4.
Druk op de knop x OK om de reiniging te
starten.
c
Let op:
Zet het apparaat nooit uit tijdens het reinigen van de printkop.
Het apparaat kan schade oplopen.
5.
Wanneer het reinigingsproces is voltooid, drukt
u een spuitkanaaltjespatroon af waarmee u het
resultaat kunt controleren (& "De printkop
controleren" op pagina 31).
Als er nog steeds delen ontbreken of vaag zijn
afgedrukt, voert u nog een reinigingscyclus uit
en controleert u de spuitkanaaltjes opnieuw.
Opmerking:
Als de afdrukkwaliteit niet is verbeterd nadat u deze
procedure vier keer hebt herhaald, zet u het apparaat uit en
laat u hem ten minste zes uur rusten. Zo krijgt de inkt de kans
om zacht te worden. Vervolgens reinigt u de printkop nog een
keer. Als de kwaliteit niet beter wordt, is een van de
cartridges oud of beschadigd. Deze cartridge moet worden
vervangen (& "Cartridges vervangen" op pagina 28).
De printkop uitlijnen
Als u ziet dat verticale lijnen niet goed zijn uitgelijnd
in het spuitkanaaltjespatroon, kunt u dit probleem
oplossen door de printkop uit te lijnen.
U kunt de printkop uitlijnen via het
bedieningspaneel of via de computer (met het
hulpprogramma Printkop uitlijnen). Voor de beste
uitlijning wordt het hulpprogramma op de computer
aanbevolen.
1.
Plaats gewoon A4-papier in de papiertoevoer
(& pagina 17).
Druk op de knop F [F Instellen].
2.
3.
Druk op de knop u of d of druk op de cijfertoets
6 om 6.Printkop uitlijnen te selecteren.
6.Printkop
4.
Druk op de knop x OK om het uitlijningsvel af te
drukken.
Opmerking:
Tijdens het afdrukken van het uitlijningspatroon mag u niet op
de knop y Stop [y Annuleren/Terug] drukken.
5.
Kijk naar het eerste patroon en zoek het blokje
dat het gelijkmatigst is afgedrukt, dus zonder
zichtbare strepen.
6.
Druk op de cijfertoets met het cijfer van het
blokje.
#1
7.
Druk op de knop x OK.
32
Onderhoud
4
8.
Herhaal stap 5 t/m 7 voor alle overige
uitlijningspatronen.
9.
Druk op de knop y Stop [y Annuleren/Terug]
om terug te keren naar het eerste scherm.
Het apparaat reinigen
Maak het apparaat regelmatig schoon aan de hand
van de onderstaande procedure om het apparaat
optimaal te laten werken.
1.
Trek de stekker uit het stopcontact.
2.
Verwijder al het papier uit de papiertoevoer.
3.
Veeg met een zachte borstel al het stof en vuil uit
de papiertoevoer.
4.
Als de glasplaat vies is, veegt u deze schoon met
een zachte, droge doek. Als er vet of een andere
hardnekkige substantie op de glasplaat zit, veegt
u de plaat schoon met een doek met daarop een
klein beetje glasreiniger. Verwijder al het
overtollige vocht.
5.
Als de binnenkant van het apparaat per ongeluk
vervuild is met inkt, veegt u de inkt weg met een
zachte, droge en schone doek (zie illustratie).
w
Waarschuwing:
Raak het bewegende mechanisme in de printer niet aan.
c
Let op:
❏ Let erop dat u nooit te hard op de glasplaat drukt.
❏ Voorkom krassen en beschadigingen op het glas en gebruik bij
het schoonmaken geen harde, schurende borstels. Een
beschadigde glasplaat resulteert in een mindere
kopieerkwaliteit.
❏ Smeer geen vet op de metalen delen onder de printkop.
❏ Maak de printer nooit schoon met alcohol of thinner. Deze
stoffen kunnen zowel de behuizing als de onderdelen van het
apparaat beschadigen.
❏ Zorg ervoor dat er nooit water terechtkomt op het afdruk- en
kopieermechanisme of de elektronische componenten.
❏ Spuit geen smeermiddelen in het apparaat. Wanneer u de
verkeerde olie gebruikt, kunt u het mechanisme beschadigen.
Neem contact op met uw leverancier of een erkende
servicemedewerker als de printer moet worden gesmeerd.