Dit instrument heeft verschillende bewerkingsdisplays voor partijen, performances, effecten en arpeggio's. In dit hoofdstuk
wordt uitgelegd hoe u een oorspronkelijke performance maakt door meerdere partijen te combineren.
Performances bewerken
Met 'performance bewerken' wordt het proces bedoeld van
het maken van een performance via het wijzigen van de
parameters die tezamen de performance vormen. U kunt dit
doen in de display Performance Edit.
Basishandelingen voor het bewerken
van een performance
1
Verplaats de cursor naar de naam van de
performance in de display Performance Play
en druk vervolgens op de knop [EDIT].
2
Tik op de tab [General] aan de linkerkant van
het scherm om de performance te bewerken.
De display Performance Edit
De performance opslaan (Store)
Sla na het bewerken de performance op in het interne
geheugen.
Druk op de knop [STORE] om de performance op te slaan.
LET OP
• De bewerkte performance gaat verloren wanneer u een andere
performance selecteert of het instrument uitschakelt.
• Als u een performance in de gebruikersbank overschrijft,
wordt deze definitief verwijderd. Let erop dat u tijdens het
opslaan van de bewerkte performance geen belangrijke
gebruikersperformances overschrijft. Belangrijke gegevens
moeten altijd worden opgeslagen op een USB-flashstation dat
op de aansluiting [USB TO DEVICE] is aangesloten. Zie pagina
pagina 60 voor gedetailleerde instructies voor het opslaan.
OPMERKING
U kunt tijdens het bewerken van de performances elke gewenste
partij selecteren met de knoppen [PART SELECT MUTE/SOLO] en
de geselecteerde partij bewerken.
De instellingen bewerken
1
Druk op de knop [STORE] om de display
Store op te roepen.
Een nieuwe performance opslaan
Eerder opgeslagen performance
2
Selecteer de bestemming voor het opslaan
van de performance.
Sla de nieuwe performance op door op '+' te tikken in de
sectie [Store As New Performance].
OPMERKING
Als u de eerder opgeslagen performance wilt overschrijven, tikt
u op [Overwrite Current Perf.] op de performance die moet
worden overschreven.
3
De display Text Input wordt weergegeven.
Voer de naam van de opgeslagen
performance in.
Raadpleeg 'Naam (tekens invoeren)' in 'Basisbediening
en displays' voor meer instructies voor het invoeren van
tekens (pagina 21).
4
Selecteer Done in de display Text Input om de
handeling Store daadwerkelijk uit te voeren.
OPMERKING
Als u het eerder opgeslagen bestand overschrijft, wordt een
bevestigingsdisplay weergegeven na Stap 2. Selecteer YES om
de handeling Store uit te voeren.
37
MODX Gebruikershandleiding