4.
INSTELLEN WERKDIEPTE
Glijsloffen
LET OP
De volgende procedures moeten worden uitgevoerd nadat de machine en de tractor volledig zijn uitgeschakeld en
van elkaar zijn losgekoppeld.
De werkdiepte kan ingesteld worden door middel van het in hoogte verstellen van de rol.
Rol
Gebruik hendel "1" of hendel "2" om de werkdiepte van de roller te bepalen.
LET OP
Zorg er voor dat de glijsloffen na het instellen van de werkdiepte gelijk staan. Controleer ook of de lengte van de
messen overeenkomt met de werkdiepte.
Houd de geribbelde zijkanten van de aftakas goed schoon en gesmeerd, zodat deze goed op elkaar aangesloten
kunnen worden.
Pagina 5/22
ZAAIMACHINE | Gebruikershandleiding
Figuur 1
April 2022