7. Installatie montagesysteem in portrait opstelling
7.1 Positioneren van montageprofielen
Aan de hand van de plaats van de zonnepanelen op het dak bepaalt u de positie van de montageprofielen.
De montageprofielen dienen op een onderlinge afstand A in de breedterichting op het staaldak te worden gepositioneerd.
Zorg ervoor dat het gatenpatroon van het montageprofiel overeenkomt met de steekmaat van het hart van de
opstaande golf van de dakplaat. En zorg ervoor dat de flens van het montageprofiel naar boven gericht is. Verdeel de
montageprofielen (per paneel) in de breedterichting evenredig in de lijn waar de zonnepanelen komen.
De montageprofielen dienen op een onderlinge afstand B in de hoogterichting op het staaldak te worden gepositioneerd.
Let op! Zorg ervoor dat de montageprofielen onderling uitgelijnd zijn.
Let op! Voor het aantal montageprofielen is de caculator leidend (zie ook tabel in de bijlage).
bovenzijde
Rev. 26.03.18
B
Afhankelijk van steek staaldak
HANDLEIDING MONTAGESYSTEEM VOOR STAALDAKEN
A
B
Klembereik door module
fabr. gespecificeerd
A
13