●
●
●
●
●
Houd u aan de genoemde richtlijnen om papierstoringen of beschadiging van het apparaat
VOORZICHTIG
te voorkomen.
Problemen met het afdrukmateriaal oplossen
De volgende problemen met papier veroorzaken afwijkingen van de afdrukkwaliteit,
papierstoringen of zelfs beschadiging van het apparaat.
Probleem
Slechte afdrukkwaliteit of toner
hecht niet goed
Weggevallen gedeelten,
vastlopen of krullen
Sterke krulling
Vastlopen, beschadiging van
het apparaat
256
Hoofdstuk 14 Problemen oplossen
Als u niet zeker weet welke soort papier u gebruikt (zoals bankpost- of kringlooppapier),
leest u het etiket op de verpakking.
Gebruik geen afdrukmateriaal dat alleen voor inkjetprinters is ontworpen. Gebruik
afdrukmateriaal dat voor LaserJet-kleurenprinters is ontworpen.
Gebruik geen briefhoofdpapier dat is bedrukt met inkt van lage temperatuur, zoals de
inkt die wordt gebruikt voor sommige soorten thermografie.
Gebruik geen briefhoofdpapier met reliëfdruk.
De toner wordt op het papier aangebracht onder invloed van hitte en een verhoogde
druk. Controleer of gekleurd papier of voorbedrukte formulieren gebruikmaken van inkt
die voor deze fusertemperatuur (210°C gedurende 0,2 seconde) geschikt is.
Oorzaak
Het papier is te vochtig, te ruw,
te zwaar, te glad of reliëfpapier
of uit een slechte partij papier.
Het papier is niet op de juiste
wijze geplaatst.
De zijden van het papier wijken
ten opzichte van elkaar af.
Het papier is te vochtig, heeft
de verkeerde vezelrichting of
een korte vezelconstructie.
De zijden van het papier wijken
ten opzichte van elkaar af.
Het papier heeft uitsparingen of
perforaties.
Oplossing
Probeer een ander type papier,
tussen 100 en 250 Sheffield,
met een vochtgehalte van 4 tot
6%.
Het papier plat bewaren in het
vochtwerende
verpakkingsmateriaal.
Het papier omkeren.
Open de achterste uitvoerbak
of gebruik papier met lange
vezels.
Het papier omkeren.
Papier zonder uitsparingen of
perforaties gebruiken.
NLWW