BD Kiestra™ WCA-gebruikershandleiding
20.8.5
Bestemmingsstap
Een programma kan starten met een bestemmingsstap om het de gebruiker mogelijk te
maken een handmatige actie op de schaal uit te voeren voordat de schaal wordt geïncubeerd,
bijvoorbeeld, het toevoegen van antibioticaschijven aan de schaal. Een bestemmingsstap kan
ook direct worden toegevoegd na een stap voor het maken van een afbeelding.
Schalenroute voor de bestemmingsstap
1. De schaal wordt geïnoculeerd en de barcode wordt direct na inoculatie gescand. Zo wordt
het programma gestart.
2. De schaal wordt naar de stapelaar die als stapelaar1 wordt geïdentificeerd,
getransporteerd en opgehaald door de technicus.
3. De technicus voert de vereiste acties uit en plaatst de schaal op de onderste ProceedA-
transportband.
4. De schaal wordt gescand en getransporteerd naar een ReadA™ Compact voor 18 uur
incubatie.
20.8.6
Overwegingen programmastructuur
Een incubatiestap gevolgd door een stap voor het maken van een afbeelding kan meerdere
l
keren worden herhaald.
De minimale incubatietijd is een uur en hangt af van de maximale doorvoersnelheid van de
l
ReadA™ Compact.
Bij elke herhalingsstap dient de sjabloon te worden gebruikt die voor die specifieke
l
voorwaarde is gemaakt.
Gebruik van de optie SQL-query is niet toegestaan.
l
20.9
Vaak gebruikte workflows
In dit deel worden de volgende onderwerpen besproken:
20.9.1 Een nieuw monstertype en monstergroep toevoegen
l
20.9.2 Synchronisatie met BD Synapsys™ Informatics
l
20.9.3 Een nieuw barcode-etiket maken in BD Synapsys™ Informatics
l
20.9.4 Een protocol maken voor AST-schijfdiffusie
l
20.9.5 Een protocol maken voor andere tests
l
20.9.6 Configuratie-opmerkingen genereren
l
20.9.7 Schalen verwerken op een zelfstandige IdentifA
l
20.9.8 Werklastverdeling met meerdere IdentifA-modules
l
204