingsklepje.
Wanneer u de connector gebruikt, moet u eerst het klepje
verwijderen.
) om het volume te
—
U w r a d i o
33