Bediening
Ovenfuncties
U kunt uit de volgende functies kiezen
– Kopjes/glazen verwarmen.
– Serviesgoed verwarmen
– Gerechten warm houden
– Lage temperatuur (koken op lage
temperatuur)
De laatst gekozen functie wordt auto-
matisch ingesteld als u het toestel de
volgende keer inschakelt en wordt op
het bedieningspaneel aangegeven.
Het toestel heeft een ventilator die de
warme lucht in de lade verdeelt. De
ventilator draait bij de functies
– "Kopjes/glazen verwarmen" en
"Serviesgoed verwarmen" con-
stant.
– "Gerechten warmhouden" en
"Lage temperatuur" in interval-
len.
U kunt in het toestel tegelijk gerechten
warmhouden en serviesgoed verwar-
men. Gebruik hiervoor de functie
"Gerechten warmhouden".
Let op!
Het duurt nu langer voordat het ser-
viesgoed warm wordt dan met de
functie "Serviesgoed verwarmen",
maar het serviesgoed kan wel erg
heet worden!!
20
Duur
Laat het toestel bij continu gebruik
niet langdurig onbeheerd achter. Bij
lange warmhoudtijden kunnen ge-
rechten uitdrogen en eventueel ont-
branden.
Het toestel is voorzien van een be-
veiliging die het toestel na maximaal
12 uur continu gebruik uitschakelt.
Het toestel is ingesteld op continu ge-
bruik (geldt niet voor de functie "Lage
temperatuur").
Met de sensortoets kunt u een be-
paalde tijd kiezen: 1 keer aantippen is
1 uur (1h), 2 keer is 2 uur (2h), etc. tot
maximaal 4 uur.
Als u de toets een vijfde keer aantipt,
staat het toestel weer op continu ge-
bruik.
Temperaturen
Bij elke functie hoort een temperatuur-
bereik. De standaard ingestelde tempe-
raturen zijn vet gedrukt. Met de sensor-
toets kunt u de temperatuur in stap-
pen van 5° veranderen.
De laatst gekozen temperatuur wordt
automatisch ingesteld als u het toestel
de volgende keer inschakelt en wordt
op het display aangegeven (geldt niet
voor de functie "Lage temperatuur").