De bedieningsmodus van de Printer aanpassen
Als u afdrukt vanaf de computer en er overbodige afdruktaken zijn, verwijdert
Controle 5
u deze.
Een ongewenste afdruktaak verwijderen
Controleer of de naam van uw apparaat is geselecteerd in het dialoogvenster
Controle 6
Afdrukken.
Het apparaat drukt niet goed af als u een printerbesturingsbestand voor een andere printer gebruikt.
Controleer of 'Canon XXX series Printer' (waarbij 'XXX' de naam van uw apparaat is) is geselecteerd in het
dialoogvenster Afdrukken.
Opmerking
• Selecteer Als standaardprinter instellen (Set as Default Printer) als u het apparaat als standaardprinter
wilt instellen.
Configureer de printerpoort op de juiste wijze.
Controle 7
Zorg dat de printerpoort correct is geconfigureerd.
1. Meld u aan bij een gebruikersaccount met beheerdersrechten.
2. Selecteer items zoals hieronder aangegeven.
• In Windows 8.1 of Windows 8 selecteert u Configuratiescherm (Control Panel) via de charm
Instellingen (Settings) op het Bureaublad (Desktop) > Hardware en geluiden (Hardware and
Sound) > Apparaten en printers (Devices and Printers).
• Selecteer in Windows 7 Apparaten en printers (Devices and Printers) in het menu Start.
• Selecteer in Windows Vista het menu Start > Configuratiescherm (Control Panel) > Hardware en
geluiden (Hardware and Sound) > Printers.
• Selecteer in Windows XP het menu Start > Configuratiescherm (Control Panel) > Printers en
andere hardware (Printers and Other Hardware) > Printers en faxapparaten (Printers and Faxes).
3. De eigenschappen van het printerstuurprogramma voor het apparaat openen.
• Klik in Windows 8.1, Windows 8 of Windows 7 met de rechtermuisknop op het pictogram 'Canon XXX
series Printer' (waarbij 'XXX' de naam van uw apparaat is) en selecteer Printereigenschappen
(Printer properties).
• Klik in Windows Vista of Windows XP met de rechtermuisknop op het pictogram 'Canon XXX series
Printer' (waarbij 'XXX' de naam van uw apparaat is) en selecteer Eigenschappen (Properties).
4. Klik op het tabblad Poorten (Ports) om de poortinstellingen te bevestigen.
Zorg dat voor Afdrukken naar de volgende poort(en) (Print to the following port(s)) een poort met de
naam 'USBnnn' (waarbij 'n' een getal is) is geselecteerd, waarbij 'Canon XXX series Printer' wordt
weergegeven in de kolom Printer.
Opmerking
• Wanneer het apparaat via een LAN wordt gebruikt, wordt de poortnaam van het apparaat
weergegeven als CNBJNP_xxxxxxxxxx. xxxxxxxxxx is de tekenreeks die wordt gegenereerd op basis
van het MAC-adres of een tekenreeks die door de gebruiker wordt opgegeven wanneer deze het
apparaat instelt bij de ingebruikneming.
966