Luidspreker-instellingen
Voor een optimaal surroundeffect moet u de afstanden en het volume van de luidsprekers correct instellen.
Bij het maken van de luidspreker-instellingen kunt u voor verschillen in de afstand van de luidsprekers
compenseren met behulp van de volume-instelling en de geluidvertragingstijd van de luidsprekers.
Voorbeeld van luidsprekeropstelling: Systeem
met voorsurround
FSL
L
Voorbeeld van luidsprekeropstelling: 5,1-
kanaals systeem
Uitbreiding naar een 5,1-kanaals systeem door middel van
het aansluiten van een 3,1-kanaals luidsprekersysteem dat
in de toekomst verkrijgbaar is.
FSL
SW
L
LS
L
: Luidspreker linksvoor
FSL : Surroundluidspreker linksvoor
C
: Middenluidspreker
R
: Luidspreker rechtsvoor
FSR : Surroundluidspreker rechtsvoor
SR
: Surroundluidspreker rechtsachter
SL
: Surroundluidspreker linksachter
SW : Subwoofer
FSR
R
FSR
C
R
RS
Selecteren van het systeem
1
Druk op de SP SETUP toets van de afstands-
bediening, druk op de MULTI CONTROL @/#
toetsen om "SPEAKER MODE" te selecteren.
Druk enkele malen op de toets om de
gewenste instelling te kiezen.
SPEAKER MODE
SP LEVEL
SP DISTANCE
2
Druk op de ENTER toets.
De
surroundsysteemfunctie
geselecteerd worden.
3
Druk op de MULTI CONTROL %/fi toetsen
om "FRONT SYSTEM" of "5.1CH SYSTEM"
te selecteren.
FRONT SYSTEM:
Selecteer deze instelling voor weergave via een
voorsurroundsysteem. (Oorspronkelijke instelling
voor dit apparaat)
5.1CH SYSTEM:
Selecteer deze instelling voor uitbreiding naar een
5,1-kanaals systeem door middel van het
aansluiten van een 3,1-kanaals luidsprekersysteem
dat in de toekomst verkrijgbaar is.
4
Druk op de ENTER toets.
÷ De "SPEAKER MODE" aanduiding knippert.
÷ Druk op de SP SETUP toets om de procedure af te
sluiten.
kan
nu
79
NE