De gewenste parameter oproepen doet u als volgt:
Selecteer een song indien nodig, druk enkele keren op de knop [FUNCTION] om het menu 'Song' te selecteren en gebruik
daarna de knoppen [
]/[
]/[<]/[>] om de gewenste parameter te selecteren.
u
d
[>]
[>]
[<]
[<]
File
Move*
MIDI to Audio*
Rename
Edit*
Quantize
Track Delete
Tempo Change
Voice Change
Others*
Quick Play
Track Listen
Play Track
OPMERKING
Het tempo van de afgespeelde song kan worden ingesteld op de display die u oproept door op de knop [TEMPO] te drukken.
Raadpleeg pagina 43 voor meer informatie.
[>]
[<]
Cancel
Verplaatst een MIDI-song naar een andere locatie. Zie
pagina 63 voor meer informatie over de songtypen die
Execute
u kunt verplaatsen.
Cancel
Converteert een MIDI-song naar een audiobestand. Zie
pagina 63 voor meer informatie over de songtypen die
Execute
u kunt converteren.
(Insteldisplay)
Bewerkt een songnaam. Zie pagina 63 voor meer
informatie over de songtypen waarvan u de naam kunt
wijzigen.
Quantize
Met de functie Quantize (quantizeren) kunt u alle noten in
de huidige MIDI-song de juiste timing geven, zoals 1/8-noot
of 1/16-noot.
1. Stel de waarde voor Quantize in op de laagste noten in
Strength
de MIDI-song.
2. Stel de waarde voor Strength in om te bepalen hoe
sterk de noten worden gequantizeerd.
3. Selecteer 'Execute' en druk daarna op de knop [>] om
de MIDI-songdata daadwerkelijk te wijzigen.
Execute
Track
Verwijdert de data van een specifieke track van de
huidige MIDI-song.
1. Selecteer de track die u wilt verwijderen.
Execute
2. Selecteer 'Execute' en druk daarna op de knop [>] om
de data van de geselecteerde track daadwerkelijk te
verwijderen.
Cancel
Wijzigt de tempowaarde van de huidige MIDI-song als
data. Voordat u de menu-display 'Song' oproept, stelt
u de tempowaarde in die moet worden gewijzigd.
Execute
Selecteer 'Execute' en druk daarna op de knop [>] om de
tempowaarde daadwerkelijk te wijzigen als MIDI-songdata.
Track
Hiermee wordt de voice van een specifieke track in de
huidige MIDI-song gewijzigd in de huidige voice als data.
1. Selecteer een track waarvan u de voice wilt wijzigen.
2. Selecteer 'Execute' en druk daarna op de knop [>] om
Execute
de voice daadwerkelijk te wijzigen als MIDI-songdata.
–
Met deze parameter kunt u aangeven of een song die
midden in een maat begint, of een song met een rust voor
de eerste noot, vanaf de eerste noot of vanaf het begin
van de maat (rust of leeg) moet worden afgespeeld. Deze
parameter is handig voor een MIDI-song die begint met
één of twee (drum)tikken vooraf of een solo-inleiding.
Track
Hiermee kunt u alleen de geselecteerde track afspelen
om de inhoud te beluisteren. Hiervoor selecteert u een
track, selecteert u 'Start' en houdt u de knop [>] ingedrukt
Start
om vanaf de eerste noot te beginnen afspelen. Het afspelen
gaat verder zolang u de knop [>] ingedrukt houdt.
–
Met deze parameter kunt u de tracks selecteren die op dit
instrument moeten worden afgespeeld. Als '1&2' wordt
geselecteerd, worden alleen tracks 1 en 2 afgespeeld,
terwijl tracks 3 tot 16 via MIDI worden verzonden. Als 'All'
wordt geselecteerd, worden alle tracks op dit instrument
afgespeeld.
CLP-685, CLP-675, CLP-645, CLP-635, CLP-695GP, CLP-665GP Gebruikershandleiding
Omschrijving
Menu Song
Standaardin-
Instelbereik
stelling
–
–
–
–
–
–
–
–
–
–
1/16
Zie 'Instelbereik
voor quantizeren'.
(pagina 92)
100%
0% – 100%
Zie 'Instelbereik
voor sterkte'.
(pagina 92)
–
–
Track 1
Track 1 – Track 16
–
–
Afhankelijk van
–
de song
–
–
Track 1
Track 1 – Track 16
–
–
On
On, Off
Track 1
Track 1 – Track 16
All
All, 1&2
91