7. Het apparaat configureren met het bedieningspaneel
Selecteer de modus die verschijnt indien op de knop [Wi-Fi] is gedrukt.
Standaardinstelling: [Infrastructuurmodus]
• Infrastructuurmodus
• Ad-hoc modus
• Wi-Fi-status
Hiermee wordt de huidige status van de verbinding aangegeven.
• MAC-adres
Toont het MAC-adres van het apparaat.
• Huidige verbinding
Hiermee worden details over de verbinding weergegeven, zoals de SSID en de sterkte van
het draadloze signaal.
• Installatiewizard
Hiermee wordt de procedure weergegeven voor het maken van een handmatige verbinding
met draadloos LAN. Het leidt u stap voor stap door de configuratie van de instellingen voor
het maken van verbinding met draadloos LAN.
IPv4-configuratie
• DHCP
Hiermee verkrijgt het apparaat automatisch zijn IPv4-adres, subnetmasker en standaard
gateway-adres van een DHCP-server.
Standaardinstelling: [Actief]
• Inactief
• Actief
• IP-adres
Hiermee geeft u het IPv4-adres van het apparaat op wanneer DHCP niet wordt gebruikt.
Gebruik dit menu om het huidige IP-adres te controleren bij gebruik van DHCP.
Standaardinstelling: XXX.XXX.XXX.XXX
De cijfers die voor "X" staan, hangen af van uw netwerkomgeving.
• Subnetmasker
Hiermee geeft u het subnetmasker van het apparaat op wanneer DHCP niet wordt gebruikt.
Gebruik dit menu om het huidige subnetmasker te controleren bij gebruik van DHCP.
Standaardinstelling: XXX.XXX.XXX.XXX
De cijfers die voor "X" staan, hangen af van uw netwerkomgeving.
• Gateway-adres
160