Problemen oplossen
Probleem
De beelden
verschijnen wazig,
onduidelijk of te
donker.
Het beeld is niet
gecentreerd.
"Controleer
videokabel" is op
het scherm
weergegeven.
A–2
Mogelijke
oorzaak
De helderheid en het
contrast zijn te laag.
De positie moet mogelijk
worden aangepast.
De videokabel van de
monitor is losgekoppeld.
Oplossing
Druk op de knop
Auto/Select op het
voorpaneel van de monitor.
Als dit het beeld niet
corrigeert, druk op de
knop Menu om het
hoofdmenu te openen en
pas de helderheid en
contrastschalen aan
zoals nodig.
Druk op de knop Menu
om het OSD-menu te
openen. Selecteer
Beeldbesturing/
Horizontale positie of
Verticale positie om de
horizontale of verticale
positie van het beeld aan te
passen.
Sluit de videokabel van de
monitor aan op de
VGA-connector van de
computer, of sluit de
DVI-D-signaalkabel aan op
de DVI-connector van de
computer. Zorg ervoor dat
de computer is
uitgeschakeld terwijl u de
videokabel aansluit. De
DVI-D-signaalkabel en de
DVI-D-connector zijn enkel
voor bepaalde modellen.
Gebruikershandleiding