3. Zet de computer aan of start opnieuw op. Druk zodra het logoscherm verschijnt op F12. Het venster
Boot Menu wordt geopend.
4. Selecteer het USB-herstelstation als opstartapparaat. Volg daarna de aanwijzingen op het scherm om
het proces te voltooien.
Windows 10 en stuurprogramma's installeren
In dit gedeelte vindt u instructies voor het installeren van een Windows 10-besturingssysteem en
stuurprogramma's.
Een Windows 10-besturingssysteem installeren
Microsoft brengt voortdurend updates uit voor het besturingssysteem Windows 10. Controleer voordat u een
bepaalde Windows 10-versie installeert de compatibiliteitslijst voor de Windows-versie. Ga voor meer
informatie naar
https://support.lenovo.com/us/en/solutions/windows-support
Attentie:
• Wij raden u aan uw besturingssysteem bij te werken via officiële kanalen. Een onofficiële update kan
beveiligingsrisico's veroorzaken.
• Wanneer u een nieuw besturingssysteem installeert, worden alle gegevens op het interne opslagstation
verwijderd, inclusief de gegevens die in verborgen mappen zijn opgeslagen.
1. Als u de Windows functie BitLocker Drive Encryption gebruikt en uw computer heeft een Trusted
Platform Module, moet u ervoor zorgen dat de functie is uitgeschakeld.
2. Zorg ervoor dat u de beveiligings-chip hebt ingesteld op Active.
a. Start de computer opnieuw op. Wanneer het logoscherm wordt weergegeven, drukt u op de toets F1
om het UEFI BIOS-menu te openen.
b. Selecteer Security ➙ Security Chip en druk op Enter. Het submenu Security Chip wordt geopend.
c. Zorg ervoor dat de beveiligingschip voor TPM 2.0 is ingesteld op Active.
d. Druk op F10 om de instellingen op te slaan en af te sluiten.
3. Verbind het station waarop het installatieprogramma van het besturingssysteem staat met de computer.
4. Start de computer opnieuw op. Wanneer het logoscherm wordt weergegeven, drukt u op de toets F1 om
het UEFI BIOS-menu te openen.
5. Selecteer Startup ➙ Boot om het submenu Boot Priority Order weer te geven.
6. Selecteer het station waarop het installatieprogramma van het besturingssysteem staat, bijvoorbeeld
USB HDD. Druk vervolgens op Esc.
Attentie: Nadat u de opstartvolgorde hebt gewijzigd, moet u het juiste apparaat opgeven bij het maken
van een kopie, bij het opslaan van bestanden of bij het formatteren. Als u het verkeerde apparaat
selecteert, kunnen de gegevens op dat apparaat worden gewist of overschreven.
7. Selecteer Restart en zorg ervoor dat OS Optimized Defaults is ingeschakeld. Druk vervolgens op F10
om de instellingen op te slaan en af te sluiten.
8. Volg de aanwijzingen op het scherm om de apparaatstuurprogramma's en de benodigde programma's
te installeren.
9. Na de installatie van de stuurprogramma's past u Windows Update toe om de nieuwste updates, zoals
de beveiligingspatches, op te halen.
Apparaatstuurprogramma's installeren
U moet het meest recente stuurprogramma voor een bepaalde component downloaden wanneer u merkt dat
die component niet goed meer werkt of wanneer u een nieuwe component hebt toegevoegd. Met deze actie
32
X1 Nano Gen 1 Gebruikershandleiding
.