Foutmelding
Lade 1 bijna leeg
Lade 2 bijna leeg
Medium vol. (Media is
vol.)
Nog gegevens in
geheugen
Onbruikb. app.
Apparaat loskoppelen
van frontconnector en
machine uit- en weer
aanzetten
Onbruikb. app.
Maak het USB-apparaat
los.
Onjuiste cartridge
Onjuiste inktkleur
Onvoldoende faxgeh.
Papierform. onjuist
Papierformaat onjuist
[Lade 1]
Papierformaat onjuist
[MF-lade]
(Papierformaat
onjuist [MP-lade])
Papierformaat onjuist
[Lade 2]
Oorzaak
Er is een inktcartridge voor het verkeerde
Brother-model geïnstalleerd.
De papierlade is bijna leeg.
Het USB-flashstation waarmee u werkt
bevat al 999 bestanden.
Op het USB-flashstation waarvan u
gebruikmaakt, is onvoldoende vrije ruimte
beschikbaar om de documenten te
scannen.
Er zitten nog afdrukgegevens in het
geheugen van de machine.
Op de USB Direct Interface is een defect
apparaat aangesloten.
Een USB-apparaat of een USB-
flashstation dat niet wordt ondersteund, is
aangesloten op de USB Direct Interface.
Het modelnummer van de inktcartridge is
niet compatibel met uw machine.
Er is een inktcartridge op de verkeerde
positie geïnstalleerd.
Het faxgeheugen is vol.
De papierformaatinstelling komt niet
overeen met het formaat van het papier in
de lade.
-OF-
De afdrukstand is niet geschikt voor het
papierformaat.
-OF-
U hebt de papiergeleiders in de lade niet
ingesteld op het gebruikte papierformaat.
Actie
Controleer de modelnummers op de
inktcartridges en installeer de juiste
cartridges.
Plaats papier in de lege papierlade die
aangegeven wordt op het LCD-scherm.
Uw machine kan alleen op uw USB-
flashstation opslaan als zich hierop
minder dan 999 bestanden bevinden.
Verwijder ongebruikte bestanden en
probeer het opnieuw.
Verwijder bestanden die u niet gebruikt
van het USB-flashstation om ruimte vrij te
maken en probeer het vervolgens
opnieuw.
Druk op
. De machine annuleert de
taak en verwijdert deze uit het geheugen.
Probeer opnieuw te printen.
Ontkoppel het apparaat van de USB
Direct Interface en druk op
machine uit en dan weer in te schakelen.
Ontkoppel het apparaat van de USB
Direct Interface. Schakel de machine uit
en vervolgens weer in.
Controleer of het cartridgemodelnummer
voor uw machine geschikt is.
Controleer welke inktcartridges niet op de
plek van de juiste kleur zijn geïnstalleerd
en plaats deze in de correcte positie.
Ga op een van de volgende manieren te
werk:
•
Wis de gegevens in het geheugen.
Om extra geheugen vrij te maken, kunt
u de functie voor ontvangen in het
geheugen uitschakelen.
uu Verwante informatie: Ontvangst in
geheugen uitschakelen
•
Druk de faxen in het geheugen af.
uu Verwante informatie: Een fax in
het geheugen van de machine
afdrukken
1. Controleer of het papierformaat dat u
op het LCD-scherm van de machine
hebt geselecteerd overeenkomt met
het papierformaat in de lade.
uu Verwante informatie: Het
papierformaat en de papiersoort
wijzigen
2. Controleer of u het papier in de juiste
richting hebt ingevoerd en de
papiergeleiders op het juiste
papierformaat hebt ingesteld.
uu Verwante informatie: Papier
plaatsen
om de
628