Tips voor het gebruik
Algemene tips
Lees nogmaals de veiligheidsinstructies en lees deze
handleiding aandachtig door voordat u de maaier
gebruikt.
Verwijder stokken, stenen, draad, takken en andere
voorwerpen die door het maaimes kunnen worden
opgepakt en uitgeworpen uit het maaigebied.
Houd iedereen weg uit het gebied waarin u de machine
gebruikt, met name kinderen en huisdieren.
Vermijd bomen, muren, stoepranden en andere vaste
objecten. Nooit met opzet over een object heen
maaien.
Als u een object raakt of de maaier abnormaal begint
te trillen, direct de motor stoppen, de bougiekabel
losmaken en de maaier op beschadiging controleren.
Houd het mes scherp gedurende het hele maaiseizoen.
Vijl regelmatig de bramen op het mes weg.
Indien nodig het maaimes vervangen door een nieuw,
origineel Toro mes.
Maai alleen droog gras en droge bladeren. Nat gras en
natte bladeren gaan aankoeken, waardoor de maaier
verstopt kan raken of de motor afslaat. Tevens is de
grond dan glad, waardoor u zou kunnen uitglijden en
vallen.
WAARSCHUWING
MOGELIJK GEVAAR
Op nat gras kunt u uitglijden en in aanraking
komen met het maaimes.
WAT ER KAN GEBEUREN
Contact met het maaimes kan ernstig letsel
veroorzaken.
GEVAARLIJKE SITUATIES VOORKOMEN
Maai daarom alleen onder droge
omstandigheden.
Maak steeds na gebruik de onderzijde van de maaikast
vrij van vuil en maaisel.
Houd de motor in een goede conditie.
Reinig het luchtfilter regelmatig. Bij maaien en
fijnmaken komen er meer grasdeeltjes en stof in de
lucht, waardoor het luchtfilter verstopt raakt en de
motor minder goed presteert.
Gras maaien
Wanneer het 's zomers heet is, maait u het gras op
maaihoogte 51, 64 of 74 mm (2, 2.5, of 3"). Slechts
ongeveer / van de lengte van het gras moet worden
afgemaaid. Afgeraden wordt om onder de instelling
van 51 mm (2") te maaien, tenzij er weinig gras is of
het laat in de herfst is, en het gras langzamer groeit.
Als gras van meer dan 15 cm (6") moet worden
gemaaid, maait u eerst op de hoogste maaihoogte en
loopt u langzaam; vervolgens maait u het gras dan nog
eens op een normalere hoogte. Als het gras te lang is
en er plukken gras op het gazon achterblijven, kan de
maaier verstopt raken waardoor de motor afslaat.
Maai steeds in wisselende richtingen. Hierdoor wordt
het gemaaide gras beter over het gazon verspreid en
vindt een betere bemesting plaats.
Als het gemaaide grasveld er niet goed uitziet, kunt u een
of meer van de volgende remedies proberen:
Slijp het mes.
Loop langzamer tijdens het maaien.
Stel de maaier in op een hogere maaihoogte.
Maai het gras vaker.
Laat de maaibanen overlappen in plaats van steeds een
hele nieuwe baan te maaien.
Stel de voorwielen één stand lager in dan de
achterwielen. Bijvoorbeeld: de voorwielen op 51 mm
(2") en de achterwielen op 64 mm (2.5").
Fijnmaken van bladeren
Wanneer u klaar bent met maaien, moet steeds nog
50% van het gazon door de laag fijngemaakte bladeren
te zien zijn. Soms is het nodig hiervoor één of meer
keren over de bladeren heen te gaan.
Stel alle wielen op dezelfde maaihoogte in.
Loop langzamer met de maaier als de bladeren niet
fijn genoeg worden gemaakt om in het gras verborgen
te worden.
Als u veel eikebladeren fijnmaakt, is het aan te raden
in het voorjaar kalk op het gras aan te brengen.
Hierdoor wordt het zuur uit de eikebladeren
geneutraliseerd.
11