c.
Inspecteer de eenheid en alle accessoires op beschadigingen.
d. Vervang de beschadigde onderdelen.
STAP 2: Desinfectie
a. Veeg met een nieuwe of schone, in een goedgekeurd reinigings-/desinfectiemiddel gedrenkte
doek, en oefen lichte druk uit op alle eerder gereinigde buitenoppervlakken van de brancard.
b. Zorg ervoor dat alle oppervlakken nat blijven met het reinigings-/desinfectiemiddel
gedurende de aangegeven contacttijd. Maak oppervlakken zo nodig met een nieuwe doek
opnieuw nat. Zie 'Tabel 1: Goedgekeurde reinigings-/desinfectiemiddelen' op pagina 62 voor
de contacttijd.
OPMERKING:
Indien bleekmiddel in combinatie met een ander reinigings-/desinfectiemiddel wordt gebruikt,
moet een nieuwe of schone in kraanwater gedrenkte doek worden gebruikt om vóór en na het
aanbrengen van het bleekmiddel eventuele residuen van desinfectiemiddelen te verwijderen.
S
PROEIREINIGING
Procedurele brancard (P8000) met het IntelliDrive-transportsysteem en elektrische
brancard
LET OP:
Let op: gebruik geen sproeireiniging voor de procedurele brancard (P8000) met het IntelliDrive-
transportsysteem of de elektrische brancard (P8020). De elektronische componenten zijn niet tegen
binnendringende vloeistoffen beschermd. Dit kan mogelijk leiden tot schade aan de apparatuur.
Procedurele brancard (P8000) zonder IntelliDrive-transportsysteem, transportbrancard
(P8005), operatiebrancard (P8010), traumabrancard (P8040) en OB/GYN-brancard (P8050)
LET OP:
Volg deze voorzorgsmaatregelen om schade aan de apparatuur te voorkomen:
•
Let op: gebruik geen sproeireiniging voor de OB/GYN-brancard (P8050) als de optionele
onderzoekslamp is aangebracht. De elektronische componenten zijn niet tegen
binnendringende vloeistoffen beschermd.
•
Let op: spuit niet direct tegen de hydraulische cilinders.
•
Let op: spuit niet direct tegen onderdelen van de weegschaal.
•
Let op: spuit de brancard niet schoon met een druk van meer dan 12.066 kPa.
U kunt de brancard desgewenst schoonspuiten. Gebruik een sproeikopdruk van maximaal 12.066 kPa
op 61 cm. Gebruik geen sterk geconcentreerd sproeiapparaat. De temperatuur van een sproeimiddel
dat alleen water bevat, mag niet hoger zijn dan 82 °C. De temperatuur van een sproeimiddel dat
schoonmaak- of oplosmiddelen (geen bleekmiddel) bevat, mag niet hoger zijn dan 50 °C. Sproei niet
onder de basisversteviging. Na het schoonspuiten moet u blootliggende of afgesplinterde stalen
onderdelen of geroeste gebieden herstellen en overschilderen.
Hillrom-transportbrancards, procedurele brancards en speciale brancards Gebruiksaanwijzing (145382 REV 6)
Reiniging en desinfectie
63