6
Veiligheidsinstructies voor onderhoud
Veiligheidsinstructies voor onderhoud
Maatregelen bij het onderhoud
Ter voorkoming van ongelukken bij onder-
houdswerkzaamheden moeten alle noodza-
kelijke veiligheidsmaatregelen worden getrof-
fen. Zoals bijv.:
– Er moet worden gewaarborgd, dat de
hefwagen niet onopzettelijk kan bewegen of
in gang kan schieten (accustekker trekken).
Werkzaamheden aan de elektrische
uitrusting
Men mag alleen aan de elektrische uitrusting
van de hefwagen werken, indien deze niet
onder spanning staat. Voor functiecontroles,
tests en voor instelwerkzaamheden mogen
alleen onderrichte en bevoegde personen
werken aan delen, die onder spanning staan,
waarbij aangepaste voorzorgsmaatregelen
moeten worden getroffen. Ringen, metalen
armbanden enz. moeten worden afgedaan,
voordat men aan elektrische componenten
gaat werken.
Om beschadiging van de elektrische instal-
laties met elektronische componenten, zoals
bijv. elektronische rijregeling te voorkomen,
moeten deze vóór het begin van het elektrisch
lassen uit de hefwagen worden verwijderd.
Veiligheidsvoorzieningen
Breng na onderhouds- en servicewerkzaam-
heden alle veiligheidsvoorzieningen opnieuw
aan en controleer ze op hun goede werking.
Instelwaarden
Bij reparaties en als hydraulische en elek-
trische componenten worden vervangen,
moeten de toestel-afhankelijke instelwaarden
worden gecontroleerd. Deze staan in de be-
treffende paragrafen.
118
50108043406 [NL]
Onderhoud